Jurisprudentieoverzicht Gezondheidszorg Oktober 2025

12 november 2025

Hier vindt u een overzicht van belangrijke juridische uitspraken op het gebied van de gezondheidszorg die in de maand oktober 2025 zijn gepubliceerd. Voor iedere zaak geven we een korte samenvatting en de belangrijkste conclusies. 

Marieke van Dongen
Marieke van Dongen
Advocaat - Partner
Stefan Donkelaar
Stefan Donkelaar
Advocaat - Senior
Petra de Waal
Petra de Waal
Fiscalist - Associate Partner
In dit artikel

Wet langdurige zorg (Wlz) 

Rechtbank Oost-Brabant 27-10-2025 (publicatiedatum: 31-10-2025) ECLI:NL:RBOBR:2025:6892 

Het CIZ heeft de eerdere Wlz-aanvraag van eiseres afgewezen. Daarna is een latere aanvraag toegewezen en is eiseres geïndiceerd voor Wlz-zorg. Eiseres dient een herzieningsverzoek in voor de eerdere afwijzing, maar dit wordt afgewezen omdat er geen procesbelang meer is.  

Kernpunt: er moet sprake zijn van een procesbelang voor de inhoudelijke beoordeling van de afwijzing van een herzieningsverzoek.  

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 06-10-2025 (publicatiedatum: 15-10-2025) ECLI:NL:RBZWB:2025:6808 

De rechtbank oordeelt dat het CIZ terecht het zorgprofiel van eiser heeft gewijzigd, omdat er voldoende aanwijzingen waren dat het eerdere profiel niet meer passend was. Het CIZ mocht een nieuw medisch onderzoek eisen en heeft overtuigend gemotiveerd dat de zorgbehoefte vooral voortkomt uit psychiatrische problematiek, zonder noodzaak voor 24-uurs zorg. Het beroep is daarom ongegrond. 

Kernpunt: het CIZ mag het zorgprofiel van eiser wijzigen, omdat eiser weigerde mee te werken aan nieuw medisch onderzoek en er aanwijzingen waren dat er niet langer noodzaak voor 24-uurs Wlz-zorg was.  

Centrale Raad van Beroep 09-10-2025 (publicatiedatum: 10-10-2025) ECLI:NL:CRVB:2025:1485 

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het CIZ de aanvraag van appellant voor Wlz-zorg terecht heeft afgewezen. Hoewel sprake is van een intensieve zorgbehoefte door lichamelijke beperkingen, is geen 24-uurs toezicht of zorg in de nabijheid nodig om ernstig nadeel te voorkomen. Het medisch onderzoek was zorgvuldig, ook al is dit via beeldbellen uitgevoerd, en de medische advisering gaf een volledig beeld van de situatie. Het hoger beroep slaagt niet en de uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd. 

Kernpunt: het CIZ heeft de Wlz-aanvraag terecht afgewezen omdat er geen noodzaak is voor permanent toezicht of 24-uurs zorg in de nabijheid. 

Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) 

Rechtbank Den Haag 23-10-2025 (publicatiedatum 31-10-2025) ECLI:NL:RBDHA:2025:20042 

De rechtbank Den Haag wijst het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel af. Hoewel eerder sprake was van dreigend ernstig nadeel door een psychische stoornis, blijkt nu dat betrokkene geen verzet meer toont en bereid is tot vrijwillige behandeling. De psychiater heeft vertrouwen in voortzetting van de zorg binnen een vrijwillig kader. Daarom acht de rechtbank een gedwongen maatregel niet langer noodzakelijk. 

Kernpunt: de crisismaatregel wordt niet verlengd omdat betrokkene bereid is tot vrijwillige behandeling en geen verzet meer toont tegen zorg. 

Rechtbank Den Haag 15-10-2025 (publicatiedatum 31-10-2025) ECLI:NL:RBDHA:2025:19913 

De rechtbank Den Haag breidt de zorgmachtiging van betrokkene uit vanwege dreigend en verward gedrag en verzet tegen behandeling. Extra verplichte zorg — waaronder insluiten, toezicht en opname — is toegestaan tot 1 juli 2026. 

Kernpunt: bij gedragsveranderingen kan de zorgmachtiging uitgebreid worden met aanvullende vormen van verplichte zorg.  

Rechtbank Rotterdam 8-10-2025 (publicatiedatum 30-10-2025) ECLI:NL:RBROT:2025:12618 

De rechtbank Rotterdam heeft een zorgmachtiging verleend voor een vrouw met een psychotische stoornis. Ondanks een lopende strafzaak wegens belaging acht de rechtbank bewezen dat sprake is van ernstig nadeel, zoals psychische, financiële en maatschappelijke schade. Vrijwillige zorg is niet mogelijk, waardoor verplichte zorg nodig is, waaronder medicatietoediening, bewegingsbeperking, verplichte behandelafspraken en opname. 

Kernpunt: De rechtbank verleent verplichte zorg aan een vrouw met een psychotische stoornis ondanks een lopende strafzaak. 

Rechtbank Oost-Brabant 10-10-2025 (publicatiedatum: 21-10-2025) ECLI:NL:RBOBR:2025:6359 

De rechtbank wijst het verzoek tot beëindiging van de zorgmachtiging af. Betrokkene heeft een wisselend (“golvend”) toestandsbeeld met periodes van ontregeling en terugval in middelengebruik, waardoor nog steeds risico bestaat op ernstig nadeel. Vrijwillige zorg is niet voldoende stabiel gebleken, en aan de wettelijke voorwaarden voor beëindiging van verplichte zorg is niet voldaan. 

Kernpunt: de zorgmachtiging blijft gelden omdat het wisselende toestandsbeeld van betrokkene nog steeds risico op ernstig nadeel oplevert. 

Rechtbank Oost-Brabant 18-09-2025 (datum publicatie: 21-10-2025) ECLI:NL:RBOBR:2025:6193 

 De rechtbank Oost-Brabant verleent een zorgmachtiging op basis van een zelfbindingsverklaring. De betrokkene had vooraf vastgelegd dat bij verslechtering van zijn psychische toestand verplichte zorg mag worden toegepast. Omdat hij afspraken niet nakomt, medicatie weigert en vermoedelijk drugs gebruikt, acht de rechtbank ingrijpen noodzakelijk. De zelfbindingsverklaring is immers (ook) bedoeld om eerder, dus nog voordat sprake is van ernstig nadeel, te kunnen ingrijpen met een zorgmachtiging. 

Kernpunt: de rechtbank verleent verplichte zorg op basis van een zelfbindingsverklaring omdat betrokkene zijn afspraken en medicatie weigert en opnieuw ontregeld is. 

Rechtbank Amsterdam 15-09-2025 (publicatiedatum: 17-10-2025) ECLI:NL:RBAMS:2025:6850 

De rechtbank verleent een zorgmachtiging aan een vrouw met een psychotische en persoonlijkheidsstoornis. De Hoge Raad had de eerdere beschikking vernietigd wegens een procedurefout, maar na herbeoordeling acht de rechtbank de medische verklaring nog actueel en het ernstig nadeel — waaronder levensgevaar en risico op letsel — voldoende onderbouwd.  

Kernpunt: de rechtbank verleent opnieuw een zorgmachtiging omdat sprake is van ernstig nadeel door een psychische stoornis en vrijwillige zorg niet mogelijk is. 

Rechtbank Midden-Nederland 10-09-2025 (publicatiedatum: 17-10-2025) ECLI:NL:RBMNE:2025:5272 

De rechtbank wijzigt een zorgmachtiging zodat het volgen van een cliënt met een elektronische tag valt onder de vorm van verplichte zorg “uitoefenen van toezicht met een elektronisch middel.” Het volgen van betrokkene via een tag is geen beperking van bewegingsvrijheid of communicatiemiddel, maar een vorm van toezicht om zijn veiligheid te waarborgen.  

Kernpunt: het volgen van een cliënt met een elektronische tag geldt als verplichte zorg in de vorm van elektronisch toezicht, niet als beperking van bewegingsvrijheid. 

Rechtbank Den Haag 24-09-2025 (publicatiedatum: 02-10-2025) ECLI:NL:RBDHA:2025:17619 

De rechtbank Den Haag verlengt op verzoek van betrokkene zelf een crisismaatregel, ondanks dat zijn behandelaren dit niet noodzakelijk vonden. Betrokkene, een 16-jarige jongen met onder meer ADHD en emotieregulatieproblemen, kampt met suïcidale gedachten en heeft behoefte aan rust en structuur tot zijn geplande intake bij een andere instelling. 

Kernpunt: de rechtbank verlengt de crisismaatregel omdat betrokkene, ondanks de mening van zijn behandelaren, zelf om opname vraagt 

Wet zorg en dwang (Wzd) 

Rechtbank Amsterdam 09-09-2025 (publicatiedatum 23-10-2025) ECLI:NL:RBAMS:2025:7006 

De rechtbank verleent een rechterlijke machtiging voor opname en verblijf van een vrouw met vasculaire dementie voor twee jaar. Zij verzet zich voortdurend verbaal tegen haar verblijf en wil naar huis. Dit verzet geldt als echt verzet — fysiek weglopen is niet vereist.  

Kernpunt: voortdurend verbaal verzet tegen opname geldt als echt verzet, waardoor een rechterlijke machtiging voor opname nodig is. 

Hoge Raad 03-10-2025 (publicatiedatum: 03-10-2025) ECLI:NL:HR:2025:1450 

De Hoge Raad oordeelt dat de echtgenoot, geregistreerde partner of andere levensgezel van een betrokkene niet als belanghebbende wordt aangemerkt in een procedure over een rechterlijke machtiging op grond van de Wet zorg en dwang (Wzd). Zij kunnen wel het CIZ verzoeken een machtiging aan te vragen en door de rechter worden gehoord, maar hebben geen zelfstandig procesrecht, zoals het indienen van een verweerschrift of instellen van rechtsmiddelen. Het cassatieberoep wordt daarom verworpen. 

Kernpunt: een echtgenoot, partner of levensgezel in een Wzd-procedure is geen formele belanghebbende is en heeft dus geen zelfstandig procesrecht. 

Privacy en tuchtrechtspraak 

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 28-10-2025 (publicatiedatum: 30-10-2025) ECLI:NL:TGZRZWO:2025:132 

De neuroloog stelde in 2015 bij klaagster de diagnose ziekte van Parkinson op basis van klinisch onderzoek en een MRI-scan, waarna zij jarenlang werd behandeld met Parkinsonmedicatie. In 2024 wees een DaT-scan echter uit dat er geen aanwijzingen voor Parkinson waren en dat de diagnose onjuist was. Het tuchtcollege oordeelde dat de neuroloog onvoldoende zorgvuldig onderzoek had verricht, te snel tot de diagnose kwam en later onvoldoende kritisch bleef ondanks een atypisch ziekteverloop. De klacht werd gegrond verklaard en de neuroloog kreeg een waarschuwing opgelegd. 

Kernpunt: neuroloog krijgt berisping voor het stellen van een onzorgvuldige diagnose. 

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 28-10-2025 (publicatiedatum: 28-10-2025) ECLI:NL:TGZRAMS:2025:255 

Het RTG behandelt een klacht tegen een uroloog over de zorg aan de echtgenoot van klaagster, die inmiddels is overleden. Van de vijf klachtonderdelen is alleen het verwijt gegrond dat de uroloog het medisch dossier niet tijdig aan de nabestaanden heeft verstrekt bij een voldoende onderbouwd zwaarwegend belang, namelijk het vermoeden van een medische fout. Het RTG legt een waarschuwing op.  

Kernpunt: als er sprake is van een duidelijk zwaarwegend belang, moet het medisch dossier tijdig aan nabestaanden worden verstrekt.  

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 24-10-2025 (publicatiedatum 27-10-2025) ECLI:NL:TGZRZWO:2025:128 

Een verpleegkundig specialist GGZ kreeg een waarschuwing omdat zij in een brief aan Veilig Thuis onvolledige en onzorgvuldige informatie had verstrekt over de klaagster, de ex-partner van haar cliënt. Het tuchtcollege vond dat zij daarmee Veilig Thuis onjuist en onvolledig had voorgelicht en dat zij te weinig afstand had gehouden tot de belangen van haar cliënt. Ze krijgt een waarschuwing.  

Kernpunt: een verpleegkundig specialist kreeg een waarschuwing omdat zij in een brief aan Veilig Thuis onjuiste en onvolledige informatie gaf, zonder dat er sprake van hoor en wederhoor was. 

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 24-10-2025 (publicatiedatum 24-10-2025) ECLI:NL:TGZRAMS:2025:251 

Een tandarts kreeg een waarschuwing omdat zij niet goed had vastgelegd/toegelicht dat er bij een patiënte met tandvleesproblemen ook bij goede mondhygiëne een plotselinge verslechtering kon optreden. 

Kernpunt: een tandarts krijgt een waarschuwing vanwege gebrekkige dossiervoering en communicatie. 

Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 22-10-2025 (publicatiedatum 23-10-2025) ECLI:NL:TGZCTG:2025:166 

Een chirurg kreeg een gegrondverklaring zonder maatregel omdat hij een tumorrecidief bij een patiënte pas drie dagen later in een familiegesprek meldde. Hij wilde uit verantwoordelijkheid het slechte nieuws zelf brengen, maar onderschatte de impact van het uitstel en liet collega’s de bevinding niet delen. Het tuchtcollege achtte dit verwijtbaar, maar zag af van een maatregel omdat de chirurg zelfreflectie toonde en van zijn fout had geleerd. 

Kernpunt: de chirurg informeerde te laat over een tumorrecidief, waardoor de patiënte onnodig in het ongewisse bleef; hij onderschatte de gevolgen van dit uitstel. 

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 21-10-2025 (publicatiedatum 21-10-2025) ECLI:NL:TGZRAMS:2025:250 

Een plastisch chirurg kreeg een berisping omdat hij bij een voorhoofdslift de incisie achter de haargrens plaatste en zo het voorhoofd verhoogde, terwijl de patiënte dit uitdrukkelijk niet wilde. Hij lichtte haar onvoldoende in, deed later een onethisch voorstel om foto’s te gebruiken in ruil voor een vergoeding, en voerde gebrekkig dossierbeheer. 

Kernpunt: een plastisch chirurg krijgt een berisping omdat hij de patiënt onvoldoende had geïnformeerd en er sprake was van gebrekkige dossiervoering.  

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 17-10-2025 (publicatiedatum 20-10-2025) ECLI:NL:TGZRZWO:2025:126 

Een psychotherapeut kreeg een berisping omdat zij een cliënt tijdens een emotioneel escalerend consult zonder waarschuwing wegstuurde en vervolgens onvoldoende nazorg bood. 

Kernpunt: de psychotherapeut kreeg een berisping omdat zij een emotionele cliënt plotseling wegstuurde en onvoldoende nazorg verleende. 

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 26-09-2025 (publicatiedatum: 02-10-2025) ECLI:NL:TGZRZWO:2025:112 

Een huisarts kreeg een waarschuwing omdat zij het medisch dossier van een overleden patiënte te laat en niet correct (deels onleesbaar en niet chronologisch) aan de dochter had verstrekt en niet reageerde op een verzoek om gegevens te verwijderen, ondanks dat dit in het levenstestament was vastgelegd. Het tuchtcollege oordeelde dat de huisarts hiermee in strijd handelde met de AVG en de KNMG-richtlijn en dus onzorgvuldig had gehandeld. 

Kernpunt: De huisarts kreeg een waarschuwing omdat zij het medisch dossier van een overleden patiënte te laat en onvolledig verstrekte en niet reageerde op een verzoek tot aanpassing. 

Zorgverzekeringswet  

Rechtbank Den Haag 21-05-2025 (datum publicatie: 13-10-2025), ECLI:NL:RBDHA:2025:18738 

Geschil over de vraag of Zilveren Kruis voorwaarden mocht stellen aan de dosering en de frequentie van het gebruik van bepaalde cholesterolverlagende medicatie. De rechtbank heeft bepaald van niet en oordeelde dat Zilveren Kruis (dus) wanprestatie heeft gepleegd. 

Kernpunt: Zilveren Kruis heeft wanprestatie gepleegd door eisen te stellen die haaks staan op het (wettelijk en) contractuele uitgangspunt van gepast en doelmatig gebruik van medicatie en op grond daarvan declaraties af te keuren. 

Rechtbank Midden-Nederland 24-09-2025 (datum publicatie: 10-10-2025), ECLI:NL:RBMNE:2025:5097 

In deze zaak stond de vraag centraal of ONVZ reële tarieven biedt voor de zorg die voetzorgaanbieders leveren (onder andere orthopedisch schoeisel), hetgeen ONVZ volgens de voetzorgaanbieders niet doet. De voetzorgaanbieders zijn in het gelijk gesteld: ONVZ moet bij haar contractaanbod voor 2026 uitgaan van haar tarieven over 2025 vermeerderd met 23% en vervolgens indexeren op basis van de NZa-prijsindexcijfers. 

Kernpunt: ONVZ moet haar tarieven voor voetzorg met 23% verhogen en indexeren op basis van de NZa-prijsindexcijfers. 

Rechtbank Limburg 02-10-2025, ECLI:NL:RBLIM:2025:9505 

Eiseres heeft een drietal ziekenhuizen en haar zorgverzekeraar (VGZ) in kort geding gedagvaard. Zij stelt op korte termijn te overlijden als zij niet een zogenoemde TPV-behandeling krijgt. De ziekenhuizen weigeren deze behandeling toe te dienen. Volgens de rechter heeft VGZ niet de plicht om ervoor te zorgen dat de behandeling toch wordt aangeboden. 

Kernpunt: een zorgverzekeraar heeft, bij weigering van artsen een bepaalde behandeling uit te voeren, niet de plicht ervoor te zorgen dat aan een patiënt alsnog die behandeling wordt geboden. 

Rechtbank Gelderland 17-09-2025 (datum publicatie: 03-10-2025), ECLI:NL:RBGEL:2025:8160 

De voorzieningenrechter oordeelde dat Menzis geen preferentiebeleid mag voeren voor de SLIT-allergiemiddelen Acarizax en Actair enerzijds en Grazax en Oralair anderzijds, omdat deze producten niet dezelfde werkzame stof hebben en dus niet onderling uitwisselbaar zijn. Het betoog van Menzis dat het beleid toch mogelijk is vanwege gelijke therapeutische waarde werd onvoldoende aannemelijk geacht. 

Kernpunt: Menzis mag geen preferentiebeleid voeren voor de SLIT-allergiemiddelen Acarizax en Actair enerzijds en Grazax en Oralair anderzijds. 

Ondernemingsrecht 

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 23-09-2025 (publicatiedatum: 30-09-2025), ECLI:NL:GHARL:2025:5848 https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:N  

Rechtbank en Gerechtshof oordelen dat de betrokken zorgondernemer in het kader van de doorstart van een gefailleerde zorgkliniek de overeenkomst met de curator waarbij de voorwaarden voor een doorstart zijn afgesproken – waaronder afdracht van ontvangen zorgvergoedingen aan de boedel – hoofdelijk (‘in privé’) is aangegaan naast de stichting waarvan hij bestuurder was en niet slechts als borg voor het geval de stichting geen verhaal zou bieden.  

Rechtbank Rotterdam 01-10-2025 (publicatiedatum: 02-10-2025), ECLI:NL:RBROT:2025:11506 https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:RBROT:2025:11506 

Statutair bestuurder van een thuiszorgorganisatie heeft gehandeld in strijd met haar wettelijke verplichting tot het voeren van – kort gezegd – een deugdelijke administratie (de administratie voldeed niet aan de daaraan ingevolge artikel 36 Wmg te stellen eisen). Dat is mede onrechtmatig jegens een zorgverzekeraar als CZ, nu deze verplichting er mede toe strekt dat een zorgverzekeraar in staat wordt gesteld de rechtmatigheid van zorgdeclaraties te controleren. De middellijk bestuurder kan een persoonlijk ernstig verwijt worden gemaakt van het handelen van de statutair bestuurder en is daarom ook aansprakelijk jegens CZ. 

Kern: een middellijk bestuurder die geen maatregelen heeft genomen om te voorkomen dat de statutair bestuurder onrechtmatig zou handelen kan hiervoor als bestuurder persoonlijk aansprakelijk zijn.  

Btw 

Hoge Raad 3 oktober 2025, ECLI:NL:HR:2025:1326, Hoge Raad, 22/00859

In deze zaak is beslist dat de coördinerende en ondersteunde werkzaamheden die een huisarts verrichte aan een ketenzorgorganisatie belast zijn met btw. Het arrest is gebaseerd op het feit dat de huisarts de werkzaamheden zelfstandig verricht, maar zelf geen ketenzorginstelling is en ook geen ketenzorg verleend, daarmee vallen de werkzaamheden niet onder de vrijstelling voor ketenzorgorganisaties. De werkzaamheden die werden verleend vormden ook geen btw-vrijgestelde huisartsenzorg en vormden hier ook niet één geheel mee.  

Kern: dit arrest maakt weer eens pijnlijk duidelijk dat de btw-vrijstellingen strikt worden uitgelegd en dat de reikwijdte van ketenzorg btw-vrijstelling beperkt is. Naast dat het moeilijk voorstelbaar is dat de huisarts echt alleen coördinerende en ondersteunende taken verricht is het tevens opvallend dat de Hoge Raad verondersteld dat de btw een onderdeel is van de bekostiging door de zorgverzekeraars. Dit laatst is zeker een aandachtspunt voor de praktijk.   

Gerchtshof Arnhem-Leeuwarden 30-09-2025 (publicatiedatum 24-10-2025),  ECLI:NL:GHARL:2025:6015, Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 23/1503

Het Hof oordeelt in deze uitspraak dat de gehele pensioenpremie voor de uitvoering van pensioenregelingen door een bedrijfstakpensioenfonds niet onder een vrijstelling valt, maar belast is met 21% btw. Dit was in de zaak die was aangespannen ook de inzet van de pensioenfondsen. Het Hof oordeelt dat de gehele pensioenpremie voor de uitvoering van pensioenregelingen door een bedrijfstakpensioenfonds niet onder een vrijstelling valt omdat niet aan de (strikte) voorwaarden van een vrijstelling wordt voldaan. 

Kernpunt: Een bevestiging van deze uitspraak door de Hoge Raad zou betekenen dat pensioenfondsen 21% btw moeten berekenen over de pensioenpremies aan werkgevers, wanneer het vereiste directe verband tussen premiebetaling en recht op pensioenuitkering ontbreekt. Nu zorginstellingen geen aftrekrecht hebben heeft deze uitspraak in potentie grote impact op de betaalbaarheid van de pensioenpremies.  

Gerelateerd

Rechtbank fluit Zilveren Kruis terug over vergoedingsvoorwaarde voor geneesmiddelen

De rechtbank Den Haag publiceerde onlangs haar vonnis van 21 mei 2025, waarin zij een streep zet door het beleid van Zilveren Kruis (ende aan haar gelieerde...
Jeugdwet en Wmo 2015: belangrijke juridische uitspraken van september 2025

Jeugdwet en Wmo 2015: belangrijkste jurisprudentie van september 2025

Bekijk een overzicht van belangrijke juridische uitspraken binnen het sociaal domein die voor de Jeudgwet en de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo)...
jurisprudentie participatiewet 2025

Jurisprudentie Participatiewet: belangrijkste uitspraken van september 2025

Bekijk een overzicht van belangrijke juridische uitspraken binnen het sociaal domein die voor de participatiewet in september 2025 zijn gepubliceerd. Iedere...

Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg | Blog 6: Centrale toezichthoudende rol NZa

Naar aanleiding van geconstateerde structurele knelpunten in de jeugdhulp en jeugdzorg is de Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg ingediend en 7 oktober...

Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg | Blog 5: Eisen aan bedrijfsvoering en jaarverantwoording jeugdhulpaanbieders

Naar aanleiding van geconstateerde structurele knelpunten in de jeugdzorg - waaronder jeugdhulp, kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering vallen - is...

Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg | Blog 4: Verplichte bestuursstructuur en raad van toezicht

Naar aanleiding van geconstateerde structurele knelpunten in de jeugdzorg - waaronder jeugdhulp, kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering vallen - is...
No posts found