Aangenomen amendementen over nabestaandenpensioen Wet toekomst pensioenen
In een eerdere bijdrage schetste ik de gevolgen van de Wet toekomst pensioenen voor het nabestaandenpensioen.
In een eerdere bijdrage schetste ik de gevolgen van de Wet toekomst pensioenen voor het nabestaandenpensioen.
In een uitspraak van 18 oktober 2022 oordeelde de rechtbank Gelderland dat de rechtsgevolgen van een positieve weigering (het besluit dat geen natuurvergunning benodigd is) gelijk zijn aan die van een natuurvergunning voor het gevraagde project.
Er zijn een hoop dingen waar je als werkgever over na moet denken bij de overgang naar de nieuwe pensioenregeling. Dat de inwerkingtreding van de Wet Toekomst Pensioenen een half jaar is uitgesteld, tot 1 juli 2023, lijkt lang, maar niets is minder waar. De overgang naar het nieuwe stelsel is tijds- en arbeidsintensief. Met behulp van deze blogreeks lichten we de belangrijkste onderwerpen uit de transitie nader voor u toe. Vandaag gaan we in op het compensatievraagstuk.
In dit artikel bespreken de auteurs de belangrijkste voorstellen en thema’s in het door de Monitoring Commissie Corporate Governance gepubliceerde consultatiedocument om de Nederlandse Corporate Governance Code actueel, toekomstgericht en relevant te houden.
De uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State inzake het Programma Aanpak Stikstof (2019) en de Porthos-uitspraak (2022) hebben grote gevolgen voor infrastructurele en bouwprojecten. Projecten lopen vertraging op of komen in de knel. Een op zichzelf positief effect is dat deze uitspraken geleid hebben tot meer oog voor duurzaamheid en zoveel mogelijk emissieloos bouwen.
Geen tegemoetkoming in planschade voor de gemeenschappelijke eigenaren van een aantal percelen gelegen in De Klomp, gemeente Ede. Volgens de Afdeling komt de door hen gestelde planschade, het vervallen van de mogelijkheid tot zandwinning in het nieuwe bestemmingsplan, niet voor tegemoetkoming in aanmerking. Dit omdat zandwinning onder het bij de eigendomsverkrijging geldende bestemmingsplan ook niet was toegestaan. Er was dus sprake van het verlies van een tijdelijk voordeel. Dat dit voordeel ten tijde van de aankoop voorzienbaar was maakt dit niet anders.
Bij overnames -in de praktijk veelal aandelentransacties- speelt medezeggenschap van de ondernemingsraad (OR) een belangrijke rol. Voor ondernemingen of organisaties met 50 of meer medewerkers is de instelling van een OR verplicht. Waarover heeft de OR iets te zeggen? Een overname zal -specifiek de voorwaarden waaronder de transactie plaatsvindt en wordt vastgelegd in de transactiedocumentatie- aan het adviesrecht van de OR onderworpen zijn. Echter, een hieraan voorafgaand besluit tot inschakeling van een externe deskundige, zoals een corporate finance adviseur, zal tevens ter voorgaande advisering aan de OR moeten worden voorgelegd.
De Raad van State heeft op 2 november jl. geoordeeld dat de bouwvrijstelling (artikel 2.9a Wnb) in strijd is met de Habitatrichtlijn. Wat betekent dit voor uw project?
In het vakblad Vastgoedrecht (VGR 2022/5) gaan advocaten Kristel Verkleij en Rutger Fabritius in op de vraag wanneer een verhuurder een alternatief moet benutten en zich (bij opzegging van 290-bedrijfsruimte) niet op dringend eigen gebruik kan beroepen.
De Afdeling heeft op 2 november 2022 uitspraak gedaan in het zogenaamde Porthos-project en geoordeeld dat de bouwvrijstelling (artikel 2.9a Wnb) in strijd is met de Habitatrichtlijn.
Op 1 november 2022 treedt het Nederlandse UBO-register voor trusts en soortgelijke juridische constructies (hierna te noemen: het “Trustregister”) in werking. In het Trustregister worden bepaalde persoonlijke gegevens opgenomen van de uiteindelijke belanghebbenden (UBO(s)) van de trusts en soortgelijke juridische constructies, waaronder Nederlandse open en besloten fondsen voor gemene rekening (FGRs). In deze blog zal kort stil worden gestaan bij de belangrijkste gevolgen van de inwerkingtreding van het Trustregister voor de praktijk.
Deze procedure betreft een geschil tussen twee aandeelhouders van een vennootschap. Een van de aandeelhouders heeft eerder een deel van zijn aandelen in het kapitaal van de vennootschap verkocht aan de andere aandeelhouder en daarbij is uitgestelde betaling van een deel van de koopsom voor de aandelen overeengekomen. Centraal staat de vraag of het uitgestelde deel van de koopsom betaald moet worden door de kopende aandeelhouder aan de verkopende aandeelhouder of dat conform de gemaakte afspraken dat deel bij wijze van kapitaalinjectie in de vennootschap gestort mag worden.