1. Home
  2. Kennis

Onze kennis Sterker door kennis

Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.
3 filter(s) actief

Expertise

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:

Sector

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:

Thema

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:

Auteur

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:
Zoekopdracht delen:
Aantal resultaten: 38

Luchtvaartmaatschappij geen financiële compensatie verschuldigd bij storend gedrag van passagier

Je hoort het steeds vaker: passagiers die storend gedrag vertonen tijdens een vlucht. Onlangs kwam nog in het nieuws dat een passagier de bemanning aanviel. Deze passagier is vervolgens met ducttape aan de stoel vastgemaakt nadat zij de stewardessen fysiek had aangevallen. Het kan zijn dat een vlucht vertraging oploopt door storend gedrag van de passagier. Is een luchtvaartmaatschappij dan gehouden financiële compensatie te betalen? Het Hof van Justitie heeft recentelijk geoordeeld dat dat niet het geval is. Zo valt dit onder een buitengewone omstandigheid in de zin van de Verordening 261/2004 (Verordening).

Bepalingen van dwingend recht bij agentuurovereenkomst: opzeggingsregeling

Het komt in de praktijk meer dan eens voor dat partijen een agentuurovereenkomst met elkaar hebben gesloten en de ene partij op enig moment niet meer verder wil met de andere partij. Partijen zijn vanzelfsprekend gehouden aan de afspraken die zij hierover hebben gemaakt in de agentuurovereenkomst. Wat nog wel eens vergeten wordt, is dat de agentuurovereenkomst wettelijk is geregeld waarbij nogal wat bepalingen van (semi-)dwingend recht zijn. Dat betekent dat partijen in de agentuurovereenkomst daarvan niet kunnen afwijken. In dit artikel ga ik in op de opzeggingsregeling die van dwingend recht is.

Hof van Justitie: luchtvaartmaatschappij staat niet in voor verblijfsomstandigheden van aangeboden hotelaccommodatie bij annulering of vertraging vlucht en is niet gehouden tot vergoeding van schade

Het Hof van Justitie heeft op 3 september jl. een prejudiciële beslissing gegeven die ziet op de uitleg van artikel 9 lid 1 onder b van de Verordening 261/2004 (hierna te noemen: de Verordening). Op grond van artikel 9 heeft een passagier recht op verzorging bij annulering of vertraging van de vlucht. Dit recht op verzorging bestaat onder meer uit een gratis hotelaccommodatie indien een verblijf van één of meer nachten noodzakelijk wordt of een langer verblijf noodzakelijk wordt dan het door de passagier geplande verblijf.

Is een partij schadeplichtig indien hij de onderhandelingen over een overeenkomst afbreekt?

Als partijen in de regel een overeenkomst met elkaar willen sluiten, doet de ene partij een aanbod en aanvaardt de andere partij dit aanbod. Uiteraard komt het ook voor dat partijen niet gelijk tot een overeenkomst komen en over de voorwaarden onderhandelen. In de praktijk komt het voor dat een partij zich tijdens de onderhandelingen terugtrekt en deze afbreekt. Is deze partij dan eigenlijk schadeplichtig ten opzichte van de andere partij? Ik beantwoord deze vraag aan de hand van een recente uitspraak van de Rechtbank Amsterdam.

Update: beleid van luchtvaartmaatschappijen met betrekking tot geannuleerde vluchten wegens Corona

Eerder bespraken wij welke voorwaarden de luchtvaartmaatschappijen hanteren bij annulering van hun vluchten wegens de uitbraak van Corona. Inmiddels zijn wij een aantal weken verder en heeft de Europese Commissie een aanbeveling gedaan ten aanzien van de uitgifte van vouchers door (onder andere) luchtvaartmaatschappijen. In dit artikel geef ik een update over het beleid dat luchtvaartmaatschappijen momenteel op hun website presenteren ten aanzien van de annulering van vluchten.

Uitspraak Hof van Justitie over omboeking van een aansluitende vlucht

Op 30 april jl. heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof) een prejudiciële beslissing genomen die ziet op de uitleg van de artikelen 4 lid 3, artikel 5 lid 1 onder c en artikel 7 van de Verordening (EG) nr. 261/2004 (hierna: Verordening).

Minister geeft opheldering over coronavouchers die luchtvaartmaatschappijen uitgeven

In één van mijn vorige artikelen schreef ik dat het kabinet – hoewel dit niet in lijn is met Verordening 261/2004 – het tijdelijk gebruik van vouchers (‘coronavouchers’) gedoogt, omdat een passagier hierbij het recht behoudt op terugbetaling van zijn of haar ticket en hiermee wordt voorkomen dat luchtvaartmaatschappijen in nog grotere financiële nood komen te verkeren. Recentelijk hebben Kamerleden aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat aanvullende vragen gesteld over de coronavouchers die luchtvaartmaatschappijen uitgeven bij vluchtannuleringen wegens corona. In dit artikel geef ik de beantwoording van de minister weer.

Rechtspraak van andere gerechten binnen de Europese Unie van belang bij beoordeling buitengewone omstandigheid in de zin van Verordening 261/2004

Recentelijk heeft de Rechtbank Amsterdam (ECLI:NL:RBAMS:2020:2275) geoordeeld dat een capaciteitsreductie wordt aangemerkt als een buitengewone omstandigheid in de zin van artikel 5 lid 3 Verordening. Het interessante aan deze uitspraak is dat de rechtbank haar oordeel mede baseert op verschillende uitspraken van gerechten binnen de Europese Unie.

Voorlopig nog geen garantiefonds voor losse vliegtickets

Gezien de bescherming die consumenten bij pakketreizen of gekoppelde reisarrangementen genieten en de alternatieven die consumenten hebben bij het kopen van een los vliegticket, ziet de minister vooralsnog geen aanleiding om een garantiefonds vliegtickets in Nederland nader te onderzoeken.

Buitengewone omstandigheden tijdens de voorgaande vlucht werken door op de vlucht in kwestie

In ons eerdere artikel hebben wij al stilgestaan bij de vraag of een staking door eigen personeel van de luchtvaartmaatschappij kan worden gezien als een buitengewone omstandigheid in de zin van artikel 5 lid 3 van Verordening (EG) nr. 261/2004 (hierna: de Verordening). Op grond van dit artikel hoeft een luchtvaartmaatschappij bij annulering of langdurige vertraging van een vlucht geen financiële compensatie te betalen aan de passagiers indien sprake is van een buitengewone omstandigheid en de luchtvaartmaatschappij alle redelijke maatregelen heeft getroffen om de vertraging of annulering te voorkomen dan wel te beperken. Overweging 15 van de considerans van de Verordening benoemt voorbeelden van buitengewone omstandigheden, waaronder een besluit van het luchtverkeersbeheer voor een specifiek vliegtuig op een specifieke dag.

1 2 3 4