1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Nieuws van de German Desk: Is een overplaatsing van een werknemer naar het buitenland in overeenstemming met § 106, zin 1 GewO

Nieuws van de German Desk: Is een overplaatsing van een werknemer naar het buitenland in overeenstemming met § 106, zin 1 GewO

Werkgevers vragen zich vaak af of het mogelijk is om een werknemer die in Duitsland werkt over te plaatsen naar het buitenland, bijvoorbeeld naar Nederland.
Leestijd 
Auteur artikel Ann-Katrin Praus
Gepubliceerd 13 januari 2023
Laatst gewijzigd 13 januari 2023

§ 106 GewO (Gewerbeordung) regelt het gezagsrecht (Weisungs- und Direktionsrecht) van de werkgever. Zo bepaalt § 106, eerste zin, GewO: "De werkgever kan de inhoud, de plaats en het tijdstip van de werkzaamheden naar eigen billijk inzicht nader bepalen, voor zover deze arbeidsvoorwaarden niet zijn vastgelegd in de arbeidsovereenkomst, bepalingen van een bedrijfsovereenkomst, een toepasselijke cao of wettelijke bepalingen." Lange tijd werd betwist of dit gezagsrecht ook een overplaatsing naar het buitenland omvat. Met uitspraak van 30 november 2022 heeft het Bundesarbeitsgericht (“BAG”), de hoogste Duitse rechtbank in arbeidsrechtelijke geschillen, hierover duidelijkheid verschaft.

De klacht werd ingediend door een piloot die in dienst was van de Ierse luchtvaartmaatschappij Ryanair. Voor de piloot was het vanaf het begin duidelijk dat het bedrijf internationaal opereert. In zijn arbeidsovereenkomst was geen specifieke werkplek in Duitsland overeengekomen. De arbeidsovereenkomst voorzag uitdrukkelijk in een mogelijkheid tot overplaatsing binnen de gehele onderneming. De piloot was werkzaam in de vestiging in Nürnberg en zou worden overgeplaatst naar de Italiaanse vestiging in Bologna. De reden hiervoor was dat Ryanair de locatie op de luchthaven van Nürnberg wilde opgeven.

De piloot was van mening dat een dergelijke overplaatsing naar het buitenland niet viel onder het gezagsrecht van de werkgever § 106, eerste zin, GewO, aangezien dit alleen overplaatsingen binnen de Bondsrepubliek Duitsland zou toestaan. Bovendien voerde de piloot aan dat de overplaatsing oneerlijk was omdat hij daardoor zijn Duitse salarisaanspraken uit hoofde van de cao zou verliezen, aangezien deze in Italië niet meer zouden gelden. Daardoor zou zijn salaris in Italië aanzienlijk lager zijn dan in de Bondsrepubliek Duitsland.

Het BAG was een andere mening toegedaan. Het BAG stelde dat een werkgever werknemers kan opdragen in het buitenland te werken, zolang in de arbeidsovereenkomst niet uitdrukkelijk of stilzwijgend is overeengekomen dat de werkplek van de werknemer zich in de Bondsrepubliek Duitsland bevindt en een overplaatsing binnen de gehele onderneming is uitgesloten. In beginsel is de uitoefening van het gezagsrecht echter altijd onderworpen aan een toetsing van redelijkheid en billijkheid. De werknemer moet dus altijd een belangenafweging maken en nagaan of zijn belang bij een overplaatsing zwaarder weegt dan het belang van de werknemer om op de locatie te blijven. In het onderhavige geval was er echter geen vacature op een Duitse locatie. De overplaatsing naar het buitenland was dus in overeenstemming met redelijkheid en billijkheid, aangezien het een milder middel was dan ontslag. Eem ontslag zou derhalve ook onrechtmatig zijn geweest.

Met deze beslissing heeft het BAG duidelijkheid gecreëerd met betrekking tot overplaatsingen naar het buitenland. Het is nu duidelijk dat het gezagsrecht van werkgevers op grond van § 106 GewO doorgaans ook overplaatsingen naar het buitenland omvat, indien de arbeidsovereenkomsten dienovereenkomstig zijn opgesteld.