1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Copryright trolls (in principe) volledige handhavingsbevoegdheden van de auteursrechthebbende

Copryright trolls (in principe) volledige handhavingsbevoegdheden van de auteursrechthebbende

Het Europese Hof oordeelt dat het copyright trolls – partijen die enkel auteursrechten afdwingen om er geld aan te verdienen – in principe is toegestaan schadevergoeding bij vermeend inbreukmakers te vorderen, mits er bij dat verzoek geen sprake is van misbruik. Hen komt onder voorwaarden de volledige handhavingsbevoegdheden van de auteursrechthebbende onder het Unierecht toe.
Leestijd 
Auteur artikel Sven Wakker
Gepubliceerd 18 juni 2021
Laatst gewijzigd 22 juni 2021

Wat was er aan de hand?

Aan de orde is een kwestie in België, waarbij een onderneming Mircom bij de ondernemingsrechtbank Antwerpen (België) een verzoek om informatie heeft ingediend tegen internetprovider Telenet. Doel van dat verzoek was het verkrijgen van naam- en adresgegevens van Telenet-klanten op basis van verzamelde IP-adressen. De internetverbindingen van Telenetklanten zijn namelijk gebruikt om via het BitTorrentprotocol films uit de catalogus van Mircom op een peer-to-peernetwerk te delen.

In deze context heeft de verwijzende Antwerpse rechter het Europees een aantal vragen gesteld, te beginnen met de vraag of het delen op dit netwerk van onderdelen van een mediabestand met een beschermd werk krachtens het Unierecht een mededeling aan het publiek vormt. Daarnaast wenst hij te vernemen of een houder van intellectuele-eigendomsrechten, zoals Mircom, die deze rechten niet zelf exploiteert maar slechts schadevergoeding vordert van vermeende inbreukmakers, gebruik kan maken van de maatregelen, procedures en rechtsmiddelen waarin het Unierecht voorziet om de eerbiediging die rechten te verzekeren, bijvoorbeeld door om informatie te verzoeken. In de eerdere conclusie van advocaat-generaal Szpunar werd Mircom al bestempeld als “copyright troll”: een partij die enkel auteursrechten afdwingt om er geld aan te verdienen.

Tot slot heeft de verwijzende rechter het Europese Hof verzocht duidelijkheid te verschaffen over de vraag of Mircom de IP-adressen van de klanten op rechtmatige wijze heeft verzameld en of het rechtmatig is om de door Mircom aan Telenet gevraagde gegevens te verstrekken.

Hoe beantwoordt het Europese Hof deze vragen?

Met haar arrest van 17 juni 2021 beantwoordt het Europese Hof de gestelde vragen als volgt.

Het Europese Hof verduidelijkt eerst dat het uploaden van eerder gedownloade onderdelen van een mediabestand met een beschermd werk via een peer-to-peernetwerk een openbaarmakingshandeling betreft, zelfs als de gedeelde onderdelen op zichzelf niet bruikbaar zijn, het uploaden automatisch plaatsvindt via een BitTorrentclient waarop de gebruiker zich geabonneerd heeft en ermee heeft ingestemd dat deze software zal worden toegepast, na het naar behoren te zijn geïnformeerd over de kenmerken ervan.

Via BitTorrent download men decentraal bestanden door kleine delen daarvan op te halen bij een gecoördineerde groep gebruikers (swarm) die op dat moment meedoen aan het up- en downloaden ervan. De bijzonderheid van dit protocol is erin gelegen dat de bestanden dus niet in hun geheel ter upload ter beschikking worden gesteld, en dat uiteindelijk het torrent-bestand van alle deeltjes het werk vormt. Het Europese Hof oordeelt nu dat iedere handeling waarmee een gebruiker van een swarm met volledige kennis van de gevolgen van zijn handelwijze toegang verleent tot deeltjes van beschermde werken een beschikbaarstelling voor het publiek is in de zin van het Unierecht.

In de tweede plaats is het Europese hof van oordeel dat een houder van intellectuele-eigendomsrechten, zoals Mircom die deze rechten niet exploiteert maar slechts van vermeende inbreukmakers schadevergoeding wil vorderen, in beginsel gebruik kan maken van de in de Handhavingsrichtlijn benoemde maatregelen, procedures en rechtsmiddelen inzake handhaving van intellectuele eigendomsrechten, mits zijn verzoek geen misbruik uitmaakt. Dit in tegenstelling tot de conclusie van advocaat-generaal Spuznar, die meende dat copyright trolls daartoe niet. Specifiek een verzoek om informatie dient te worden afgewezen indien het ongerechtvaardigd of onredelijk is. Het Europese Hof verduidelijkt dat het aan de nationale rechter is dit te beoordelen, bijvoorbeeld of er rechtsvorderingen worden ingesteld nadat een minnelijke schikking geweigerd wordt (om maar een zo hoog mogelijk bedrag op te halen).

In de derde plaats is het Europese Hof van oordeel dat het Unierecht er in beginsel niet aan in de weg staat dat de IP-adressen van gebruikers van peer-to-peernetwerken wiens internetverbindingen zouden zijn gebruikt voor inbreukmakende handelingen systematisch door de houder van intellectuele eigendomsrechten worden verzameld, mits die verzameling een geldige grondslag kent. Het Unierecht verzet zich er evenmin tegen dat de NAW-gegevens van deze gebruikers worden meegedeeld aan deze rechthebbende of een derde ten behoeve van een schadevordering. De initiatieven en verzoeken ter zake moeten echter wel gerechtvaardigd en evenredig zijn, mogen geen misbruik maken en moeten mogelijk worden gemaakt door een nationale wettelijke maatregel die de reikwijdte van Unierechtelijke rechten en plichten beperkt. Daarbij verduidelijkt het Europese Hof dat het Unierecht voor een internetprovider als Telenet geen verplichting inhoudt om persoonsgegevens te delen met het oog op civielrechtelijke vervolging van inbreuken op het auteursrecht. Het Unierecht staat de lidstaten evenwel toe een dergelijke verplichting op te leggen.

Het is nu aan de Antwerpse rechter in deze kwestie te oordelen of het verzoek tot informatie van Mircom aan Telenet kan slagen.

Conclusie

Duidelijk wordt dat ook het delen van onderdelen van een mediabestand in een peer-to-peernetwerk een mededeling aan het publiek is, en daarbij geen minimumdrempel voor wat betreft de omvang daarvan geldt. Ook is het irrelevant dat dit uploaden automatisch plaatsvindt gelet op de instellingen van de software waarmee het delen van bestanden mogelijk wordt gemaakt, wanneer de gebruiker die zich geabonneerd heeft op deze software daarmee heeft ingestemd.

Interessanter is de beantwoording van de prejudiciële vragen die strekken ter beantwoording van de vraag of zogenaamde copyright trolls de volledige rechten ter zake handhaving van intellectuele eigendomsrechten onder het Unierechten toekomen. Die vraagt beantwoordt het Europese Hof onder voorwaarden bevestigend: ook een persoon die contractueel houder is van bepaalde intellectuele-eigendomsrechten die deze rechten niet zelf exploiteert maar enkel schadevergoeding vordert van vermeende inbreukmakers, kan in beginsel gebruik maken van de maatregelen, procedures en rechtsmiddelen uit hoofde van de Handhavingsrichtlijn, tenzij door onderzoek wordt vastgesteld dat daarvan misbruik wordt gemaakt.

Daarnaast is het copyright trolls onder omstandigheden toegestaan IP-adressen van gebruikers van peer-to-peernetwerken systematisch te registreren en vervolgens hun NAW-adresgegevens op te vragen opdat een schadevergoeding kan worden ingesteld. De initiatieven en verzoeken ter zake moeten evenwel gerechtvaardigd en evenredig zijn (in de zin van de AVG) en er geen misbruik wordt gemaakt.

Kortom, met dit arrest komt geen einde aan het door velen gehoopte einde aan copyright trolls. Wel biedt het arrest ruimte voor de nationale rechter anders te oordelen. 

Sven Wakker