Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.
2 filter(s) actief
Expertise
Selecteer de gewenste filteritems
Combinatie niet mogelijk met:
Sector
Selecteer de gewenste filteritems
U heeft geselecteerd:
Combineren met:
Thema
Selecteer de gewenste filteritems
Combinatie niet mogelijk met:
Auteur
Selecteer de gewenste filteritems
U heeft geselecteerd:
Combineren met:
Combinatie niet mogelijk met:
Zoekopdracht delen:
Filterprofielen bewaren
Log in of meld u aan
Log in of meld u aan om filterprofielen te kunnen opslaan.
Wanneer werknemers wisselen van werkgever/inhoudingsplichtige (hierna: inhoudingsplichtige) bijvoorbeeld ten gevolge van een splitsing, fusie, overname, of bij verschuivingen van werknemers binnen concern, brengt dit (onder andere) voor de loonheffingen aandachtspunten met zich mee voor zowel de oude als de nieuwe inhoudingsplichtige.
Bij besluit van 18 juli 2008 heeft de Staatssecretaris goedgekeurd dat aan bestuurders en commissarissen onder bepaalde voorwaarden voorkoming van dubbele belasting mag worden verleend op basis van de vrijstellingsmethode (hierna: het goedkeurende beleid). Dit goedkeurende beleid zal per 1 januari 2023 komen te vervallen. Voor bestuurders of commissarissen die op dit moment gebruik maken van het goedkeurende beleid kan dit vergaande gevolgen hebben. In onderstaande blog bespreken wij de verschillen tussen de vrijstellings- en de verrekeningsmethode en zetten wij de mogelijke gevolgen van het vervallen van het goedkeurende beleid voor u uiteen.
Op 28 april 2022 heeft het kabinet een brief gestuurd aan de Tweede Kamer over de gemaakte keuzes voor rechtsherstel voor belastingplichtigen die onterecht belasting hebben betaald over vermogen in box 3.
Door de crisismaatregelen wordt er (meer) thuisgewerkt door werknemers. Dankzij de goedkeuring van de Staatssecretaris kon tot 1 januari 2022, ondanks het thuiswerken, de vaste onbelaste reiskostenvergoeding aan werknemers worden gegeven.
Op 12 januari van dit jaar heeft de Eerste Kamer het wetsvoorstel “Bedrag ineens, regeling vervroegde uittreding (hierna: RVU) en verlofsparen” zonder nadere stemming aanvaard. Deze wet is een gevolg van het pensioenakkoord dat is gesloten tussen het kabinet, werkgevers- en werknemersorganisaties. Een van de drie onderdelen van deze wet is de introductie van een RVU-drempelvrijstelling. Concreet wordt met deze vrijstelling beoogd mogelijk te maken dat werkgevers in de 36 maanden voor het bereiken van de AOW-leeftijd aan werknemers een bedrag kunnen meegeven, zonder dat hierover RVU-heffing verschuldigd is. De RVU-heffing is, naast de normale inhoudingen, verschuldigd door de werkgever en bedraagt 52% van de uitkering aan de werknemer. In dit artikel bespreken wij enkele aandachtspunten met betrekking tot de nieuwe drempelvrijstelling.
Bij een beëindiging met wederzijds goedvinden, is in de praktijk een veelvoorkomende afspraak dat er juridische kosten worden vergoed. Op die manier kan de werknemer zich juridisch laten voorlichten over de inhoud en het gevolg van de vaststellingsovereenkomst, waarvoor de werkgever de kosten vergoed. Een andere afspraak is dat de werkgever kosten voor outplacement op zich neemt, zodat de werknemer gericht een nieuwe baan kan vinden. Vraag is of deze regelingen ook bij een topfunctionaris in het kader van de WNT kunnen worden opgenomen. Dit artikel behandelt deze vraag.
Tijdens Prinsjesdag 2020 is melding gemaakt van een nieuwe regeling, de Baangerelateerde Investeringskorting (BIK). De BIK is vormgegeven als een afdrachtvermindering loonheffingen. De hoogte van de BIK wordt gebaseerd op een staffel. De invulling van deze staffel is in de nota van wijziging van 5 oktober 2020 bekendgemaakt, waarna de staffel nog eenmaal is gewijzigd op 12 november 2020.
De inhoud van de nota van wijziging, inclusief de wijziging van 12 november 2020 en de ontwikkelingen met betrekking tot de fiscale eenheidsbepaling, zetten wij hieronder uiteen.
Het Europese Hof heeft op 16 juli 2020 een uitspraak gewezen, waarin het werkgeversbegrip bij internationale sociale zekerheid nader wordt toegelicht. In deze zaak stond een door AFMB aangeboden constructie centraal, waarvoor zij in 2014 onder andere in het programma Businesstalk van Harry Mens hebben geadverteerd.
Deze website plaatst functionele en analytische cookies, waarmee we onze site gebruiksvriendelijker maken. U blijft anoniem. Cookies van derden plaatsen we niet zonder uw toestemming. Klik op 'voorkeuren instellen' om uw voorkeuren aan te geven.