1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Inlener hoofdelijk aansprakelijk bij inschakeling niet gecertificeerd uitzendbureau!

Inlener hoofdelijk aansprakelijk bij inschakeling niet gecertificeerd uitzendbureau!

Het Burgerlijk Wetboek creëert sinds 1 januari 2010 met artikel 7:692 BW een hoofdelijke aansprakelijkheid van de inlener voor betaling van het minimumloon en de minimum vakantiebijslag aan de ingeleende uitzendkracht. Deze hoofdelijke aansprakelijkheid geldt op het moment dat de arbeid in Nederland wordt verricht, ongeacht welk recht van toepassing is op de arbeidsovereenkomst van de ingeleende uitzendkracht of op de overeenkomst tussen de inlener en het uitzendbureau. Hoofdelijke aansprakel...
Leestijd 
Auteur artikel Dirkzwager
Gepubliceerd 11 januari 2011
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Het Burgerlijk Wetboek creëert sinds 1 januari 2010 met artikel 7:692 BW een hoofdelijke aansprakelijkheid van de inlener voor betaling van het minimumloon en de minimum vakantiebijslag aan de ingeleende uitzendkracht. Deze hoofdelijke aansprakelijkheid geldt op het moment dat de arbeid in Nederland wordt verricht, ongeacht welk recht van toepassing is op de arbeidsovereenkomst van de ingeleende uitzendkracht of op de overeenkomst tussen de inlener en het uitzendbureau. 

Hoofdelijke aansprakelijkheid brengt met zich dat een ingeleende uitzendkracht ervoor kan kiezen om zijn eigen werkgever, te weten het uitzendbureau, of de inlener aansprakelijk te stellen voor het betalen van het minimumloon en de minimumvakantiebijslag. De inlener moet er dus voor waken dat hij niet na het betalen van de vergoeding aan het uitzendbureau voor de ingeleende uitzendkracht, wordt geconfronteerd met een vordering van de uitzendkracht tot betaling van het minimumloon en de minimumvakantiebijslag. 

Onder deze hoofdelijke aansprakelijkheid kan de inlener alleen uit komen, indien hij op het moment van het totstandkomen van de overeenkomst tussen hem en het uitzendbureau gecontracteerd heeft met een gecertificeerd uitzendbureau. De inlener kan door gratis raadpleging via internet van het register van de Stichting Normering Arbeid (www.normeringarbeid.nl) controleren of een uitzendbureau gecertificeerd is. Daarbij kan de inlener een van een datum voorziene verklaring downloaden als bewijsstuk, waaruit blijkt dat sprake is van een gecertificeerd uitzendbureau.   

Een inlener die vanaf 1 januari 2010 niet met een gecertificeerd uitzendbureau werkt, loopt dus het risico dat zij door de ingeleende uitzendkrachten aan wordt gesproken op betaling van het wettelijk minimumloon en de minimumvakantiebijslag. Indien de inlener besluit om toch zaken te blijven doen met een niet gecertificeerd uitzendbureau, is het zaak om in het kader van de aansprakelijkheid op grond van artikel 7:692 BW duidelijke afspraken te maken met het uitzenbureau over de mogelijkheid van de inlener om te controleren of het uitzendbureau de ingeleende uitzendkrachten het wettelijk minimumloon en de minimumvakantiebijslag heeft betaald, alvorens de vergoeding aan het uitzenbureau verschuldigd te zijn voor de ingeleende uitzendkrachten. Dit, om te voorkomen dat de inlener twee keer betaalt: eerst aan het uitzendbureau en daarna aan de ingeleende uitzendkracht. Daarna moet de inlener bezien of zij het betaalde minimumloon en de minimumvakantiebijslag aan de ingeleende uitzendkracht kan verhalen op het uitzendbureau.