Onteigening en het minnelijk overleg: afwijzing vanwege onvoldoende overleg met pachter

Het KB Reimerswaal van 4 maart 2013, nr. 13.000359, is één van de vele recente KB’s waaruit blijkt dat de Kroon het ontbreken van een (recent) aanbod niet laat passeren.

De gemeenteraad verzocht om onteigening ter uitvoering van een bestemmingsplan; de te onteigening gronden zijn nodig voor de uitbreiding van een bedrijventerrein met een vierde, “natte” fase.

Na eigendomsverwerving aanbod aan pachter vereist!
Uit de overgelegde stukken was de Kroon gebleken dat één van de percelen, die de gemeente op 29 juni 2009 in eigendom had verworven, wordt gepacht. Eind 2007 heeft de verzoeker telefonisch overleg met de pachter gevoerd en een prijs per vierkante meter geboden voor de beëindiging van de pacht. De pachter wilde hier toen niet op ingaan. Bij brief van 31 augustus 2009 heeft de verzoeker de pachter geïnformeerd over de aankoop van de onroerende zaak en meegedeeld dat hij te zijner tijd met hem in overleg zou treden over de afkoopsom voor de pachtontbinding. Bij brief van 7 september 2011 heeft de verzoeker de pachter geïnformeerd over het besluit van de gemeenteraad van Reimerswaal tot het starten van de onteigeningsprocedure en een bod gedaan gericht op de afkoop van de pachtrechten.

De Kroon stelt vast dat de verzoeker de pachter na 2007 eerst ruim twee maanden na het verzoekbesluit van 5 juli 2012 een aanbod tot schadeloosstelling heeft gedaan gericht op de beëindiging van de pacht. De verzoeker heeft zich er volgens de Kroon ten tijde van dat verzoekbesluit dan ook niet van kunnen vergewissen dat het aannemelijk was dat met betrokkene vooralsnog niet tot de gewenste beëindiging van de pacht kon worden gekomen. De omstandigheid dat de pachter in 2007 al een aanbieding heeft afgewezen maakt dit, gelet op het tijdsverloop tussen dat bod en de datum van het verzoekbesluit, niet anders. Volgens de Kroon staat de noodzaak tot onteigening dus niet vaststaat, om welke reden zij het verzoek om onteigening ten aanzien van het bewuste perceel afwijst.

Dit KB is een bevestiging van vele eerdere KB’s waarin de Kroon heeft overwogen dat het op de weg van de verzoeker ligt om in de situatie dat deze zelf eigenaar is (geworden) van een te onteigenen onroerende zaak, altijd in ieder geval voorafgaande aan het verzoekbesluit een aanbod aan de huurder of pachter te doen (uiteraard met een toereikende reactietermijn!).

Heeft u vragen over onteigening? Bel of e-mail met mr. Hanna Zeilmaker, onteigeningsadvocaat