Honderd jaar oude uitspraak nog steeds actueel
Opzegging voor aanvang van de werkzaamheden rechtsgeldig
Opzegging voor aanvang van de werkzaamheden rechtsgeldig
De rechtbank Utrecht deed op 27 juni 2018 een uitspraak over een woonbegeleider van een zorginstelling die gedurende een jaar op het werk seks had met zijn jongere vrouwelijke collega, terwijl die collega verklaarde dat zij hiertoe door de woonbegeleider was gedwongen. De uitspraak kunt u hier nalezen.
Het arbeidsrecht kent verschillende situaties waarin de rechter, naast de transitievergoeding, een additionele billijke vergoeding kan toekennen aan de werknemer. Zo kan de rechter een billijke vergoeding aan een werknemer toekennen wanneer diens werkgever de arbeidsovereenkomst heeft opgezegd, en de werknemer niet om vernietiging van de opzegging verzoekt maar om toekenning van een billijke vergoeding (artikel 7:681 BW). In het New Hairstyle-arrest heeft de Hoge Raad bepaald met welke omstandigheden rekening moet worden gehouden bij het vaststellen van de omvang van de billijke vergoeding van artikel 7:681 BW. Op 8 juni 2018 heeft de Hoge Raad opnieuw twee uitspraken gedaan over de billijke vergoeding. In deze uitspraken oordeelt de Hoge Raad dat de gezichtspunten uit het New Hairstyle-arrest niet alleen een rol spelen bij het bepalen van de omvang van de billijke vergoeding van artikel 7:681 BW, maar ook bij het bepalen van de omvang van andere billijke vergoedingen. De eerste uitspraak ziet op de billijke vergoeding uit artikel 7:683 BW, dat wil zeggen de billijke vergoeding die de rechter in hoger beroep aan de werknemer kan toewijzen als alternatief voor herstel van de arbeidsovereenkomst. Deze uitspraak besprak ik in mijn blog van 2 juli 2018. De tweede uitspraak ziet op de billijke vergoeding uit artikel 7:671c BW, namelijk de billijke vergoeding die de rechter aan een werknemer kan toekennen als diens werkgever ernstig verwijtbaar heeft gehandeld of heeft nagelaten en de rechter de arbeidsovereenkomst om die reden op verzoek van de werknemer ontbindt. Deze uitspraak bespreek ik in deze blog.
Onze derde reactie in de internetconsultatie op het voorstel van de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) heeft betrekking op de nieuw in te voeren ontslaggrond sub i (cumulatiegrond).
Onze vierde reactie in de internetconsultatie op het voorstel van de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) heeft betrekking op payrolling. In deze vierde bijdrage worden drie opmerkingen geplaatst bij de in het wetsvoorstel beoogde wijzigingen met betrekking tot payrolling.
Op 9 april jl. heeft het kabinet in het wetsvoorstel Wet Arbeidsmarkt in balans (WAB) een pakket aan maatregelen gepresenteerd. Maatregelen die onder meer betrekking hebben op flexibele arbeidsrelaties, payroll, het ontslagrecht en pensioen.
Onze eerste reactie in de internetconsultatie op het voorstel van de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) heeft betrekking op pensioen. Het voorstel heeft reële pensioengevolgen voor payrollwerkgevers of werkgevers die gebruik willen maken van een payrollconstructie. Pensioengevolgen die bovendien afwijken van de “klassieke” uitzendrelatie. Gevolgen die niet altijd even goed doordacht lijken en bovendien de nodige vragen oproepen. Daar zal in de eerste bijdrage van de artikelenreeks over de WAB aandacht aan worden besteed, net als aan de vraag hoe de transitievergoeding zich verhoudt tot situaties waarin een werknemer aan de vooravond van zijn pensioen staat.
Het aanstormende kabinet heeft in het regeringsakkoord ingezet op een verlichting van de verplichtingen van werkgevers ten aanzien van de loondoorbetaling van hun zieke werknemers. De nieuwe coalitiepartijen hebben geconcludeerd dat het tegelijkertijd noodzakelijk is om de kans op het vinden van een baan voor langdurig arbeidsongeschikten te vergroten en (daardoor) het beroep op de WIA (De Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen) te verminderen en zijn voornemens daartoe vijf maatregelen te...
De Hoge Raad heeft op 10 juni een belangrijke uitspraak gedaan over de uitleg van het opzeggingsartikel (7.3) tussen Alcatel–Lucent (hierna: Alcatel) en het Ondernemingspensioenfonds (hierna: Opf).Achtergrond van deze kwestie is de-risking: de wens van Alcatel als werkgever om de financiële risico’s te beperken van de uitvoering van de pensioenregeling die ondergebracht is bij Opf. Hiertoe had Alcatel eind september 2010 de uitvoeringsovereenkomst voor onbepaalde tijd opgezegd per 2012,...
De Hoge Raad heeft op 10 juni een belangrijke uitspraak gedaan over de uitleg van het opzeggingsartikel (7.3) tussen Alcatel–Lucent (hierna: Alcatel) en het Ondernemingspensioenfonds (hierna: Opf).Achtergrond van deze kwestie is de-risking: de wens van Alcatel als werkgever om de financiële risico's te beperken van de uitvoering van de pensioenregeling die ondergebracht is bij Opf. Hiertoe had Alcatel eind september 2010 de uitvoeringsovereenkomst voor onbepaalde tijd opgezegd per 2012, met i...
Voor de inwerkingtreding van de Wet Werk en Zekerheid (WWZ) kon de werkgever van een meer dan twee jaar arbeidsongeschikte werknemer een ontslagvergunning aanvragen bij het UWV en daarna de arbeidsovereenkomst opzeggen zonder verdere financiële gevolgen. De werknemer restte dan nog slechts de mogelijkheid van een kennelijk onredelijk ontslagprocedure, een ongewis pad met wisselend succes dat dan ook niet zo vaak werd bewandeld. TransitievergoedingVanaf 1 juli 2015 bepaalt de wet echter dat oo...
Voor de inwerkingtreding van de Wet Werk en Zekerheid (WWZ) kon de werkgever van een meer dan twee jaar arbeidsongeschikte werknemer een ontslagvergunning aanvragen bij het UWV en daarna de arbeidsovereenkomst opzeggen zonder verdere financiële gevolgen. De werknemer restte dan nog slechts de mogelijkheid van een kennelijk onredelijk ontslagprocedure, een ongewis pad met wisselend succes dat dan ook niet zo vaak werd bewandeld. TransitievergoedingVanaf 1 juli 2015 bepaalt de wet echter dat oo...