Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.
4 filter(s) actief
Expertise
Selecteer de gewenste filteritems
U heeft geselecteerd:
Combineren met:
Combinatie niet mogelijk met:
Sector
Selecteer de gewenste filteritems
Thema
Selecteer de gewenste filteritems
Combinatie niet mogelijk met:
Auteur
Selecteer de gewenste filteritems
Combinatie niet mogelijk met:
Zoekopdracht delen:
Filterprofielen bewaren
Log in of meld u aan
Log in of meld u aan om filterprofielen te kunnen opslaan.
Goed nieuws voor verhuurders die geconfronteerd worden met oneerlijke bedingen in hun huurovereenkomsten. De kantonrechter van de rechtbank Amsterdam heeft het voornemen geuit prejudiciële vragen te stellen aan de Hoge Raad over de vernietigbaarheid van oneerlijke huurverhogingsbedingen.
Volgens de rechtbank Amsterdam kunnen huurders op grond van goed huurderschap (art. 7:213 BW) worden verplicht een ‘eerlijk’ alternatief voor een oneerlijk beding te aanvaarden. De rechtbank Amsterdam lijkt daarmee een uitweg te hebben geboden voor verhuurders die in hun maag zitten met de lijn die de rechtbank Amsterdam eerder heeft ingezet ten aanzien van oneerlijke bedingen.
Rechters oordelen dat een beding over de buitengerechtelijke incassokosten in de huurovereenkomst bij woonruimte oneerlijk en (daardoor) vernietigbaar is. Hierdoor zijn de buitengerechtelijke incassokosten – ondanks dat de huurder zijn verplichtingen niet is nagekomen – in het geheel niet toewijsbaar.
De rechtbank Amsterdam heeft in drie uitspraken geoordeeld dat de overeengekomen huurverhogingsbedingen bij woonruimte oneerlijk zijn. Dit heeft tot gevolg dat de bedingen worden vernietigd en in het verleden doorgevoerde huurverhogingen worden teruggedraaid. Ook kan de huurprijs voor de rest van de duur van de huurovereenkomst niet (meer) worden verhoogd. Dit heeft verstrekkende gevolgen voor lopende huurovereenkomsten en de verkoopbaarheid van wooncomplexen. Reden waarom het voor verhuurders essentieel is om (nieuwe) huurverhogingsbedingen zorgvuldig te formuleren.
Steeds meer ondernemingen doen een beroep op de WHOA. De WHOA kan ook gevolgen hebben voor verhuurders en de wijze waarop voorafgaand aan het sluiten van een huurovereenkomst zekerheid wordt gesteld. Vaak gebeurt dit door middel van een bankgarantie. Uit een uitspraak van de Rechtbank Amsterdam volgt dat de WHOA voor die praktijk niet zonder gevolgen is.
Huurders, verhuurders, investeerders en ontwikkelaars krijgen naar alle waarschijnlijkheid te maken met ingrijpende veranderingen in de huurwetgeving. Zij krijgen niet alleen te maken met het Wetsvoorstel betaalbare huur en het Wetsvoorstel vaste huurcontracten, maar ook op de wijziging van het box 3-regime. Welke (potentiële) gevolgen hebben voorgaande drie wetsvoorstellen op de (economische) positie van belanghebbenden? In een recente publicatie in VANDERSTELT Magazine gaan Robert Rijpstra en Lotte Blum hier op in.
Uit de rechtspraak blijkt dat bij de verhuur van woonruimte vaak ten onrechte servicekosten in rekening worden gebracht of daarvoor een te hoog bedrag wordt berekend. Bij brief van 4 juli 2023 heeft Minister de Jonge daarom aangekondigd het Besluit servicekosten te willen gaan aanpassen.
Op 10 juli 2023 zijn nieuwe Europese regels in werking getreden over de definitie van hernieuwbare waterstof. De regels zijn rechtstreeks van toepassing in Nederland. In dit blog leg ik uit wanneer waterstof ‘hernieuwbaar’ is en wat dit betekent voor de praktijk.
Ambtshalve toetsing heeft de afgelopen jaren een vlucht genomen. Als gevolg van jurisprudentie van het Europese Hof van Justitie (‘HvJEU’) moet er ambtshalve op consumentenrichtlijnen getoetst worden in alle (gerechtelijke) procedures waar consumentenrechten aan de orde zijn. Ambtshalve toetsing houdt in dat de rechter toetst aan consumentenrechten, ook al hebben partijen zelf daar geen beroep op gedaan. Dit komt specifiek tot uiting bij consumentenkrediet, waarbij rechters zowel de kredietovereenkomsten als de precontractuele informatieverstrekking en kredietwaardigheidstoets ambtshalve toetsen. De gevolgen van deze toetsing kunnen ver gaan. Indien geoordeeld wordt dat de consumentenrechten geschonden zijn, kan de rechter de kredietovereenkomst nietig verklaren of vernietigen.
Hebt u een boedelvordering ingediend in een faillissement? Denk er dan aan dat u aanspraak kunt maken op rente! Let wel op: het is belangrijk om de verjaring van een dergelijke vordering tijdig te stuiten. In deze blog bespreken wij een recent voorbeeld van (gedeeltelijke) verjaring.
Het hof ‘s-Hertogenbosch heeft op 25 juli 2023 een arrest gewezen over de ontbinding van een dienstverleningsovereenkomst wegens onvoorziene omstandigheden in de vorm van de coronapandemie. In veel jurisprudentie die tot op heden over de coronacrisis is gewezen was sprake van de ontbinding van (of huurprijsvermindering in) huurovereenkomsten. Aangezien het hier ging om een dienstverleningsovereenkomst verdient dit arrest nadere bespreking.
Rechtbank Midden-Nederland heeft recentelijk in lijn met het Acantus-arrest geoordeeld dat de kapitaals- en onderhoudskosten van een WKO-installatie in een complex niet als servicekosten bij de huurder in rekening mogen worden gebracht. Dit geldt volgens de kantonrechter ook in het geval van een derde-exploitant. De kantonrechter veroordeelt de verhuurder tot het vergoeden van de kapitaals- en onderhoudskosten zoals overeengekomen tussen de huurder en de derde-exploitant.
Deze website plaatst functionele en analytische cookies, waarmee we onze site gebruiksvriendelijker maken. U blijft anoniem. Cookies van derden plaatsen we niet zonder uw toestemming. Klik op 'voorkeuren instellen' om uw voorkeuren aan te geven.