1. Home
  2. Omgevingswet
  3. Wettekst
  4. Hoofdstuk 10. Gedoogplichten
  5. Afdeling 10.3 Bij beschikking op te leggen gedoogplichten
  6. 10.3.2 Gedoogplichten
  7. 10.13a Gedoogplicht stortplaatsen

Artikel 10.13a Gedoogplicht stortplaatsen

Navigatie
|
Wettekst
BIJLAGE

1. Het bevoegd gezag voor de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een milieubelastende
activiteit die betrekking heeft op een stortplaats kan aan een rechthebbende een gedoogplicht
opleggen voor het verrichten van onderzoek op die stortplaats of in de onmiddellijke omgeving
daarvan en voor het aanbrengen, aanwezig zijn, onderhouden, gebruiken en verwijderen van de
voor dat onderzoek benodigde middelen als dat nodig is in het belang van de bescherming van de
bodem.

2. Het eerste lid is niet van toepassing op:
a. het storten van afvalstoffen als het gaat om het begraven van stoffelijke resten of het op of in
de bodem verspreiden van as, afkomstig van de verbranding van stoffelijke resten,
b. stortplaatsen waar uitsluitend baggerspecie wordt gestort,
c. stortplaatsen waar het storten van afvalstoffen is beëindigd voor 1 maart 1995,
d. stortplaatsen waar op of na 1 maart 1995 alleen afvalstoffen zijn of worden gestort voor het
aanbrengen van een bovenafdichting op die stortplaats, als de gestorte hoeveelheid ten hoogste
0,3 m3 afvalstof per m2 stortoppervlak bedraagt

Memorie van Toelichting; artikelsgewijze toelichting (Kamerstukken II 2017/18, 34 986, nr. 3, p. 209)

Dit artikel bevat de toevoeging aan hoofdstuk 10 van de gedoogplicht uit artikel 15 van het Stortbesluit bodembescherming. Onder aanpassing van de terminologie aan die van de Omgevingswet wordt die gedoogplicht overgezet naar de Omgevingswet. Zo komt de in artikel 15 van het Stortbesluit bodembescherming opgenomen zinsnede «aan de rechthebbenden ten aanzien van het gedeelte van de bodem waar het onderzoek wordt ingesteld» niet als zodanig terug. Dit volgt namelijk al uit de definitie van «rechthebbende» in samenhang met de definitie «werk van algemeen belang» zoals die gelden voor hoofdstuk 10 van de Omgevingswet. Het eerste lid bevat de inhoud van artikel 15 van het Stortbesluit bodembescherming. Het tweede lid bevat de uitzonderingen op het eerste lid, die volgen uit artikel 2, eerste, tweede en derde lid, van het Stortbesluit bodembescherming. Aan de bijlage bij de Omgevingswet zijn vanwege dit artikel begripsbepalingen voor «storten», «stortplaats», «winningsafvalvoorziening» en «winningsafvalstoffen» toegevoegd.