Greenwashing: wat is het en hoe te voorkomen?
In de tijd waar duurzaamheid het aan populariteit wint, wordt ook het greenwashen een groter probleem.
In de tijd waar duurzaamheid het aan populariteit wint, wordt ook het greenwashen een groter probleem.
De rechter is verplicht om in een gerechtelijke procedure Europese regels van consumentenbescherming te toetsen, ook als de consument niet in de procedure verschijnt of geen beroep doet op deze regels. Dit wordt ambtshalve toetsing genoemd. Ambtshalve toetsing wint sinds 2000 steeds meer terrein binnen Europa. Waar het begon met het ambtshalve toetsen van oneerlijke bedingen, wordt ambtshalve toetsing inmiddels ook toegepast bij andere Europese consumentenregels. In een (tussen)uitspraak van 16 juli 2020 voert Rechtbank Rotterdam namelijk een ambtshalve toets uit op de naleving van (pre)contractuele informatieverplichtingen bij een (vermeende) verzekeringsovereenkomst.
Het Hof van Justitie heeft op 3 september jl. een prejudiciële beslissing gegeven die ziet op de uitleg van artikel 9 lid 1 onder b van de Verordening 261/2004 (hierna te noemen: de Verordening). Op grond van artikel 9 heeft een passagier recht op verzorging bij annulering of vertraging van de vlucht. Dit recht op verzorging bestaat onder meer uit een gratis hotelaccommodatie indien een verblijf van één of meer nachten noodzakelijk wordt of een langer verblijf noodzakelijk wordt dan het door de passagier geplande verblijf.
Eerder bespraken wij welke voorwaarden de luchtvaartmaatschappijen hanteren bij annulering van hun vluchten wegens de uitbraak van Corona. Inmiddels zijn wij een aantal weken verder en heeft de Europese Commissie een aanbeveling gedaan ten aanzien van de uitgifte van vouchers door (onder andere) luchtvaartmaatschappijen. In dit artikel geef ik een update over het beleid dat luchtvaartmaatschappijen momenteel op hun website presenteren ten aanzien van de annulering van vluchten.
De minister van Infrastructuur en Waterstaat geeft opnieuw opheldering over de uitgifte van vouchers in plaats van terugbetaling van vliegtickets door luchtvaartmaatschappijen.
Gezien de bescherming die consumenten bij pakketreizen of gekoppelde reisarrangementen genieten en de alternatieven die consumenten hebben bij het kopen van een los vliegticket, ziet de minister vooralsnog geen aanleiding om een garantiefonds vliegtickets in Nederland nader te onderzoeken.
Indien een luchtvaartmaatschappij haar vlucht annuleert, dient zij de passagier een alternatieve vlucht aan te bieden of restitutie van het vliegticket. Als gevolg van de Corona-uitbraak bieden veel luchtvaartmaatschappijen hun passagiers nu een voucher aan die voor een bepaalde periode kunnen worden gebruikt voor de aanschaf van nieuwe vliegtickets. Hoewel dit niet in lijn is met Verordening 261/2004 ,vindt het kabinet het tijdelijk gebruik van vouchers een acceptabel alternatief, omdat een passagiers het recht behoudt op terugbetaling van diens ticket, en er wordt voorkomen dat luchtvaartmaatschappijen in nog grotere financiële nood komen.
Door de uitbraak van COVID-19 worden veel passagiers en de Europese vervoerssector zwaar getroffen. Vervoer is een van de sectoren die het zwaarst is getroffen door de pandemie. Dat komt door de maatregelen die de autoriteiten hebben genomen om de uitbraak in te dammen. Voor veel passagiers zijn reizen geannuleerd of doet de situatie zich voor dat passagiers niet meer willen of mogen reizen.
Op 12 november 2019 heeft het Hof van Justitie een belangrijk arrest gewezen over herkomstaanduidingen voor levensmiddelen. Het arrest heeft betrekking op de vraag of levensmiddelen die afkomstig zijn uit door Israël bezette gebieden, mogen worden aangeduid als afkomstig van Israël. Het Hof van Justitie heeft deze vraag negatief beantwoord en heeft geoordeeld dat enkel de oorsprongsaanduiding ‘Israël’ misleidend is voor consumenten.
Een gemeenschappelijk Europees kooprecht kon tot nu toe nog niet gerealiseerd worden, maar de Europese wetgever heeft in juni 2019 twee Richtlijnen gecreëerd die dit doel dichterbij moeten brengen.
De rechtbank wijst de vorderingen passagiers van de geannuleerde vlucht af nu zij zelf een vervangende vlucht hebben geboekt die uiteindelijk eerder aankomt op de eindbestemming dan de initiële vlucht.
Op 10 juli 2019 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna te noemen: het Hof) een arrest gewezen naar aanleiding van de prejudiciële vragen die de Rechtbank Noord-Nederland heeft gesteld. Het Hof volgt de A-G en oordeelt dat de luchtvaartmaatschappij de ticketprijzen van gedupeerde pakketreizigers niet hoeft terug te betalen wanneer hun pakketreis is geannuleerd, ongeacht de insolventie van de reisorganisatie. Het Hof voegt hieraan toe dat de betrokken reiziger in ieder geval de mogelijkheid heeft een aansprakelijkheidsvordering in te stellen tegen de betrokken lidstaat wegens de schade die hij als gevolg van een schending van het Unierecht leidt.