1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. De NOW-regeling 2.0. De belangrijkste aspecten

De NOW-regeling 2.0. De belangrijkste aspecten

De NOW-regeling 1.0 is met ingang van 1 juni 2020 verlengd voor de duur van vier maanden tot 1 oktober 2020. Bedrijven die tenminste 20% omzetverlies verwachten over een periode van vier maanden, komen in aanmerking voor de NOW-regeling 2.0. In dit artikel belichten we de belangrijkste aspecten van de NOW-regeling 2.0.
Leestijd 
Auteur artikel Anique Sauvé
Gepubliceerd 24 juni 2020
Laatst gewijzigd 20 juli 2020

Omzetdaling


De eis die geldt om voor de NOW 2.0 in aanmerking te komen, is dat een werkgever een omzetdaling heeft van tenminste 20%. Voor de NOW 2.0 geldt dat deze omzetdaling wordt bepaald door een derde van de omzet van 2019, te vergelijken met de omzet van een door de werkgever te kiezen periode van vier maanden, die start op 1 juni, 1 juli of 1 augustus 2020.

Let op: wanneer een werkgever al gebruik heeft gemaakt van de NOW 1.0, dient de periode van omzetdaling waarvoor de loonkostensubsidie in het kader van de NOW 2.0 wordt aangevraagd, aan te sluiten op de periode van omzetdaling waarvoor onder de NOW 1.0 loonkostensubsidie is aangevraagd. In dat geval is de periode van omzetdaling dus niet vrij te kiezen door een werkgever.

Het omzetbegrip is hetzelfde als in de NOW 1.0.

Ook werkmaatschappijen waarbij het concern minder dan 20% omzetverlies heeft terwijl de werkmaatschappij ten minste 20% omzetverlies heeft, kunnen in aanmerking komen voor de NOW 2.0. In die situatie gelden extra voorwaarden.

Subsidie


De subsidie wordt in principe gebaseerd op de loonsom van maart 2020 en bedraagt per maand maximaal 90% van de loonsom over maart 2020. De loonkostensubsidie is een tegemoetkoming in de loonkosten over de periode 1 juni tot en met 30 september 2020. Dit tijdvak geldt voor àlle aanvragen, ongeacht de eventueel gekozen omzetperiode.

Het percentage van 90% van de totale loonsom is een maximum percentage, hetgeen aan de orde is bij een omzetdaling van 100%. Is de omzetdaling lager, dan wordt de subsidie naar evenredigheid op een lager bedrag vastgesteld. Bij een omzetdaling van 50% bedraagt de subsidie 45% van de loonsom en bij een omzetdaling van 20% bedraagt de subsidie 18% van de loonsom.

De loonsom van maart 2020 is als basis voor de subsidiehoogte gekozen omdat dit ten opzichte van de subsidieperiode de meest recente maand is waarover volledige loongegevens beschikbaar zijn in de polisadministratie van het UWV. Deze loonsom wordt gebruikt bij de bevoorschotting. Bij de definitieve vaststelling van de subsidie wordt deze loonsom vervolgens vergeleken met de loonsom van 1 juni tot en met 30 september 2020 waarover de loonkostensubsidie is ontvangen.

Onder de NOW 1.0 bedroeg de forfaitaire opslag voor werkgeverslasten een vast percentage van 30%. Onder de NOW 2.0 is dit opslagpercentage verhoogd naar 40%. De gedachte hierachter is dat werkgevers naast loonkosten ook met andere kosten te maken hebben. Om de komende periode zoveel mogelijk werkgelegenheid te behouden, heeft het kabinet de opslag daarom verhoogd van 30% naar 40%. Hiermee ontstaat volgens het kabinet bij werkgevers meer ruimte om beschikbare financiële middelen aan te wenden voor loonbetaling én andere kosten die gemaakt moeten worden om het bedrijf (en daarmee dus ook de werkgelegenheid) in stand te houden.

Anders dan in de NOW 1.0, is in de NOW 2.0 geen aparte regeling opgenomen voor seizoensbedrijven of andere werkgevers met een hogere loonsom in de meetperiode dan in de referteperiode, zoals nieuw gestarte bedrijven en bedrijven die door overname zijn gegroeid.

Aanvraag


De aanvraagperiode loopt van 6 juli tot en met 31 augustus 2020. Zodra positief op de aanvraag is beslist, zal een voorschot worden verstrekt in twee termijnen tot 80% van de verleende subsidie. Het UWV streeft ernaar om de betaling van het eerste voorschot binnen twee à vier weken na ontvangst van de volledige aanvraag te realiseren.

Vanaf 15 november 2020 kan vervolgens om de officiële vaststelling van de loonkostensubsidie worden verzocht. Hierna zal dan op basis van de door de werkgever aangeleverde definitieve gegevens over de omzetdaling, worden vastgesteld hoe groot de daadwerkelijke omzetdaling is geweest en of aan alle opgelegde verplichtingen in het kader van de NOW 2.0 is voldaan.

Verplichtingen onder de NOW 2.0


Aan werkgevers die een beroep doen op de NOW 2.0, wordt een aantal extra verplichtingen opgelegd. De belangrijkste zal ik hierna kort bespreken. In ons volgende artikel “Ontslag en de NOW-regeling 2.0” sta ik uitgebreid stil bij de verplichtingen die gelden ingeval van ontslag van personeel tijdens de NOW 2.0.

  • Over het jaar 2020 tot en met de aandeelhoudersvergadering in 2021 mogen geen dividenden worden uitgekeerd aan aandeelhouders en tevens geen bonusuitkeringen of winstdelingen worden gedaan. Ook mogen er geen eigen aandelen worden ingekocht.
    Let op: de verplichting tot het niet uitkeren van dividend, bonussen, winst of eigen aandelen inkopen geldt alleen indien de werkgever, (of het concern gezamenlijk indien aan de orde) een subsidievoorschot van € 100.000 of meer ontvangt of de subsidie op € 125.000 of meer wordt vastgesteld. Dit zijn ook de grenzen die gelden voor de verstrekking van een accountantsverklaring. Wordt dit drempelbedrag niet gehaald, dan geldt dit verbod niet.
    Hierop is dan weer een uitzondering gemaakt voor werkmaatschappijen die als onderdeel van een concern een beroep doen op de NOW 2.0. Voor deze werkmaatschappijen geldt dit drempelbedrag niet, wat betekent dat zij ongeacht de hoogte van hun te ontvangen subsidie geen dividend, bonussen of winst mogen uitkeren, noch eigen aandelen mogen inkopen.
    De verplichting om geen bonussen en winstdelingen te verstrekken (voor zover aan de orde), is beperkt tot bonussen en winstdelingen die worden uitgekeerd aan het bestuur en de directie.
    Let op: het begrip bestuur, directie, (of management) dient breed te worden opgevat. De registratie in de Kamer van Koophandel is hierbij niet doorslaggevend en ook niet of de betrokken personen beslissings- of tekeningsbevoegd zijn. Bestuursleden, directieleden of leden van het management die het beleid bepalen behoren tot het bestuur/ de directie en vallen daarmee onder deze bepaling. De interne naam die hieraan wordt gegevens is tevens niet relevant. Onder deze bepaling valt ook degene die tijdelijk zitting heeft in het bestuur, de directie, of het management. Dit betekent voor DGA’s/ bestuurders en andere directieleden dat zij dus mogelijk alleen hun basisvergoeding ontvangen of hun gebruikelijke loon. De bepaling strekt zich niet uit tot het overige personeel dat in het bedrijf werkzaam is en dat mogelijk variabel wordt beloond via bonussen of winstdelingen.
  • Indien voor werknemers in de periode van 1 juni 2020 tot en met 30 september 2020 bij het UWV ontslagaanvragen wegens bedrijfseconomische redenen worden ingediend, dan geldt dat de uiteindelijke loonkostensubsidie wordt verminderd met 100% van de loonsommen van de werknemers waarvoor bedrijfseconomisch ontslag is aangevraagd, ongeacht of de aanvraag door het UWV al dan niet is goedgekeurd.
  • Is sprake van een ontslag wegens bedrijfseconomische redenen van 20 of meer werknemers, dan gelden er – naast de correctie op de subsidie – extra voorwaarden/ verplichtingen. Kort en goed: indien voor 20 of meer werknemers in de periode van 1 juni 2020 tot en met 30 september 2020 bij het UWV ontslag wordt aangevraagd wegens bedrijfseconomische redenen, dan moet de werkgever in overleg treden met de belanghebbende vakbonden en met hen overeenstemming bereiken over het ontslag. Is er geen belanghebbende vakbond binnen het bedrijf, bijvoorbeeld omdat geen werknemers lid zijn van de vakbond, dan geldt dat met een vertegenwoordiging van werknemers overeenstemming moet worden bereikt over het ontslag, zoals een OR. Wordt geen overeenstemming bereikt, dan geldt het vereiste dat een gezamenlijke aanvraag voor mediation moet worden ingediend bij de Stichting van de Arbeid. Is geen overeenstemming bereikt én geen mediationverzoek ingediend, dan wordt het totale subsidiebedrag gekort met 5%.Werkgevers hebben de inspanningsverplichting om hun werknemers te stimuleren een ontwikkeladvies aan te vragen of scholing te volgen. De scholing zelf is geen onderdeel van de NOW 2.0. Werkgevers moeten bij de aanvraag voor de NOW 2.0 verklaren dat ze aan deze inspanningsverplichting zullen voldoen. In het artikel “ontslag en de NOW-regeling 2.0” zoom ik op deze inspanningsverplichting nader in.
  • Werkgevers zijn verplicht om de ondernemingsraad, de personeelsvertegenwoordiging of bij het ontbreken daarvan de werknemers te informeren over het beroep op de NOW 2.0.

Tot slot


Dit waren de belangrijkste aspecten van de NOW 2.0. Wilt u een beroep doen op de NOW 2.0, maar voorziet u tegelijkertijd dat ontslag van personeel waarschijnlijk niet kan uitblijven, lees dan vooral ook het volgende blog: “ontslag en de NOW-regeling 2.0.” Neemt u gerust contact met ons op indien u naar aanleiding van dit blog nog vragen heeft. Overweegt u een reorganisatie door te voeren? Dan adviseren wij u in een vroegtijdig stadium juridisch advies in te winnen. Ondanks de vaststaande juridische regels, is er vaak meer mogelijk dan u wellicht denkt. Wij denken graag met u mee en adviseren u graag over creatieve oplossingen.