Subsidieregeling voor goodwill medisch specialisten

Per 1 januari 2015 zal de invoering van integrale tarieven voor medische specialistische zorg ingaan. Met de invoering van de integrale tarifering komt een einde aan de situatie waarbij het ziekenhuis en de medisch specialist ieder voor een deel van de prestatie een tarief in rekening brengen voor - in de ogen van patiënten – één ondeelbare prestatie. Tevens zal de zogenaamde ‘ruling’ komen te vervallen op grond waarvan medisch specialisten nu nog worden aangemerkt als ondernemer, waardoor zij gebruik kunnen maken van bepaalde fiscale ondernemersfaciliteiten. Om na 1 januari 2015 nog in aanmerking te komen voor deze fiscale ondernemersfaciliteiten, zullen de medisch specialisten moeten aantonen dat zij daadwerkelijk ‘ondernemer’ zijn.

De Minister van VWS ziet twee mogelijkheden voor de vrijgevestigde medisch specialisten na 1 januari 2015: zij kunnen in loondienst treden, of zij kunnen hun ondernemerschap behouden door te kiezen voor bepaalde uitgewerkte fiscale modellen.

Met betrekking tot het in loondienst treden van de medisch specialisten echter voorziet de minister een probleem met de goodwill die de specialisten in het verleden hebben betaald om toe te kunnen treden tot een maatschap – indien zij in loondienst gaan, is er geen nieuwe specialist aan wie zij hun praktijk kunnen overdragen tegen betaling van goodwill. Hierdoor leiden de medisch specialisten schade, die gemiddeld begroot is op € 300.000,= per specialist. Deze schade kan ertoe leiden dat de overstap naar loondienst door het ziekenhuis en de medisch specialist als een minder aantrekkelijke optie wordt beschouwd. Om van een dergelijke overstap naar loondienst toch een reële optie te maken, heeft de minister besloten een tegemoetkoming te verlenen, met de ‘Subsidieregeling overgang integrale tarieven medisch specialistische zorg’ die per 1 januari 2015 in werking zal treden.

De tegemoetkoming betreft een subsidie van maximaal € 100.000,= die het ziekenhuis, daartoe gemachtigd door de medisch specialist, vanaf 31 december 2014 aan kan vragen. Het totale beschikbare bedrag voor het fonds is in eerste instantie € 125 miljoen, maar dat kan meer worden indien meer specialisten een beroep doen op het fonds. Aan de regeling zijn uiteraard de nodige voorwaarden verbonden:

• De medisch specialist moet in de periode van 1 januari tot en met 30 juni 2015 zijn hoedanigheid als vrij gevestigd medisch specialist beëindigen. Daarna moet hij zijn activiteiten als medisch specialist uitsluitend nog op basis van één of meer arbeidsovereenkomsten met één of meer ziekenhuizen verrichten;


• De medisch specialist moet op basis van de voor hem geldende toelatingsovereenkomst(en) ten minste twintig uur per week aanwezig zijn in het ziekenhuis ter uitoefening van zijn medisch beroep;


• De medisch specialist zal in ieder geval tot 1 juni 2019 niet weer als vrijgevestigde aan de slag mogen gaan;


• De medisch specialist zal, behoudens overlijden en arbeidsongeschiktheid, voor ten minste twintig uren per week als medisch specialist in één of meer ziekenhuizen werkzaam moeten zijn op basis van één of meer arbeidsovereenkomsten;


• De medisch specialist moet onverwijld een schriftelijke melding doen van een nieuwe arbeidsovereenkomst met een ziekenhuis en van een wijziging van een bestaande arbeidsovereenkomst indien die de arbeidsduur betreft.

Indien de medisch specialist een vergoeding ontvangt in verband met de beëindiging van zijn activiteiten als vrijgevestigd medisch specialist, bijvoorbeeld in de vorm van een overnamesom, dan kan hij geen aanspraak maken op de subsidie. Ook de verkrijging van een belang in een medisch specialistisch bedrijf of een collectief met het ziekenhuis tegen inbreng van zijn onderneming is een voorbeeld van een vergoeding waardoor geen aanspraak op de subsidie bestaat. Echter, als de medisch specialist een vergoeding ontvangt van het ziekenhuis waarmee hij een arbeidsovereenkomst heeft gesloten als (gedeeltelijke) compensatie, dan staat dat niet aan de subsidie in de weg.

Zoals opgemerkt, dient de subsidie te worden aangevraagd door het ziekenhuis. De aanvraag moet vóór 1 maart 2015 ingediend zijn. De minister gaat over tot bevoorschotting voor een bedrag van € 80.000 en geschiedt aan het ziekenhuis dat de aanvraag tot verlening heeft ingediend. Vervolgens dienen het ziekenhuis en de medisch specialist afspraken te maken over de doorbetaling. Uiteindelijk dient het ziekenhuis, uiterlijk per 1 juli 2019, ook de aanvraag tot vaststelling van de subsidie indienen. Is aan alle voorwaarden voldaan, dan ontvangt het ziekenhuis de overige € 20.000,= van de subsidie. Indien de voorwaarden niet (volledig) zijn nagekomen, zal een eventueel teveel ontvangen bedrag moeten worden terugbetaald uit hoofde van onverschuldigde betaling. Ook Indien na de vaststelling alsnog sprake is van een vergoeding voor de beëindiging van de activiteiten als vrij gevestigd medisch specialist anders dan een onmiddellijke of middellijke vergoeding van het ziekenhuis, zal de minister de vaststelling wijzigen, het bedrag op nihil vaststellen en het uitbetaalde bedrag aan subsidie terugvorderen.