1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Ook bij globaal exploitatieplan moet gemeente inzicht geven in kosten- en opbrengstenramingen en in de toerekening van kosten

Ook bij globaal exploitatieplan moet gemeente inzicht geven in kosten- en opbrengstenramingen en in de toerekening van kosten

Op 10 augustus 2011 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak meerdere uitspraken gedaan over zes bestemmingsplannen en exploitatieplannen van de gemeente Zuidplas. De uitspraken laten zien dat ook bij een exploitatieplan met een globale inhoud (vanwege nog uit te werken bestemmingen) ten aanzien van de toerekening van de te verhalen kosten niet kan worden volstaan met een zeer algemene beschrijving in de toelichting van het exploitieplan.Ook kosten- en opbrengstenramingen moeten zoveel mogelijk...
Leestijd 
Auteur artikel Hanna Zeilmaker
Gepubliceerd 10 augustus 2011
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Op 10 augustus 2011 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak meerdere uitspraken gedaan over zes bestemmingsplannen en exploitatieplannen van de gemeente Zuidplas. De uitspraken laten zien dat ook bij een exploitatieplan met een globale inhoud (vanwege nog uit te werken bestemmingen) ten aanzien van de toerekening van de te verhalen kosten niet kan worden volstaan met een zeer algemene beschrijving in de toelichting van het exploitieplan.

Ook kosten- en opbrengstenramingen moeten zoveel mogelijk worden uitgewerkt. Daarbij herhaalt de Afdeling dat de in het exploitatieplan opgenomen raming van de inbrengwaarden door een onafhankelijke deskundige moet zijn getaxeerd.

De Afdeling ging in een aantal van de uitspraken (LJN: BR4624 t/m BR4629*) over tot vernietiging van de exploitatieplannen vanwege de vernietiging van (onderdelen van) de bestemmingsplannen. Met het oog op een nieuw te nemen besluit geeft de Afdeling aan de gemeente mee op welke wijze zij dient te voldoen aan art. 6.13 Wro. De Afdeling stelt daarbij voorop dat de onderdelen van een exploitatieplan voor gronden waarvoor nog een uitwerking moet worden vastgesteld of waarvoor vanwege de fasering nog geen omgevingsvergunning kan worden verleend, een globale inhoud kunnen hebben. De gemeente was echter ten aanzien van de raming van de kosten en opbrengsten en de toerekening té globaal geweest.

Zo had de gemeente voor 'Overige kosten' in de exploitatieopzet een bedrag van € 145.900.000,00 opgenomen. Daarbij was aangegeven dat deze kosten zijn geraamd op basis van een genormeerde grondexploitatieopzet op basis van de uitgangspunten van het (ontwerp)bestemmingsplan "Rode Waterparel". Hierbij was rekening gehouden met de in de Wro en het Bro opgenomen limitatieve opsomming van en gestelde criteria aan kosten. In de exploitatieopzet was aangegeven dat van deze kosten onder andere deel uitmaken:

  • de kosten van het wegnemen van een milieuhygiënische contour afkomstig van een inrichting buiten het exploitatiegebied. Binnen de milieuhygiënische contour in het desbetreffende plangebied "Het Nieuwe Midden" zijn geen kostendragers aanwezig. Ook is niet te verwachten dat binnen de exploitatieperiode van de "Rode Waterparel" de desbetreffende gronden binnen het plangebied "Het Nieuwe Midden" voor bebouwing in aanmerking komen, zodat de kosten volledig toegerekend worden aan de exploitatie "Rode Waterparel";

  • de kosten van bovenplanse voorzieningen op basis van gemeentelijk beleid.


Aan de opbrengstenzijde was in de exploitatieopzet voor 'Gronduitgifte woningen' een bedrag van € 278.300.000,00 opgenomen. Als toelichting daarbij was vermeld dat bij de raming van de gronduitgifte van woningbouw in de vrije sector is uitgegaan van marktconforme grondprijzen.

Ter zitting had de gemeente aangegeven dat aan bedoelde kosten- en opbrengstenramingen een bepaalde invulling van de betrokken gronden in onder meer programmatisch en infrastructureel opzicht ten grondslag heeft gelegen op basis waarvan bedoelde ramingen meer gespecificeerd hadden kunnen zijn.

De Afdeling constateerde dat behalve een zeer algemene beschrijving in de toelichting van het exploitatieplan in de exploitatieopzet van het exploitatieplan niet was aangegeven de wijze van toerekening van de te verhalen kosten aan de uit te geven gronden. Ter zitting erkende de gemeente dat een dergelijke toerekening op basis van het gehanteerde programma wel in globale zin in de exploitatieopzet had kunnen worden opgenomen. De Afdeling achtte het exploitatieplan aldus ontoereikend vanwege het ontbreken van meer uitgewerkte kosten- en opbrengstenramingen en een toerekening van kosten aan de uit te geven gronden, terwijl ter zitting was komen vast te staan dat dat wel mogelijk was. Gelet hierop bestaat aanleiding voor het oordeel dat het exploitatieplan in zoverre in strijd moet worden geacht met artikel 6.13 van de Wro. Daaraan doet volgens de Afdeling niet af dat ingevolge artikel 6.13, derde lid, van die wet de betreffende onderdelen van het exploitatieplan een globale inhoud kunnen hebben.

Kortom, ook bij een exploitatieplan met een globale inhoud moet de gemeente zoveel als mogelijk de kosten- en opbrengstenramingen en de toerekening van de kosten uitwerken.

*) De uitspraken kunt u hier lezen: LJN: BR4624, LJN: BR4625, LJN: BR4626, LJN: BR4627, LJN: BR4628, LJN: BR4629