Indirecte staatssteun aan goede doelen via (nationale) loterijen?

28 november 2023, laatst geüpdatet 11 september 2024
[authors value=' ' /] Volgens het Gerecht heeft de Europese Commissie onvoldoende gemotiveerd dat de onderhandse verlening van vergunningen aan exploitanten van loterijen, weddenschappen en kansspelen (gezamenlijk ‘goededoelenloterijen’) in 2016 geen staatssteun was. Weliswaar ontvangen de goededoelenloterijen zelf geen voordeel, maar de Europese Commissie had volgens het Gerecht ook moeten onderzoeken of er sprake zou kunnen zijn van indirecte staatssteun voor de goede doelen waaraan de goededoelenloterijen hun opbrengsten doorgeven.
Sjaak van der Heul
Sjaak van der Heul
Advocaat - Senior
In dit artikel

Besluit Europese Commissie

De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft op 7 oktober 2014 onderhands vergunningen verlengd van de goededoelenlotrerijen. De vergunninghouders waren geen vergoeding verschuldigd voor de (verlenging van) deze vergoedingen. De European Gaming and Betting Association (‘EGBA’) heeft bij de Europese Commissie geklaagd over deze onderhandse en kosteloze verlenging. Volgens EGBA verschaft de staatssecretaris hiermee staatssteun aan de goededoelenloterijen.

Van staatssteun kan alleen sprake zijn als aan bepaalde ondernemingen een niet-marktconform voordeel wordt verstrekt. De Europese Commissie neemt in haar besluit tot uitgangspunt dat op voorhand niet kan worden uitgesloten dat de verlening van vergunningen zonder een adequate, marktconforme vergoeding kan inhouden dat de Staat middelen derft en dat een voordeel wordt toegekend.

In dit geval was van een voordeel volgens de Europese Commissie echter geen sprake. De goededoelenloterijen moeten als gevolg van het kansspelenbesluit namelijk de volledige opbrengst van hun kansspelactiviteiten, dat wil zeggen hun opbrengst na aftrek van de kosten in verband met de uitgekeerde prijzen en redelijke kosten, afdragen aan goede doelen. Er blijft volgens het onderzoek van de Europese Commissie aldus geen voordeel (en dus geen staatssteun) over voor de goededoelenloterijen.

Uitspraak Gerecht

Het Gerecht maakt in zijn arrest van 15 november 2023 weinig woorden vuil aan de beoordeling van de Europese Commissie. Het volgt het oordeel van de Europese Commissie dat de goedendoelenloterijen geen voordeel behalen uit het feit dat zij geen marktconforme vergoeding hoeven te betalen voor de vergunningen.

Het voordeel uit die niet-marktconforme vergoeding geven de goedendoelenloterijen op grond van het kanspelenbesluit echter wel door aan goede doelen. Daarmee is het mogelijk dat deze goede doelen een indirect voordeel verkrijgen dat op zijn beurt staatssteun voor de goede doelen zou kunnen opleveren. Dat heeft de Europese Commissie ten onrechte niet onderzocht. Het Gerecht verklaart het besluit van de Europese Commissie nietig.

Commentaar

Het begrip ‘indirect voordeel’ heeft volgens de Europese Commissie in haar Mededeling betreffende het begrip staatssteun en vaste jurisprudentie betrekking op situaties waarin steun zodanig is vormgegeven dat de staatsmiddelen (moeten) worden doorgeleid naar duidelijk te onderscheiden (groepen van) ondernemingen. Een indirect voordeel kan zich bijvoorbeeld voordoen als een bestuursorgaan in een subsidiebesluit de verplichting oplegt om (een deel van de) subsidie te besteden door aan bepaalde (groepen) activiteiten of ondernemingen kortingen te verlenen (bijvoorbeeld huurkorting).

Het feit dat het indirecte voordeel uit hoofde van de niet-marktconforme vergoeding voor de vergunningen in deze zaak terechtkomt bij de goede doelen, betekent echter niet noodzakelijkerwijs dat zij ook staatssteun krijgen. Immers, uitsluitend als een niet-marktconform (indirect) voordeel wordt (door)gegeven aan bepaalde ondernemingen, levert dat staatssteun op.

Een onderneming in de zin van de staatssteunregels is een entiteit die economische activiteiten ontplooit. Gelet op die definitie is goed mogelijk dat (de goededoelenloterijen ervoor kunnen zorgdragen dat) de begunstigde goede doelen helemaal geen ondernemingen zijn in de zin van de staatssteunregels. Dat heeft de Europese Commissie echter niet onderzocht.

Gerelateerd

Belangrijkste jurisprudentie aanbestedingsrecht Q1 2025: lessen voor aanbestedende diensten

In het eerste kwartaal van 2025 zijn diverse uitspraken gedaan die relevant zijn voor aanbestedende diensten. Dit artikel analyseert de belangrijkste...
Woningbouw huizen

Didam I-arrest niet van toepassing bij grondverkoop door gemeentelijke beleggingsinstelling aan gemeente

Kan de verkoop van onroerend zaken van een (door de gemeente opgerichte) fiscale beleggingsinstelling aan de gemeente door eisers tegen worden gehouden met een...
Dashboard auto

Platforms van dominante ondernemingen en verplichte interoperabiliteit: Belangrijk arrest van het HvJ EU over Android Auto

Op 25 februari 2025 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (‘HvJEU’) in een belangrijk arrestprejudiciële vragen beantwoordover de zaak tussen...
Aanbesteding hervat vanwege slechte onderbouwing intrekking

Aanbesteding hervat vanwege slechte onderbouwing intrekking

De voorzieningenrechter van de rechtbank Midden-Nederland gebiedt de gemeente Oudewater en de gemeente Woerden om een ingetrokken aanbestedingsprocedure toch...
vrouw justitia

Vendor lock-in is objectieve rechtvaardiging voor toeschrijven naar merk

"Ingeval van afhankelijkheid tussen aanbesteder en een bepaald merk of product lijkt het te zijn toegestaan dat de aanbestedende dienst dit merk of product bij...
vrouw justitia

Beroep op derden: hoe, wat, wanneer?

Al sinds de arresten inzake Siemens en Holst Italia is het een aanbestedingsrechtelijke zekerheid dat inschrijvers een beroep kunnen doen op derden voor...
No posts found