Haags Open House voor jeugdhulp onderuit door te lage tarieven

6 november 2019
In een kort geding over de jeugdhulpinkoop door tien gemeenten uit de regio Haaglanden, haalt de rechter een streep door de gehanteerde tarieven. Die zijn te laag en niet gebaseerd op een kostprijsberekening die met alle omstandigheden voldoende rekening houdt. Daarmee zijn de tarieven niet “reëel” en “proportioneel”. De gemeenten worden veroordeeld om nieuwe tarieven vast te stellen.
Frank Cornelissen
Frank Cornelissen
Advocaat - Associate Partner
In dit artikel

Inkoop in het sociaal domein: reële prijzen

Sinds 1 januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor het aanbieden van maatschappelijke ondersteuning (op grond van de Wmo 2015) en jeugdhulp (op grond van de Jeugdwet). De benodigde zorg wordt in de regel ingekocht, door Europese aanbesteding of volgens het Open House-model. Een alternatief is dat gemeenten in hun verantwoordelijkheid voorzien door subsidiëring van zorgaanbieders.

Gemeente Den Haag en regiogemeenten (samen de "H10-gemeenten") kopen jeugdhulp in met een Open House-model: met alle zorgaanbieders die voldoen aan de eisen uit de inkoopleidraad sluit de gemeente een raamovereenkomst. In de praktijk kiezen dan de (ouders van de) cliënt, de arts en/of een wijkteam uit de poule van gecontracteerde zorgaanbieders.

De Jeugdwet en de Wmo 2015 schrijven voor dat tarieven “reële prijzen” zijn. Ook het (aanbestedingsrechtelijke) proportionaliteitsbeginsel verplicht de inkopende gemeente om evenredige prijzen (en andere contractvoorwaarden) te formuleren. Aan de Haagse Voorzieningenrechter ligt de vraag voor of tarieven van de H10-gemeenten aan die eisen voldoen.

Kostprijs voor een specifieke regio en specifieke organisaties

De Voorzieningenrechter stelt eerst vast dat de H10-gemeenten rekening moeten houden met regio-aspecten en organisatiespecifieke aspecten. Dat laatste komt erop neer dat de gemeente voor ieder(e type) zorginstelling moet bepalen welke kosten zij dragen op het gebied van bijvoorbeeld: vastgoed, personeel, reiskosten/aanrijtijden. H10-gemeenten hebben nog aangevoerd dat zij moet alle individuele jeugdhulpaanbieders geen rekening kunnen houden, maar dat punt wordt gepasseerd. Met ieder goed onderbouwd kostenverschil moet wel degelijk rekening worden gehouden. De H10-gemeenten mochten niet volstaan met een berekening gebaseerd op cijfers van uitsluitend grote instellingen, gevestigd in andere regio’s.

Productiviteit, no show, reistijd, functiemix, overhead, indexering

Tegen deze achtergrond stelt de voorzieningenrechter vast dat de H10-gemeenten onvoldoende rekening hebben gehouden met:

  • onvermijdbare niet-declarabele werkzaamheden zoals contact met ouders en andere hulpverleners;
  • no show;
  • reistijd (gelet op reisafstanden en parkeertijd in de regio);
  • de functiemix: hoeveel personeel en welke opleidingsniveaus hebben specifieke organisaties nodig om de regionaal bepaalde (hier: Randstedelijke problematiek) zorg te kunnen leveren;
  • overhead (let op regionaal bepaalde huisvestingskosten); en
  • indexering.

Uitspraak: nieuwe tarieven

De conclusie luidt dat de H10-gemeenten worden veroordeeld om nieuwe tarieven vast te stellen die wel “reëel” en “proportioneel” zijn.

Commentaar

De verplichting om acht te slaan op organisatiespecifieke aspecten levert voor gemeenten veel onzekerheid op, en die blijft met deze uitspraak voortbestaan. Inkooptrajecten voor jeugdhulp en “Wmo” kunnen in de regelrekenen op tientallen of honderden aanmeldingen. Het lijkt in ieder geval onmogelijk om voor alle denkbare organisaties een kostendekkend tarief te bieden. Dat hoeft ook niet, maar de gemeenten moeten met “goed onderbouwde kostenverschillen” wel degelijk rekening houden, aldus de Haagse kortgedingrechter. Die maatstaf geeft weinig houvast, omdat onduidelijk blijft welke aanpassing van een zorgaanbieder mag worden verlangd en welke kosten voor zijn rekening blijven. Met andere woorden: in hoeverre mag ook van zorgaanbieders kostenbesparing worden verlangd? Die vraag blijft goeddeels onbeantwoord.

De opgave van gemeenten wordt er niet eenvoudiger op. De kosten van jeugdzorg en ‘de Wmo’ rijzen overal in het land de pan uit – waaronder nota bene in Den Haag. Noodgedwongen zoeken gemeenten daarom naar de ondergrens van de “reële prijs”. Rechters blijken echter steeds weer bereid – ook in kort geding – tot een indringende toets van de gemeentelijke tarieven. Centrumgemeente Den Haag sluit met deze uitspraak aan in het beruchte rijtje van Alkmaar, ‘s-Hertogenbosch en Tilburg, die eerder ook al werden gedwongen om tarieven te verhogen.

Gerelateerd

aanbesteding van medische hulpmiddelen

Vanaf 30 juni 2025 geldt een IIO-maatregel tegen China: wat betekent dit voor aanbesteding van medische hulpmiddelen?

Op 30 juni 2025 treedt de eerste IIO-maatregel in werking. Op basis van deze maatregel moeten aanbestedende diensten die medische hulpmiddelen inkopen in...
Aanbestedingsrecht

Herstel inschrijving ondanks uitsluitingssanctie in aanbestedingsstukken

Een recent vonnis van de Haagse voorzieningenrechter zal warm ontvangen worden door diegenen die zich verzetten tegen de soms harde uitkomsten waartoe de...

Actualiteiten Staatssteun 2025

In het voorjaar van 2025 kwamen in het webinar Actualiteiten Staatsteun opnieuw scherpe juridische thema’s aan bod. Van vastgoedtransacties tot subsidiegrenzen...

Belangrijkste jurisprudentie aanbestedingsrecht Q1 2025: lessen voor aanbestedende diensten

In het eerste kwartaal van 2025 zijn diverse uitspraken gedaan die relevant zijn voor aanbestedende diensten. Dit artikel analyseert de belangrijkste...
Woningbouw huizen

Didam I-arrest niet van toepassing bij grondverkoop door gemeentelijke beleggingsinstelling aan gemeente

Kan de verkoop van onroerend zaken van een (door de gemeente opgerichte) fiscale beleggingsinstelling aan de gemeente door eisers tegen worden gehouden met een...
Dashboard auto

Platforms van dominante ondernemingen en verplichte interoperabiliteit: Belangrijk arrest van het HvJ EU over Android Auto

Op 25 februari 2025 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (‘HvJEU’) in een belangrijk arrestprejudiciële vragen beantwoordover de zaak tussen...
No posts found