1. Home
  2. Kennis

Onze kennis Sterker door kennis

Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.
1 filter(s) actief

Expertise

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:

Sector

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:

Thema

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:

Auteur

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:
Zoekopdracht delen:
Aantal resultaten: 31

CRvB wijzigt haar vaste lijn in de jurisprudentie: de vergoeding van bezwaarkosten levert niet langer een procesbelang op

Tot voor kort was het ontvangen van een vergoeding voor bezwaarkosten een geldige reden om door te procederen, zelfs als er inhoudelijk niets meer kon worden bereikt met een procedure. In een recente uitspraak wijzigt de Centrale Raad van Beroep (‘de Raad’) haar koers. De Raad oordeelt dat het toekennen van bezwaarkosten géén zelfstandig procesbelang meer oplevert.

Wet op bijzondere medische verrichtingen – vergunningstelsel

In januari 2024 heeft de rechtbank Midden-Nederland zich uitgelaten over de vraag of minister Kuipers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport het besluit mocht nemen om het Erasmus MC en het UMC Groningen aan te wijzen als de enige twee kinderhartcentra in Nederland. Het betreffende besluit kwam na jaren van discussie tot stand en betekende voor de andere bestaande kinderhartcentra (het UMC Utrecht, het Leids UMC en het VUmc) dat zij deze expertise binnen 2.5 jaar volledig af zouden moeten bouwen. De rechtbank oordeelde kort en goed dat de minister weliswaar bevoegd was om het besluit te nemen om kinderhartzorg te concentreren, maar dat het besluit onvoldoende zorgvuldig en feitelijk gemotiveerd was (zie rechtbank Midden-Nederland 11 januari 2024, ECLI:NL:RBMNE:2024:51). Dat betekent dat er vooralsnog vijf kinderhartcentra actief mogen blijven en dat de bal wederom bij de minister van VWS ligt. In de toekomst zal steeds vaker sprake zijn van specialistische vormen van zorg. De noodzaak om deze zorgvormen op bepaalde locaties te concentreren zal mogelijk toenemen. Alleen door voldoende ervaring op te doen met deze zorgvormen kan de kwaliteit van zorg immers worden gewaarborgd. Gelet op het feit dat marktwerking het uitgangspunt is in het Nederlandse zorgstelsel is de bevoegdheid die de minister van VWS op grond van de Wet op bijzondere medische verrichtingen (‘Wbmv’) heeft om in te grijpen een bijzonder instrument. In dit blog gaan wij nader in op het vergunningstelsel dat voortvloeit uit de Wbmv.

De verhouding tussen de Participatiewet en de stelselwetten (deel 3): Zorgverzekeringswet

Per 1 januari 2015 is de Participatiewet (‘PW’) in werking getreden. In een blogreeks van drie blogs gaan wij in op de vraag hoe deze wet zich verhoudt tot de drie stelselwetten: de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (‘Wmo’), de Wet langdurige zorg (‘Wlz’) en de Zorgverzekeringswet (‘Zvw’). Aan de hand van een aantal uitspraken van het afgelopen jaar lichten wij de verhouding tussen de PW en de stelselwetten toe en staan wij stil bij de vraag wanneer een van deze stelselwetten als voorliggende voorziening kwalificeert. In de eerste blog van onze blogreeks zijn wij ingegaan op de verhouding tussen de PW en de Wmo. In de tweede blog hebben wij de verhouding tussen de PW en de Wlz besproken. In deze derde blog richten wij ons op de verhouding tussen de PW en de Zvw en gaan wij nader in op artikel 16 van de PW.

De verhouding tussen de Participatiewet en de stelselwetten (deel 2): Wet langdurige zorg

Per 1 januari 2015 is de Participatiewet (‘PW’) in werking getreden. In een blogreeks van drie blogs gaan wij in op de vraag hoe deze wet zich verhoudt tot de drie stelselwetten: de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (‘Wmo’), de Wet langdurige zorg (‘Wlz’) en de Zorgverzekeringswet (‘Zvw’). Aan de hand van een aantal uitspraken van het afgelopen jaar lichten wij de verhouding tussen de PW en de stelselwetten toe en staan wij stil bij de vraag wanneer een van deze stelselwetten als voorliggende voorziening kwalificeert. In de eerste blog van onze blogreeks zijn wij ingegaan op de verhouding tussen de PW en de Wmo. In deze blog bespreken wij de verhouding tussen de PW en de Wlz.

Verbeteringen in uitvoering van het Wmo-toezicht op komst

Bij brief van 8 mei 2023 heeft de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna: VWS) de Tweede Kamer geïnformeerd over de wijze waarop zij verbeteringen in de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (hierna: Wmo) wil realiseren. Eén van de knelpunten die de staatssecretaris in de uitvoeringspraktijk van de gemeente wil verbeteren heeft betrekking op het Wmo-toezicht. In deze blog gaan wij in op de voorgenomen verbeteringen van het Wmo-toezicht die de staatssecretaris van VWS voor ogen heeft.

De verhouding tussen de Participatiewet en de stelselwetten (deel 1): Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

Per 1 januari 2015 is de Participatiewet (‘PW’) in werking getreden. In een blogreeks van drie blogs gaan wij in op de vraag hoe deze wet zich verhoudt tot de drie stelselwetten: de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (‘Wmo’), de Wet langdurige zorg (‘Wlz’) en de Zorgverzekeringswet (‘Zvw’). Aan de hand van een aantal uitspraken van het afgelopen jaar lichten wij de verhouding tussen de PW en de stelselwetten toe en staan wij stil bij de vraag wanneer een van deze stelselwetten als voorliggende voorziening kwalificeert. In deze eerste blog bespreken wij de verhouding tussen de PW en de Wmo.

Jurisprudentie Gezondheidszorg gepubliceerd in april 2023

Deze bijdrage bevat een overzicht van de jurisprudentie op het gebied van de gezondheidszorg (o.a. Wet verplichte ggz (Wvggz), Wet zorg en dwang (Wzd), zorginkoop, sociaal domein, bekostiging, patiëntenrechten, verbintenissenrecht, ondernemingsrecht, omgevingsrecht, vastgoed en fiscaal) die in de maand april 2023 is gepubliceerd.

Jurisprudentie Gezondheidszorg gepubliceerd in maart 2023

Deze bijdrage bevat een overzicht van de jurisprudentie op het gebied van de gezondheidszorg (o.a. Wet verplichte ggz (Wvggz), Wet zorg en dwang (Wzd), zorginkoop, medische aansprakelijkheid, sociaal domein, bekostiging, patiëntenrechten, verbintenissenrecht, ondernemingsrecht, medezeggenschap, vastgoed, mededinging en fiscaal) die in de maand maart 2023 is gepubliceerd.

WMO en resultaatgericht beschikken

In deze nieuwe Zorgpodcast gaan onze specialisten Ralph Tak en Charlotte Perquin-Deelen nader in op "resultaatgericht beschikken", mede naar aanleiding van recente jurisprudentie én het nieuwe wetsvoorstel. Wat is resultaatgericht beschikken eigenlijk? Wat zegt recente jurisprudentie? En wat wijzigt er als het wetsvoorstel wet zou worden? U weet het antwoord op deze en meer vragen na het luisteren van deze Zorgpodcast.

De algemene toezichtstaak van de NZa inzake aanmerkelijke marktmacht

Op 15 maart 2022 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) zich uitgelaten over een besluit van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) waarin zij na klachten van een GGZ-aanbieder geweigerd heeft onderzoek in te stellen naar de aanmerkelijke marktmacht (AMM) van Zilveren Kruis. Het beroep is ongegrond, maar de uitspraak bevat een aantal mooie overwegingen van het CBb over de algemene toezichtstaak van de NZa inzake AMM. Hierna staan wij stil bij de de AMM-bevoegdheid van de NZa, de standpunten van de zorgaanbieder en de NZa en de overwegingen van het CBb daarover.

Boete van NZa voor overtreding Regeling transparantie zorginkoop

Op 5 januari 2022 maakte de Nederlandse Zorgautoriteit (hierna: NZa) bekend dat zij een bestuurlijke boete heeft opgelegd van in totaal € 38.000 aan de coöperatie VGZ (hierna: VGZ) voor overtreding van de transparantieregels. Volgens de NZa heeft VGZ de wijziging van de tekentermijn in de zorginkoopprocedure voor paramedische zorg niet tijdig bekendgemaakt. In dit blogartikel leggen wij uit wat de transparantieregels inhouden, hoe deze zorgaanbieders beogen te beschermen en op welke wijze VGZ deze regels volgens de NZa heeft overtreden.

CBb oordeelt: maximumtarieven voor geestelijke gezondheidszorg zijn rechtmatig

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft recentelijk geoordeeld dat de maximumtarieven die de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) had vastgesteld voor de geestelijke gezondheidszorg en de forensische zorg voor 2020 rechtmatig zijn. Enkele zorgaanbieders waren het niet eens met deze door de NZa vastgestelde maximumtarieven en stapten naar de bestuursrechter. Het CBb verklaarde het hoger beroep echter ongegrond.

1 2 3