Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.
Arbeidsrecht en de transportsector is en blijft een intrigerende en interessante combinatie: het ‘leeft’ in de sector. Laatstelijk werd een chauffeur ontslagen op grond van de niet vaak voorkomende h-grond. Wat was er aan de hand?
De verblijfsvergunning EU-langdurig ingezetene is in verblijfsvergunningenland een vreemde eend in de bijt. Daar waar een zogenaamd ‘verblijfsgat’ aan toewijzing van een verblijfsververgunning voor onbepaalde tijd of een verzoek tot naturalisatie in de weg staat, is dat – onder omstandigheden – niet het geval bij de verblijfsvergunning EU-langdurig ingezetene. Wij lichten dat toe in het eerste artikel van het drieluik over de verblijfsvergunning EU-langdurig ingezetene.
De verblijfsvergunning EU-langdurig ingezetene is in verblijfsvergunningenland een vreemde eend in de bijt. In het eerste artikel hebben wij toegelicht dat een verblijfsgat onder omstandigheden de toekenning van een verblijfsvergunning EU-langdurig ingezetene niet in de weg hoeft te staan. In dit tweede artikel van het drieluik over de verblijfsvergunning EU-langdurig ingezetene lichten wij toe welke periodes wel en welke periodes niet meetellen voor de vijfjaarstermijn.
Op 12 oktober 2021 heeft de Eerste Kamer het wetsvoorstel aangenomen waarin is geregeld dat ouders recht hebben op (deels) betaald ouderschapsverlof voor (kortgezegd) 9 weken. Deze wet zal ingaan per 2 augustus 2022. In dit artikel ga ik in op de voorwaarden en hoogte van de betaling.
In de sector transport en logistiek is al geruime tijd de discussie gaande of de werknemer recht heeft op een vakantieloon waarbij een vergoeding voor overwerk is inbegrepen. Onder de cao Beroepsgoederenvervoer was dit in de periode 2014-2018 namelijk niet het geval. Cao-partijen hebben toen afgesproken dat de werknemer door het accepteren van een eenmalige vergoeding van €750,- bruto zijn recht op vergoeding van structurele toeslagen over genoten vakantiedagen af kon kopen. Voor meer dan genoeg werknemers stond een dergelijke vergoeding echter in schril contrast met al het overwerk dat zij hadden verricht in die periode. In dit artikel houd ik bij hoe de rechtspraak sinds 2021 omgaat met dit discussiepunt.
Het Hof Amsterdam heeft geoordeeld dat er tussen het digitale platform Helpling en de via hen werkzame schoonmakers een uitzendovereenkomst bestaat. Na Deliveroo en Uber, wordt dus ook Helpling teruggefloten door de rechter. Is de platformwereld nu definitief haar flexibele karakter kwijt? Van speldenprikjes lijken we in ieder geval niet meer te kunnen spreken…
De Rechtbank Amsterdam heeft vandaag (13 september 2021) geoordeeld dat een Uber-chauffeur op basis van een arbeidsovereenkomst werkzaam is. Daarnaast is de algemeen verbindend verklaarde cao Taxivervoer van toepassing verklaard op de arbeidsverhouding. Een dergelijk oordeel is niet nieuw: ook Deliveroo trok inmiddels al in twee (!) instanties aan het kortste eind. De uitspraak zal dan ook een doorn in het oog zijn voor verschillende platformwerkgevers.
In een eerdere blog heb ik een uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant behandeld waarin een werknemer claimde te weinig vakantieloon te hebben ontvangen, aangezien er geen vergoeding voor gemaakte overuren in was verdisconteerd. De werknemer deed daarbij een beroep op een arrest van het HvJ EU, genaamd Hein/Holzkamm. De rechter oordeelde dat de werknemer geen recht had op een hoger vakantieloon en haalde daarbij overigens aan dat een van de voorwaarden uit Hein/Holzkamm verkeerd was vertaald. Een werknemer moest niet ‘op regelmatige basis’ overwerk hebben verricht, maar dit overwerk moest ‘voorzienbaar en gebruikelijk’ zijn. Niet lang na de uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant wees dezelfde rechtbank een soortgelijk vonnis. Deze keer is het de beurt aan de Rechtbank Rotterdam, komt zij tot een ander oordeel?
Inmiddels zijn er al veel uitspraken gewezen in het kader van coronagerelateerde ontslagen. De Rechtbank Rotterdam heeft recent geoordeeld dat de werknemer een verstoorde arbeidsverhouding in het leven had geroepen door met verkoudheidsklachten tóch te gaan werken en na herhaaldelijk advies van collega’s om naar huis te gaan, dit niet te doen. Waarom werd er dan geen verwijtbaar handelen of nalaten aangenomen?
Indien de appelrechter oordeelt dat de arbeidsovereenkomst ten onrechte is beëindigd of het verzoek van de werknemer tot herstel van de arbeidsovereenkomst ten onrechte is afgewezen, kan de appelrechter de werkgever veroordelen de arbeidsovereenkomst te herstellen of aan de werknemer een billijke vergoeding toekennen (art. 7:683 lid 3 BW). Als een werknemer de voorkeur geeft aan herstel van de arbeidsovereenkomst, dan doet hij/zij er verstandig aan om zijn/haar belang op dit punt uiteen te zetten. Uit een recente uitspraak van het Gerechtshof Den Haag volgt dat het werkzaam zijn als kennismigrant een dergelijk belang kan zijn.
Op 1 januari 2015 werd de fiscaal gefaciliteerde opbouw van pensioenaanspraken gemaximeerd op € 100.000. Het nadeel voor een werknemer met een hoger salaris dan € 100.000 werd vaak door de werkgever gecompenseerd, door een salarisverhoging of een jaarlijkse eenmalige (bruto) vergoeding, ook wel pensioencompensatie genoemd. Indien vervolgens afscheid van de werknemer wordt genomen, rijst een aantal vragen. Dient de pensioencompensatie meegenomen te worden bij de berekening van de transitievergoeding? En hoe zit dat bij de berekening van de waarde van openstaande vakantiedagen? In twee blogs zullen wij deze vragen beantwoorden. In deze eerste blog gaan wij in op de vraag of de pensioencompensatie en de werkgeversbijdrage in de pensioenpremie wel of niet meegenomen wordt bij de berekening van de transitievergoeding.
Vanaf 1 juli 2021 is de vastklikregeling gewijzigd. De uiterlijke ingangsdatum van de vaste arbeidsomvang is de éérste dag van de 15e maand. De oproepkracht moet het aanbod voor de vaste arbeidsomvang binnen één maand accepteren.
Deze website plaatst functionele en analytische cookies, waarmee we onze site gebruiksvriendelijker maken. U blijft anoniem. Cookies van derden plaatsen we niet zonder uw toestemming. Klik op 'voorkeuren instellen' om uw voorkeuren aan te geven.