1. Home
  2. Kennis

Onze kennis Sterker door kennis

Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.
7 filter(s) actief

Expertise

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:

Sector

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:

Thema

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:

Auteur

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:
Zoekopdracht delen:
Aantal resultaten: 10

De reikwijdte van het geitenverbod in de Omgevingsverordening Gelderland: de Afdeling legt uit!

In een recente uitspraak heeft de Afdeling zich uitgelaten over de vraag of een aanvraag voor uitbreiding van het aantal geiten in strijd was met een verbod in de Omgevingsverordening Gelderland. De Afdeling heeft hierbij uitleg gegeven over hoe dit verbod in elkaar zit en wanneer de uitzondering hierop van toepassing is. Ook is zij ingegaan op de verhouding met de melding uit artikel 1.10 Activiteitenbesluit.

Nieuwe regels en een overbruggingsregeling voor windturbineparken in aankomst

Op 25 juni 2020 concludeerde het Hof van Justitie in de Europese Unie (EU-hof) in de zaak Nevele dat voor de Vlaamse algemene milieuregels voor windturbines een plan-milieueffectrapportage (plan-mer) had moeten worden opgevoerd op grond van de Strategische Milieubeoordeling richtlijn (SMB-richtlijn). Het feit dat er geen plan-mer uitgevoerd is, is in strijd met de Europese regels en dient aangepast te worden. Naar aanleiding van dit Europese arrest, oordeelde de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) dat de algemene milieuregels voor windturbineparken zoals opgenomen in het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling niet toepasbaar zijn. Net zoals in België, is ook in Nederland onterecht geen plan-mer uitgevoerd bij totstandkoming van de regels.

Nieuwe barrière voor intern salderen

In een uitspraak van 8 december 2021 heeft de rechtbank Oost-Brabant geoordeeld dat niet zonder meer intern gesaldeerd mag worden met alle ‘stikstofrechten’ uit een geldende natuurvergunning, als die rechten de facto niet meer worden gebruikt en de jure niet meer kunnen worden gebruikt. Daarmee wordt – als het aan de rechtbank ligt – een nieuwe barrière opgeworpen tegen intern salderen.

Toetsingskader mitigerende maatregel bij een Wnb-ontheffing

In een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van 24 februari 2021 (ECLI:NL:RVS:2021:387) heeft de Afdeling een uitspraak gedaan in een procedure tegen een verleende natuurvergunning voor het oprichten en in werking hebben van 21 windturbines op Windpark Oostpolder. Daarin is ook op grond van artikel 3.3 en 3.8 van de Wet natuurbescherming ontheffing verleend van de verbodsbepalingen voor een aantal vogel- en vleermuissoorten. Waddenwind B.V. komt op tegen de ontheffing en de daaraan verbonden voorschriften. Interessant in de uitspraak is het oordeel van de Afdeling over het verschil in beoordeling van noodzakelijke en niet-noodzakelijke voorschriften (rechtsoverweging 10).

Het PAS, het relativiteitsvereiste en het ontbreken van stikstofgevoelige habitattypen

Op 29 mei 2019 zette de Afdeling in een tweetal uitspraken een streep door het PAS. Sindsdien zijn meerdere bestemmingsplannen en vergunningen door de Afdeling vernietigd. Dat niet alle bestemmingsplannen, waarbij gebruik is gemaakt van het PAS, hoeven te sneuvelen volgt uit een uitspraak van de Afdeling van 21 augustus 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:2835) over het bestemmingsplan Almere Poort West en Pampushout.

De vergunning van rechtswege: einde aan de praktijk van verstopte aanvragen

In het verleden is er regelmatig geprocedeerd over de vraag of een belanghebbende een vergunning van rechtswege had verkregen, omdat het bestuursorgaan niet tijdig een beslissing had genomen op de aanvraag. Niet zelden kwam die discussie voort uit een aanvraag die verstopt was in een ander document bijvoorbeeld een bezwaarschrift gericht tegen een handhavingsbesluit.

Tijdwinst legitiem argument voor toepassing van de coördinatieregeling

De coördinatieregeling als bedoeld in artikel 3.30 van de Wro maakt het mogelijk dat een bestemmingsplan en daarop gebaseerde omgevingsvergunning voor de activiteit ‘bouwen’ tegelijkertijd worden voorbereid en bekendgemaakt. Daarmee kan een ruimtelijke ontwikkeling aanzienlijk worden versneld. In een uitspraak van de Afdeling van 29 augustus 2018 wordt nog eens bevestigd dat dit argument – snelheid – een legitiem argument is om de coördinatieregeling toe te passen.

Opletten bij het gebruik van de wijzigingsbevoegdheid!

Met het bestaan van de wijzigingsbevoegdheid in een bestemmingsplan mag de aanvaardbaarheid van de nieuwe bestemming binnen het gebied waarop de wijzigingsbevoegdheid betrekking heeft in beginsel als een gegeven worden beschouwd indien is voldaan aan de bij het bestemmingsplan gestelde wijzigingsvoorwaarden. Dit neemt niet weg dat het college bij de vaststelling van een wijzigingsplan dient na te gaan of wijziging van de oorspronkelijke bestemming uit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening, gelet op de betrokken belangen, gerechtvaardigd is.

Wie is belanghebbende bij een bouwaanvraag?

Op 15 augustus 2018 heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State nog eens herhaald in welke gevallen degene die verzoekt om een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk als belanghebbende bij de beslissing op dat verzoek kan worden aangemerkt.