1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Eigenrichting verhuurder door de rechter afgestraft

Eigenrichting verhuurder door de rechter afgestraft

Verhuurder van een bovenwoning heeft het recht in eigen hand genomen door de gehuurde bovenwoning te voorzien van andere sloten en tevens de huurder de toegang tot het gehuurde te ontzeggen. Reden voor deze actie van de verhuurder was een huurachterstand van circa € 4.000,- en de ernstige geluids- en stankoverlast die de huurder veroorzaakte. De verhuurder exploiteert zelf op de begane grond onder de gehuurde bovenwoning een cateringbedrijf. Naast de door de huurder veroorzaakte geluids- en s...
Leestijd 
Auteur artikel Dirkzwager
Gepubliceerd 07 januari 2010
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Verhuurder van een bovenwoning heeft het recht in eigen hand genomen door de gehuurde bovenwoning te voorzien van andere sloten en tevens de huurder de toegang tot het gehuurde te ontzeggen. Reden voor deze actie van de verhuurder was een huurachterstand van circa € 4.000,- en de ernstige geluids- en stankoverlast die de huurder veroorzaakte.

De verhuurder exploiteert zelf op de begane grond onder de gehuurde bovenwoning een cateringbedrijf. Naast de door de huurder veroorzaakte geluids- en stankoverlast was de bovenwoning ernstig vervuild en verontreinigd en lag de gehele bovenwoning vol met rommel en spullen zodat zelfs lopen onmogelijk zou zijn. Ten tijde van de eigenrichting van de verhuurder was de huurder gedwongen opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis vanwege een geestelijke stoornis.

De huurder vordert in een kort geding toelating tot het gehuurde, terwijl de verhuurder in dat zelfde kort geding (alsnog) een veroordeling tot ontruiming vraagt. Op de door de huurder ingestelde vordering om weer te worden toegelaten tot het gehuurde, oordeelt de kantonrechter van de rechtbank Maastricht afwijzend (lees de volledige uitspraak hier). De vordering tot ontruiming wordt vanwege de tekortkomingen van de huurder wel toegewezen. De eigenrichting wordt de verhuurder weliswaar zwaar aangerekend, maar vanwege het feit dat de eigenrichting volgens de kantonrechter met name blijkt te zijn ingegeven door onkunde, onmacht en de vrees dat de situatie zou verergeren en zijn cateringbedrijf hierdoor schade zou onderondervinden, is dit geen reden om de ontruiming af te wijzen. De gepleegde eigenrichting heeft echter wel consequenties voor de proceskostenveroordeling. Alhoewel de verhuurder dus in het gelijk wordt gesteld, komen de kosten van de kort geding procedure voor zijn eigen rekening.

Conclusie
Gezien de overwegingen van de kantonrechter had het vonnis wel eens heel anders kunnen uitvallen indien een professionele verhuurder zou zijn overgegaan tot eigenrichting. Indien het aankomt op een gedwongen ontruiming van een onroerende zaak, is in (vrijwel) alle gevallen de tussenkomst van de rechter vereist. Wordt bijvoorbeeld een woning zonder geldige (gerechtelijke) titel ontruimd door een verhuurder ontruimd, dan zal de verhuurder in ieder geval aansprakelijk zijn voor de door de huurder als gevolg hiervan geleden schade.