1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Goodwillvergoeding voor een distributeur naar Duits recht

Goodwillvergoeding voor een distributeur naar Duits recht

Vele Nederlandse ondernemers schakelen – zeker aan het begin van hun activiteiten op de Duitse markt – een agent of distributeur in. De nationale regelgeving ten opzichte van agentuur is gebaseerd op Europese regelgeving. Op grond hiervan komen vele wettelijke bepalingen in Duitsland en Nederland overeen. Niettemin zijn er verschillen die belangrijk zijn om te weten. Een hiervan is de goodwillvergoeding van een distributeur naar Duits recht.  Naar Nederlands recht heeft een distributeurn geen...
Leestijd 
Auteur artikel Susanne Hermsen-Pfeiffer
Gepubliceerd 11 oktober 2012
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Vele Nederlandse ondernemers schakelen – zeker aan het begin van hun activiteiten op de Duitse markt – een agent of distributeur in. De nationale regelgeving ten opzichte van agentuur is gebaseerd op Europese regelgeving. Op grond hiervan komen vele wettelijke bepalingen in Duitsland en Nederland overeen. Niettemin zijn er verschillen die belangrijk zijn om te weten. Een hiervan is de goodwillvergoeding van een distributeur naar Duits recht. 

Naar Nederlands recht heeft een distributeurn geen recht op een goodwillvergoeding (“Ausgleichsanspruch”) indien hij bij beëindiging van de contractuele verhouding zijn klantenkring aan de ondernemer overdraagt.  Wel is er een tendens te zien dat een soortgelijke vergoeding voor distributeurs wordt gevorderd. De Hoge Raad heeft bepaald dat een distributeur bij beëindiging van de contractuele verhouding recht heeft op een vergoeding voor investeringen die de distributeur voor de ondernemer heeft gemaakt en die op het moment van de beëindiging van de overeenkomst nog niet zijn terugverdiend.

Anders in Duitsland
Naar Duits recht heeft een distributeur, indien er aan bepaalde voorwaarden is voldaan, recht op een goodwillvergoeding van de ondernemer. Samengevat zijn er drie voorwaarden waaraan de distributeur moet voldoen om aanspraak te kunnen maken op een goodwillvergoeding.

De distributeur moet geïntegreerd zijn in de verkooporganisatie van de ondernemer, er moet dus niet alleen sprake zijn van een verkoper – koper relatie.

Hiervan is sprake als de distributeur economisch in grote mate vergelijkbare taken als de agent vervult. De distributeur moet hierdoor in zijn economische vrijheid worden beperkt.

Indicaties hiervoor zijn: toewijzing van een bepaald verkoopterritorium, verplichting om richtlijnen en belangen van de ondernemer in het verkoopterritorium in acht te nemen, training van medewerkers, verplichting om een bepaalde voorraad aan goederen te houden, recht van de ondernemer om te allen tijde toegang te verkrijgen tot de bedrijfsruimtes van de distributeur, gemeenschappelijk markt- en beursoptreden of een verplichting van de distributeur om een minimum aantal producten van de ondernemer af te moeten nemen.

Ten tweede dient de distributeur tijdens of bij beëindiging van de distributieovereenkomst, direct of indirect, de gegevens van zijn klanten aan de producent kenbaar te maken. De eisen die de jurisprudentie hieraan stelt zijn laag, hierdoor wordt gemakkelijk aan deze voorwaarde voldaan. Indien een ondernemer klantgegevens van de distributeur ontvangt terwijl hij deze niet wenst te ontvangen dan moet hij bezwaar maken om het recht van de distributeur op een goodwillvergoeding te voorkomen.

Ten derde moet het contract door de ondernemer zijn beëindigd. Dit kan tevens met wederzijdse goedkeuring.

Bij het opstellen van een distributieovereenkomst naar Duits recht, of bij de praktische uitvoering hiervan, moeten partijen dus rekening houden met een goodwillvergoeding voor de distributeur. Afhankelijk van het overeenkomen van een goodwillvergoeding bij beëindiging van de overeenkomst, is te adviseren al in het contract op te nemen of de distributeur wel of geen klantgegevens aan de ondernemer dient te verstrekken en op welke manier de distributeur in de onderneming ingebonden is.