1. Home
  2. Omgevingswet
  3. Wettekst
  4. Hoofdstuk 18. Handhaving en uitvoering
  5. Afdeling 18.3 Kwaliteitsbevordering en afstemming uitvoering en handhaving
  6. 18.3.3 Kwaliteit uitvoering en handhaving; omgevingsdiensten
  7. 18.23 Kwaliteit basistakenpakket omgevingsdiensten

Artikel 18.23 Kwaliteit basistakenpakket omgevingsdiensten

Navigatie
|
Wettekst
BIJLAGE

1. Om een goede kwaliteit van de uitoefening van de uitvoeringstaak en de handhavingstaak door de omgevingsdiensten te waarborgen:
a. stelt de gemeenteraad regels over de uitoefening van deze taken of de daarmee samenhangende werkzaamheden, bedoeld in artikel 18.22, eerste lid, die in opdracht van het college van burgemeester en wethouders worden uitgevoerd,
b. stellen provinciale staten regels over de uitoefening van deze taken of de daarmee samenhangende werkzaamheden, bedoeld in artikel 18.22, eerste lid, die in opdracht van gedeputeerde staten worden uitgevoerd.

2. Per omgevingsdienst en voor de op grond van artikel 18.22, tweede lid, aangewezen omgevingsdiensten worden uniforme regels vastgesteld.

Memorie van Toelichting; artikelsgewijze toelichting (Kamerstukken II 2017/18, 34 986, nr 3, p. 305)

Deze bepaling is met een aantal redactionele wijzigingen ontleend aan artikel 5.4 Wabo (voetnoot: Zie voor een toelichting op de aan artikel 5.4 ontleende inhoud: Kamerstukken II 2014/15, 33 872, nr. 8, blz. 8–10). Met de nieuwe redactie is geen inhoudelijke wijziging beoogd, alleen een inkorting van de tekst. Een hulpmiddel voor het komen tot de in het tweede lid bedoelde uniforme regels is een door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en Interprovinciaal Overleg gezamenlijk opgestelde modelverordening (voetnoot: htps://vng.nl/onderwerpenindex/milieu-en-mobiliteit/vergunningverlening-toezicht-en-
handhaving/nieuws/modelverordening-gereed-aan-de-slag-met-kwaliteit-vth; http://
www.ipo.nl/publicaties/modelverordening-gereed-aan-de-slag-met-kwaliteit-vth). Als de betrokken bestuursorganen een andere regeling wensen, dan worden die regels onderling afgestemd, zodat ook in dat geval uniformiteit is gewaarborgd. Het tweede lid biedt een waarborg voor de uniformiteit van de kwaliteitseisen die door de verschillende betrokken bestuursorganen aan de uitoefening van uitvoeringstaak en handhavingstaak door één omgevingsdienst of door de BRZO-omgevingsdiensten gezamenlijk worden gesteld.

In aansluiting bij artikel 18.20 wordt voorgesteld de «hoorplicht» bij het opstellen van regels niet over te nemen. Kortheidshalve wordt verwezen naar de toelichting op artikel 18.20.

Het vierde lid van artikel 5.4 wordt ook niet overgenomen. Aan deze grondslag om bij ministeriële regeling gevallen aan te wijzen waarin voldoende zorg is gedragen voor de uniformiteit, bestaat bij nader inzien geen behoefte.

In het eerste en tweede lid van artikel 18.24 wordt «Onze Minister en Onze betrokken Ministers» vervangen door «Onze Ministers die het aangaat». Hiermee komt de gezamenlijke verantwoordelijkheid tot uitdrukking.