1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Q&A: re-integratieverplichtingen werkgever tijdens corona

Q&A: re-integratieverplichtingen werkgever tijdens corona

Door de coronacrisis kan het voor werkgevers lastig zijn om aan hun re-integratieverplichtingen te voldoen. Hoe (streng) beoordeelt het UWV deze verplichtingen in tijden van corona?
Leestijd 
Auteur artikel Joëlle Duran
Gepubliceerd 27 mei 2020
Laatst gewijzigd 28 mei 2020

Na twee jaar ziekte kan een arbeidsongeschikte werknemer een WIA-aanvraag doen. Bij deze aanvraag beoordeelt het UWV of de werkgever gedurende de twee jaar van arbeidsongeschiktheid van de werknemer in redelijkheid voldoende re-integratieverplichtingen heeft verricht. Dit wordt ook wel de Poortwachterstoets genoemd. Indien de werkgever niet voldoende aan zijn re-integratieverplichtingen heeft voldaan, dan kan een zogenoemde loonsanctie worden opgelegd door het UWV, voor de maximumduur van één jaar.

Re-integratieverslag (RIV)

Als een werknemer een WIA-aanvraag doet moet een re-integratieverslag (RIV) worden meegezonden. In het RIV staan de re-integratieactiviteiten die de werkgever en de werknemer in de eerste twee jaar van ziekte ondernomen hebben. Op basis van het RIV beoordeelt het UWV of de werkgever voldoende aan zijn re-integratieverplichtingen heeft voldaan. De “Werkwijzer Poortwachter” beschrijft de wijze waarop het UWV het RIV toetst.

Deugdelijke grond

In de Werkwijzer Poortwachter is een aantal  gronden opgenomen die een legitieme reden vormen voor de werkgever om niet te voldoen aan zijn re-integratieverplichtingen. Een inadequaat deskundigenoordeel opvolgen is een voorbeeld van een dergelijke grond.

Coronavirus

Het coronavirus en de daarmee gepaarde maatregelen kunnen het re-integratietraject vertragen. Mogelijk vindt zelfs een stagnatie van de re-integratie plaats. Zo kan het werk vanwege het coronavirus tijdelijk zijn komen stil te liggen, waardoor een re-integrerende werknemer geen (passende) werkzaamheden kan verrichten. In deze blog behandel ik de meest gestelde vragen.

Houdt het UWV bij haar beoordeling rekening met de coronacrisis?

Ja, het UWV heeft op 30 april jl. de eerste versie van het “addendum Werkwijzer Poortwachter in verband met covid-19” gepubliceerd. Inmiddels is dit addendum voor de derde keer herzien. Hierin staat uitgelegd hoe bij de beoordeling van re-integratie verplichtingen met de corona-situatie rekening wordt gehouden.

Hoe gaat het UWV om met een te laat ingediende RIV?

Het RIV dient tezamen met de relevante stukken te worden ingediend. Indien de WIA-aanvraag niet compleet is krijgt de werkgever een termijn om het RIV te completeren met de nog ontbrekende stukken. Deze termijn is vijf werkdagen. Echter wanneer wegens een dringende reden niet kan worden voldaan aan deze termijn, kan de termijn worden uitgesteld. De coronacrisis kan als dringende reden worden aangemerkt, zodat om die reden de termijn kan worden uitgesteld. Dit zal evenwel per geval worden beoordeeld door het UWV.

Is het UWV soepeler in de beoordeling van het RIV in tijden van corona?

In beginsel blijft de toets van het UWV ten aanzien van het RIV hetzelfde. Echter, indien het UWV op basis van het RIV beoordeelt dat de werkgever onvoldoende aan zijn re-integratieverplichtingen heeft gedaan, dan kan de werkgever een deugdelijke grond aanvoeren waardoor het UWV alsnog geen loonsanctie oplegt. In verband met de coronacrisis zijn er nieuwe situaties benoemd die mogelijk een deugdelijke grond kunnen opleveren. Een verplichte bedrijfssluiting in verband met de coronacrisis kan een deugdelijke grond zijn indien de werknemer daardoor geen (passende) arbeid kan verrichten. Het UWV verwacht dan wel dat structurele herplaatsing wordt gerealiseerd na heropening. Ook mag uitvoering aan verplichtingen van het “traject 2e spoor”, bijvoorbeeld de verplichting tot scholing of proefplaatsing, tijdelijk worden opgeschort indien niet aan deze verplichtingen kan worden voldaan in verband met de Coronacrisis. Tenslotte kan het weggevallen werkaanbod worden aangemerkt als een deugdelijke grond indien de arbeidsongeschikte werknemer daardoor fysiek geen passend werk meer kan uitvoeren of de werkgever onvoldoende ondersteuning kan aanbieden op de werkplek. De werkgever dient zijn stelling dat er sprake is van een deugdelijke grond steeds voldoende te motiveren.

Houdt het UWV rekening met de omstandigheid dat de werkgever het loon van zijn arbeidsongeschikte werknemer niet meer kan doorbetalen als gevolg van de coronacrisis?

Nee, indien werkgevers niet aan hun loondoorbetalingsverplichting kunnen voldoen vanwege betalingsonmacht, betekent dit dat de re-integratie inspanningen van de werkgever als onvoldoende worden aangemerkt. Evenmin vormt dit aanleiding voor het oordeel dat er om deze reden sprake is van een deugdelijke grond om de re-integratieverplichtingen niet na te komen. Het UWV verwijst hierbij naar de Noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid (NOW-regeling), waarbij de werkgever in geval van minimaal 20% omzetverlies een tegemoetkoming kan krijgen in de loonkosten van de werknemer.

Wordt er nog steeds een sanctie opgelegd door het UWV indien de werkgever niet aan zijn re-integratieverplichtingen voldoet?

Ja, het UWV kan nog steeds een loonsanctie opleggen indien de werkgever niet voldoende aan zijn re-integratieverplichtingen voldoet. Deze loonsanctie wordt opgelegd om tekortkomingen in de re-integratie te herstellen. De werkgever moet hiertoe wel in staat zijn. Als de werkgever meent dat de tekortkoming vanwege de coronacrisis niet kan worden hersteld kan hij een bekortingsverzoek indienen. In dit verzoek moet worden gemotiveerd waarom en gedurende welke periode de herstelinspanningen stagneren vanwege de coronacrisis. Op grond van dit verzoek zal het UWV beoordelen of de loonsanctie redelijkerwijs (alsnog) kan worden beëindigd.

Heeft u een arbeidsongeschikte werknemer in dienst en/of wilt u meer weten over uw re-integratieverplichtingen? Neem dan gerust contact op met ons Corona-team.