1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. De transferperiode binnen het profvoetbal: enkele arbeidsrechtelijke invloeden sinds de WWZ

De transferperiode binnen het profvoetbal: enkele arbeidsrechtelijke invloeden sinds de WWZ

Nu het EK van start is zijn veel scouts van profvoetbalclubs op zoek naar versterking voor het komende seizoen. Doordat huidige spelers vertrekken is er ruimte voor nieuwe spelers. Wat niet iedereen zich realiseert is dat ook profvoetbalclubs te maken hebben met de WWZ, in het bijzonder in een transferperiode. In dit artikel ga ik in op de invloed van de WWZ (waaronder de transitievergoeding, de ketenregeling, het herroepingsrecht van de werknemer en de eenzijdige opzegging door de werknemer)...
Leestijd 
Auteur artikel Annelinde Janssen
Gepubliceerd 15 juni 2016
Laatst gewijzigd 16 april 2018

Nu het EK van start is zijn veel scouts van profvoetbalclubs op zoek naar versterking voor het komende seizoen. Doordat huidige spelers vertrekken is er ruimte voor nieuwe spelers. Wat niet iedereen zich realiseert is dat ook profvoetbalclubs te maken hebben met de WWZ, in het bijzonder in een transferperiode. In dit artikel ga ik in op de invloed van de WWZ (waaronder de transitievergoeding, de ketenregeling, het herroepingsrecht van de werknemer en de eenzijdige opzegging door de werknemer) op het profvoetbal.



Transitievergoeding


Sinds de inwerkingtreding van de WWZ is de werkgever aan de werknemer op grond van artikel 7:673 BW een transitievergoeding verschuldigd indien de werknemer i) langer dan 24 maanden in dienst is en ii) de arbeidsovereenkomst op initiatief van de werkgever wordt ontbonden, opgezegd of niet wordt verlengd. Deze regeling is ook van toepassing op het profvoetbal, waardoor ook eredivisieclubs gehouden zijn om spelers die aan de geschetste voorwaarden voldoen een transitievergoeding te betalen. Deze vergoeding komt neer op 1/6e deel van het maandsalaris per half jaar dat de arbeidsovereenkomst heeft geduurd, in de eerste tien jaar van de arbeidsovereenkomst. Na een periode van tien jaar komt daar een kwart van het maandsalaris per half jaar bovenop, al zal dit in het profvoetbal zelden voorkomen. Zeker als  een voetballer een riant salaris verdient , is dit een factor om als club rekening mee te houden binnen de begroting.


Echter, vaak komt de transitievergoeding niet eens in beeld omdat clubs de spelers proberen te verkopen voordat hun contract is afgelopen, omdat er dan nog een transfersom valt te krijgen voor de betreffende speler. De transitievergoeding is aldus alleen verschuldigd indien de speler transfervrij vertrekt na afloop van zijn contract na een periode van 2 jaar. Voor de voetbalclub zal dit echter een dubbele deceptie zijn, nu deze zowel geen transfersom ontvangt als de transitievergoeding moet betalen. Kortom: het is voor profclubs van belang om tijdens de looptijd van het contract de speler te transfereren.


Uit artikel 6 lid 1 cao Contractspelers volgt dat de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd binnen het profvoetbal eindigt per 30 juni. Aan het eind van deze maand zullen proefvoetballers dus aanspraak kunnen maken op deze vergoeding. Ondanks dat dit geen hele grote gevolgen met zich brengt, is het voor de boekhouding toch een belangrijke post om rekening mee te houden. Binnen het profvoetbal gelden immers strenge begrotingen en financiële controles, waardoor het aan de clubs is om zich strikt aan de regels te houden. Ondanks dat een profclub zal proberen zijn contractspelers te transfereren, is het toch verstandig om hiervoor een voorziening op te nemen.


Ketenregeling


De ketenregeling uit artikel 7:668a BW is gewijzigd met de inwerkingtreding van de WWZ. Deze regeling houdt nu in dat tussen partijen binnen een periode van twee jaar maximaal drie tijdelijke arbeidsovereenkomsten mogen worden gesloten, alvorens sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Tussen deze overeenkomsten mag een periode van maximaal 6 maanden zitten, om nog onder de ketenregeling te vallen. Een uitzondering op de ketenregeling is enkel mogelijk indien de ‘intrinsieke aard van de bedrijfsvoering’ dit vereist. Omdat de invoering van deze regeling grote gevolgen zou hebben voor het profvoetbal, is er een ministeriële regeling ingevoerd waarin profvoetballers worden uitgezonderd van de ketenregeling. In artikel 6 lid 2 cao Contractspelers is opgenomen dat elke arbeidsovereenkomst dient te zijn aangegaan voor bepaalde tijd. Het maximum van de overeenkomsten voor bepaalde tijd is gesteld op twaalf jaar. De ketenregeling heeft dus geen gevolgen voor het profvoetbal.


Herroepingsrecht van de werknemer


Op grond van artikel 7:670b lid 2 BW heeft een werknemer het recht om, zonder opgaaf van redenen, een vaststellingsovereenkomst ter beëindiging van de arbeidsovereenkomst binnen 14 dagen na het sluiten van deze overeenkomst te ontbinden. Dit kan leiden tot onzekerheid bij zowel de oude als de nieuwe club van desbetreffende speler. Omdat deze bepaling van dwingend recht is, kunnen partijen hier niet contractueel van afwijken.


Ten eerste is het een risico voor de oude club om niet alsnog de speler in dienst te hebben en loonkosten te moeten voldoen, ook al heeft de club inmiddels vervanging in dienst genomen. Daarnaast is het een risico in de transferperiode. Veel transfers worden op het laatste moment overeengekomen. Indien de contractspeler zich vervolgens na het sluiten van de transferperiode beroept op zijn herroepingsrecht, zal dit gevolgen hebben voor zijn oude club. Deze kan immers de contractspeler dan niet meer transfereren. Zoals gezegd is de club ook loonkosten verschuldigd en in het slechtste geval ook nog een transitievergoeding, indien de speler meer dan twee jaar in dienst is geweest en transfervrij weggaat.


Voor de nieuwe club brengt dit ook onzekerheid met zich, omdat ook deze geen nieuwe spelers kan aannemen na het sluiten van de transferperiode en wellicht met een gat in de selectie komt te zitten. Voor de nieuwe club kan echter ook een voordeel spelen, indien de transferperiode nog niet is afgelopen. Indien de contractspeler zijn herroepingsrecht inroept en de oude club al een nieuwe speler heeft aangetrokken, gaat de oude club wellicht akkoord met een lagere transfersom, om alsnog van de loonkosten en van de speler af te komen. De vraag is echter wel of in het profvoetbal vaak gebruik gaat worden gemaakt van het herroepingsrecht. De ratio achter het herroepingsrecht is dat werknemers worden beschermd, indien zij een overeenkomst sluiten zonder enige kennis te hebben opgedaan over de inhoud van de vaststellingsovereenkomst. In het profvoetbal is dit veelal anders. Profvoetballers worden bijgestaan door (juridische) adviseurs en zullen niet impulsief tekenen. Ik verwacht daarom niet dat er veel gebruik gaat worden gemaakt van het herroepingsrecht in het profvoetbal.


Eenzijdige opzegging door de werknemer


Een werknemer kan een tijdelijke arbeidsovereenkomst, zonder tussentijdse opzegmogelijkheid, alsnog eenzijdig opzeggen of ontbinden tegen het nog te ontvangen loon over de termijn dat de arbeidsovereenkomst geduurd zou hebben indien deze van rechtswege zou zijn geëindigd, aldus artikel 7:677 lid 4 en 7:671c lid 3 BW. Deze regeling zou tot grote gevolgen leiden in het profvoetbal, nu een speler zijn eigen contract zou kunnen afkopen tegen een lager bedrag dan de voorheen betaalde transfersom. Met de invoering van deze artikelen wordt de restwaarde vastgesteld, waardoor dit een groot risico is voor het Nederlandse voetbal. De speler betaalt dan immers de restwaarde van zijn contract aan zijn oude club, om zo tegen een hoger salaris in dienst te treden bij de nieuwe club, zonder dat de oude club hiervoor een transfersom ontvangt. De KNVB vreesde dat deze regeling zou zorgen voor de verslechtering van de concurrentiepositie van Nederlandse profclubs en uitte deze zorgen bij de wetgever. Ook voor deze artikelen werd een uitzondering opgenomen in een ministeriële regeling. Voor profvoetballers is het mogelijk om een hogere vergoeding toe te kennen door de rechter (of een arbitragecommissie). De arbitragecommissie van de KNVB zal hier dus over beslissen en aansluiten bij alle omstandigheden die meespelen in het profvoetbal. Hierdoor wordt er rekening gehouden met de ‘normale’ transfersommen en is deze regeling geen groot risico in het profvoetbal.


Conclusie


Concluderend is de WWZ van invloed op het profvoetbal. Met name de transitievergoeding en het herroepingsrecht van de werknemer zijn nieuwe regelingen waar profclubs rekening mee dienen te houden. Voor de toepasselijkheid van de ketenregeling en de eenzijdige opzegging door de werknemer zijn al uitzonderingen opgenomen voor het profvoetbal. Wellicht komen er nog meer uitzonderingen aan voor het profvoetbal, nu de WWZ in de praktijk tot problemen kan leiden. Wij houden u hiervan op de hoogte!