Een dochtervennootschap in Duitsland - Wat kan je tegenkomen?

GmbH of Unternehmergesellschaft (UG – 'mini-GmbH' of 'starters-GmbH') – wat zijn de verschillen?

Sinds 2008 bestaat in Duitsland de Unternehmergesellschaft (UG). De UG is geen opzichzelfstaande rechtsvorm, maar een instapvariant van de GmbH, een zogenoemde mini-GmbH. De UG heeft net als de GmbH een opzichzelfstaande rechtspersoonlijkheid, een naam (firma) en wordt vertegenwoordigd door directeuren. Ook het vermogen van de UG dient strikt te worden gescheiden van het vermogen van de aandeelhouders. Aangezien de UG een aparte variant van de GmbH is, gelden voor de UG ook alle regels die voor een traditionele GmbH gelden. Wat is er dan anders?

Aanduiding in zakelijk verkeer

Een belangrijk kenmerk van de UG is dat ze weliswaar juridisch gezien een GmbH is, maar zich in het zakelijke verkeer geen GmbH mag noemen. In plaats daarvan moet ze de volgende toevoeging gebruiken: 'Unternehmergesellschaft (haftungsbeschränkt)' of 'UG (haftungsbeschränkt)'. Deze regeling dient eventuele zakenpartners bescherming te bieden. Naar buiten toe moet zichtbaar zijn dat het om een GmbH gaat die opgericht is met een aandelenkapitaal lager dan EUR 25.000. De naam van de UG (firma) kan in principe vrij gekozen worden; het mag ook een fantasienaam zijn. Bij het controleren of een naam geoorloofd is, moet rekening worden gehouden met uitgebreide jurisprudentie. Het wordt daarom aanbevolen vooraf te overleggen met de IHK (Duitse KvK) over de te kiezen naam. Daarbij wordt echter niet nagegaan of er van de kant van derden om redenen inzake mededingingsrecht, merkenrecht of handelsnaamrecht bezwaar kan worden gemaakt tegen de firmanaam. Het risico dat de firmanaam later om een dergelijke reden moet worden gewijzigd, kan door eigen onderzoek weliswaar verkleind worden, maar kan uiteindelijk niet geheel uitgesloten worden.

Oprichting van de UG

Evenals de GmbH kan de UG door één persoon of door meerdere personen worden opgericht. Zowel natuurlijke personen als rechtspersonen kunnen oprichter van een UG zijn. Voor het oprichten van een UG is een vennootschapsovereenkomst vereist. In verband met de rechtsgeldigheid dient deze overeenkomst bij notariële akte te worden vastgelegd. De desbetreffende notaris zorgt er dan ook voor dat de UG bij het bevoegde Amtsgericht (kantongerecht) ingeschreven wordt.

Over de vennootschapsovereenkomst kan men individueel onderhandelen of men kan gebruikmaken van het 'modelprotocol' dat als bijlage bij de GmbH-wet gevoegd is. Voorwaarde voor het gebruik van dit protocol is dat de UG maximaal drie aandeelhouders en slechts één directeur heeft. Wanneer bij de oprichting van een UG gebruik wordt gemaakt van het modelprotocol, betekent dit een besparing op de notariskosten. De hoogte van de notariskosten hangt af van de grootte van het gekozen aandelenkapitaal. Het opstellen van een vennootschapsovereenkomst aan de hand van het modelprotocol heeft als nadeel dat er geen bepalingen in de overeenkomst kunnen worden opgenomen die afwijken van het bepaalde in de wet.

In de vennootschapsovereenkomst of het modelprotocol dient het doel van de onderneming van de UG zodanig te worden aangeduid dat de deelnemers aan het economische verkeer zich een concrete voorstelling kunnen maken van de activiteiten van de vennootschap (bijv. productie van bureau-artikelen of detailhandel in elektrische apparatuur). Bij de inschrijving dient een vestigingsadres in Duitsland te worden aangegeven, zodat de vennootschap steeds bereikbaar is.

Minimumkapitaal

Anders dan bij de GmbH mag het aandelenkapitaal van een UG minder zijn dan EUR 25.000. De hoogte van het bedrag moet worden vastgelegd in de vennootschapsovereenkomst. Hetzelfde geldt voor het aantal genomen aandelen en de nominale waarde daarvan. De aandelen dienen in hele euro's te luiden. In theorie is het dus mogelijk een UG op te richten met een aandelenkapitaal van slechts 1 euro. Het te kiezen bedrag dient per geval zorgvuldig te worden gecontroleerd en moet zich richten naar de verwachte financiële behoeften van de onderneming. Een ondergekapitaliseerde vennootschap heeft vanaf het begin een groot faillissementsrisico. In tegenstelling tot bij de GmbH is een inleg in de vorm van goederen niet toegestaan. In het geval van een UG moet de inleg dus altijd in geld zijn.

Let op!

Schuldeisers kunnen in principe voor verplichtingen van de UG alleen aanspraak maken op het vermogen van de vennootschap. Doorgaans hebben de schuldeisers niet de mogelijkheid aanspraak te maken op het privévermogen van de aandeelhouders. Dit geldt zelfs in het geval van faillissement van de UG. Bij een faillissement hoeven de aandeelhouders dus alleen maar te vrezen voor het economische verlies van hun inleg. Indien de aandeelhouders hun inleg nog niet volledig voldaan hebben, blijft hun aansprakelijkheid beperkt tot het deel dat ze nog moeten betalen. Net als bij de GmbH geldt de beperking van de persoonlijke aansprakelijkheid van de aandeelhouders pas vanaf de inschrijving van de UG in het handelsregister. Indien vóór de inschrijving in naam van de UG verplichtingen aangegaan zijn, kunnen zowel de desbetreffende handelende personen als de aandeelhouders persoonlijk aansprakelijk zijn.

Spaarplicht en naamsverandering van UG in GmbH

De UG is ontworpen als een instapvariant van de GmbH. De bedoeling is dat de UG door succesvol ondernemen op den duur omgezet wordt in een normale GmbH. Daarom bestaat de verplichting kapitaal te sparen. De UG mag niet de gehele jaarwinst uitkeren aan haar aandeelhouders, maar moet een kwart daarvan in een reserve opnemen. De reserve mag uitsluitend gebruikt worden om verliezen uit voorgaande jaren te compenseren of om het aandelenkapitaal te verhogen. De UG mag zich GmbH noemen wanneer haar aandelenkapitaal verhoogd wordt tot minimaal EUR 25.000. Dit kan alleen met de hulp van een notaris, die de verhoging in het handelsregister moet laten inschrijven. De reserve kan voor de kapitaalverhoging worden gebruikt.

Leningen van aandeelhouders aan de UG

In het geval van faillissement van de UG worden leen- en soortgelijke schulden kritisch voor de aandeelhouders. In dat geval zijn hun vorderingen namelijk in rang achtergesteld. Alleen wanneer er na betaling van de vorderingen van de overige schuldeisers nog activa van de UG aanwezig zijn, kunnen de aandeelhouders rekenen op (gedeeltelijke) voldoening van hun vorderingen. Indien de vorderingen van de aandeelhouders binnen een periode van twaalf maanden vóór het aanvragen van het faillissement voldaan zijn, kan het zijn dat de aandeelhouders verplicht worden het verkregene terug te betalen aan de curator.

Slotsom

De UG biedt de mogelijkheid om met een zeer gering aandelenkapitaal een vennootschap in Duitsland op te richten. Zakenpartners zien deze vennootschapsvorm echter als een vennootschap waarvan de oprichters niet voldoende kapitaal hebben om een GmbH op te richten. De UG wordt daarom niet echt als kredietwaardig beschouwd. Deze vennootschapsvorm heeft dan ook geen hoge vlucht genomen.

Ga verder met lezen

Bestuurdersaansprakelijkheid in Duitsland

Volgende