1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Onteigening derde spoor Zevenaar-Duitse grens: nog geen onherroepelijk tracébesluit

Onteigening derde spoor Zevenaar-Duitse grens: nog geen onherroepelijk tracébesluit

Op 26 november 2014 heeft de Kroon besloten tot aanwijzing ter onteigening van percelen grond, voor de realisatie van het project Derde spoor Zevenaar-Duitse grens. De planologische grondslag is het gelijknamige Tracébesluit. Dit is echter nog niet onherroepelijk… Één van de betrokken grondeigenaren voerde dan ook aan dat het, gelet op het verloop van de proceure bij de Raad van State, nog bepaald niet zeker is dat het Tracébesluit onherroepelijk zal worden. Na een tussenuitspraak in februari...
Leestijd 
Auteur artikel Hanna Zeilmaker
Gepubliceerd 05 januari 2015
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Op 26 november 2014 heeft de Kroon besloten tot aanwijzing ter onteigening van percelen grond, voor de realisatie van het project Derde spoor Zevenaar-Duitse grens. De planologische grondslag is het gelijknamige Tracébesluit. Dit is echter nog niet onherroepelijk…

Één van de betrokken grondeigenaren voerde dan ook aan dat het, gelet op het verloop van de proceure bij de Raad van State, nog bepaald niet zeker is dat het Tracébesluit onherroepelijk zal worden. Na een tussenuitspraak in februari 2014 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak in juni 2014 alsnog de Stichting Advisering Bestuursrechtspraak gevraagd te adviseren over de aanvaardbaarheid van de trillinghinder die als gevolg van de aanleg van het Derde Spoor zal ontstaan. De planologische inpassing is dus nog geen gelopen race.

Start onteigening art. 72a Ow
De Kroon zet in dit KB nog eens uiteen dat voor het starten van de administratieve onteigeningsprocedure op grond van artikel 72a onteigeningswet niet is vereist dat het bedoelde besluit of plan, dus ook een Tracébesluit, onherroepelijk is. Voor de start van de procedure ingevolge artikel 72a geldt dat moet zijn gestart met de planologische inpassing van het werk ten behoeve waarvan onteigening wordt verzocht. Hierbij geldt voor een tracébesluit dat 1) ten minste een dergelijk plan in ontwerp ter inzage moet zijn gelegd, waarbij 2) belanghebbenden bovendien de mogelijkheid moeten hebben gehad tot het naar voren brengen van zienswijzen van planologische aard in de planologische procedure voorafgaand aan of ten minste gelijktijdig met de mogelijkheid tot het naar voren brengen van zienswijzen in het kader van de administratieve onteigeningsprocedure.
Ten tijde van de start van de onteigeningsprocedure was het tracébesluit voor het Derde spoor vastgesteld. De administratieve procedure kon dan ook worden gestart.

Geen ontbindende voorwaarde vereist
Een andere eigenaar voerde aan dat er dan toch in ieder geval een ontbindende voorwaarde in het KB moet worden opgenomen voor het geval het tracébesluit wordt vernietigd dan wel moet worden aangepast. De Kroon wijst erop dat het opnemen van een opschortende dan wel ontbindende voorwaarde in het kader van de procedure van artikel 72a (titel IIa) van de onteigenings-wet niet aan de orde is. Op grond van artikel 21a van de Tracéwet kan de dagvaarding tot onteigening pas worden uitgebracht nadat het tracébesluit is vastgesteld. Op grond van artikel 21b onder 1. van de Tracéwet geldt dat het vonnis tot onteigening pas in de openbare registers kan worden ingeschreven nadat het tracébesluit onherroepelijk is geworden. Door dit stelsel zijn de rechtszekerheid en rechtsbescherming voor de belanghebbenden naar het oordeel van de Kroon voldoende gewaarborgd.

Voor zover ons bekend heeft de Afdeling in de Tracéwetprocedure nog geen uitspraak gedaan. Wellicht wacht ProRail de uitspraak –indien deze aanstaande is- af voordat de onteigeningsdagvaardingen worden uitgebracht. Maar dat hoeft dus niet. Zie ook ons recente artikel over het KB Kampen.

Heeft u vragen over onteigening? Neemt u contact op met mrs. Hanna Zeilmaker en Joske Hagelaars, de onteigeningsadvocaten van Dirkzwager.