1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Nadeelcompensatie: marginale toetsing normaal ondernemersrisico?

Nadeelcompensatie: marginale toetsing normaal ondernemersrisico?

In de jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is het laatste jaar een interessante ontwikkeling gaande op het gebied van nadeelcompensatie, in het bijzonder waar het gaat om de rol van het normale maatschappelijk risico bij de beoordeling van de voor vergoeding in aanmerking komende schade.Wouwse Tol en Hollandse brugIn de uitspraak Wouwse Tol bepaalde de Afdeling voor het eerst dat het hanteren van een ondergrens van 15% van de omzet op jaarbasis als maatstaf...
Leestijd 
Auteur artikel Hanna Zeilmaker
Gepubliceerd 08 oktober 2013
Laatst gewijzigd 16 april 2018
In de jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is het laatste jaar een interessante ontwikkeling gaande op het gebied van nadeelcompensatie, in het bijzonder waar het gaat om de rol van het normale maatschappelijk risico bij de beoordeling van de voor vergoeding in aanmerking komende schade.

Wouwse Tol en Hollandse brug
In de uitspraak Wouwse Tol bepaalde de Afdeling voor het eerst dat het hanteren van een ondergrens van 15% van de omzet op jaarbasis als maatstaf voor de bepaling van de omvang van het normaal maatschappelijk risico niet altijd redelijk is. In die uitspraak werd duidelijk dat het verdienmodel van een onderneming mede bepalend kan zijn voor de mate waarin het toepassen van een zogenoemde ‘drempel’ redelijk is. Vervolgens oordeelde de Afdeling in de uitspraken met betrekking tot de Hollandse brug dat, indien aangenomen moet worden dat bepaalde schade niet onder het normale maatschappelijke risico valt, er geen ruimte meer is voor het toepassen van een drempel. De drempel is slechts een hulpmiddel om vast te stellen of de geleden schade onder het normale maatschappelijke risico van een onderneming valt. Wanneer uit de andere omstandigheden van het geval al blijkt dat schade niet onder het normale maatschappelijke risico valt kan er dus geen drempel meer worden gehanteerd.

Bos en Lommer/A10
In een recente uitspraak zet de Afdeling deze lijn in de jurisprudentie voort. Appellant exploiteerde in deze zaak van 1994 tot 2005 aan de Bos en Lommerweg in die wijk een winkel in bodyfashion en exploiteert sinds 1995 een filiaal hiervan in Zwanenburg. Hij heeft de minister van Infrastructuur en Milieu in oktober 2003 verzocht nadeelcompensatie toe te kennen voor schade die hij heeft geleden als gevolg van de al meer dan drie jaar durende afsluiting van de op- en afritten van de s104. De minister heeft een adviescommissie ingesteld die concludeert dat 10% van het schadebedrag als normaal ondernemersrisico voor rekening van de ondernemer moet blijven. Hoewel de Afdeling overweegt dat het bestuursorgaan bij de vaststelling van de omvang van het normaal maatschappelijk risico beoordelingsvrijheid heeft en  dat de minister zich in beginsel op het advies van deskundigen mag baseren, komt het toch tot een vrij indringende beoordeling. Nadat de Afdeling de naar zijn oordeel relevante omstandigheden heeft vermeld overweegt de Afdeling “Nu de omstandigheden, in onderlinge samenhang beschouwd, niet als normaal ondernemersrisico kunnen worden aangemerkt, betoogt appellant terecht dat de minister hierin redelijkerwijs aanleiding had moeten zien geen korting van 10% wegens normaal ondernemersrisico toe te passen. Dit betekent dat de gehele door de commissie vastgestelde schade voor vergoeding in aanmerking komt.”

Commentaar
Hoewel de Afdeling bestuursrechtspraak in alle drie de aangehaalde uitspraken voorop stelt dat het in de eerste plaats aan het bestuur is om vast te stellen wat in de gegeven omstandigheden onder het normale maatschappelijke risico moet worden verstaan blijkt dat er toch een vrij indringende toetsing plaats vindt. Het is voor bestuursorganen dus zaak om goed te motiveren waarom, met het oog op alle relevante omstandigheden, bepaalde schade onder het normale maatschappelijke risico van de ondernemer dient te vallen.

Heeft u vragen over nadeelcompensatie? Neem dan contact op met Hanna Zeilmaker, advocaat overheidsaansprakelijkheid