1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Verstek in de strafzaak levert bedrog op in ontslagprocedure

Verstek in de strafzaak levert bedrog op in ontslagprocedure

Een magazijnmedewerker in Almere wordt een dik jaar na indiensttreding op staande voet ontslagen door zijn werkgever op verdenking van het verduisteren / wegnemen van goederen. De werknemer vecht het ontslag in succesvol aan. De werkgever wordt in twee instanties veroordeeld tot doorbetaling van onder meer het salaris. De werknemer verzuimt echter om tevens verweer te voeren in de strafrechtelijke procedure. Naar zijn zeggen omdat het te duur zou zijn een advocaat in te schakelen, zo zou het...
Leestijd 
Auteur artikel Geeke Hissink (uit dienst)
Gepubliceerd 25 april 2014
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Een magazijnmedewerker in Almere wordt een dik jaar na indiensttreding op staande voet ontslagen door zijn werkgever op verdenking van het verduisteren / wegnemen van goederen. De werknemer vecht het ontslag in succesvol aan. De werkgever wordt in twee instanties veroordeeld tot doorbetaling van onder meer het salaris. De werknemer verzuimt echter om tevens verweer te voeren in de strafrechtelijke procedure. Naar zijn zeggen omdat het te duur zou zijn een advocaat in te schakelen, zo zou het Juridisch Loket hebben aangegeven. De werknemer wordt dan ook bij verstek veroordeeld tot het betalen van een geldboete van 900 euro. De werknemer laat ook de hoger beroepstermijn ongebruikt. Nadat het vonnis in kracht van gewijsde is gegaan, vordert de werkgever herroeping van het arrest waarbij in tweede instantie is geoordeeld dat onterecht ontslag op staande voet is verleend. De grond voor de herroeping vormt het door werknemer gepleegde bedrog in de procedure. Werknemer stelt zich op het standpunt dat nu de politierechter geen vonnis op tegenspraak heeft gegeven, maar hij veroordeeld is bij verstek, er geen sprake is van bedrog. Er heeft immers geen inhoudelijke beoordeling plaatsgevonden van het ten laste gelegde. Het gerechtshof gaat hier niet mee (Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, locatie Leeuwarden, 4 maart 2014, ECLI:NL:GHARL:2014:1806, JAR 2014/99). Het begrip bedrog moet ruim worden uitgelegd. Hieronder valt ook het verzwijgen van feiten die tot een andere uitkomst geleid zouden kunnen hebben. Weliswaar heeft de veroordeling van werknemer voor verduistering geen dwingende bewijskracht, maar komt hieraan wel vrije bewijskracht toe. De veroordeling rechtvaardigt namelijk wel het sterke vermoeden dat werknemer de verduistering heeft gepleegd. Daarbij hecht het gerechtshof aan het feit dat werknemer wist wanneer de behandeling van zijn strafzaak zou plaatsvinden en dat hij bewust verstek heeft laten gaan. Verder heeft werknemer niet de moeite genomen te informeren naar de uitslag van de behandeling, zodat hij tijdig in hoger beroep zou kunnen gaan. Onder deze omstandigheden ligt de veroordeling bij verstek zo dicht aan tegen een veroordeling op tegenspraak, dat het hof van oordeel is dat de werknemer bedrog heeft gepleegd. Het hof heropent daarom het geding