Nieuws van de German Desk: Nieuw kooprecht vanaf 2022
Vanaf januari 2022 zullen er veranderingen in werking treden voor het kooprecht in Duitsland.
Vanaf januari 2022 zullen er veranderingen in werking treden voor het kooprecht in Duitsland.
Ondernemers sluiten verzekeringen af om de kostenrisico's voor hun bedrijf tot een minimum te beperken.
De ACM heeft Liander in 2019 beboet wegens niet tijdig aansluiten van een snellaadstation van Fastned. Op 2 december 2021 heeft de ACM dit boetebesluit ingetrokken. Op basis van recente jurisprudentie van het Hof van Justitie concludeert de ACM nu dat de wetgever niet bevoegd was om een concrete aansluittermijn van 18 weken bij wet voor te schrijven. Volgens de ACM is de 18-wekentermijn uit de E-wet aldus onverbindend en kan het boetebesluit niet overeind blijven.
Op 21 december jl. heeft het hof Amsterdam bekrachtigd dat Deliveroo onder de algemeen verbindend verklaarde cao Beroepsgoederenvervoer én het verplicht gestelde bedrijfstakpensioenfonds Beroepsvervoer over de weg valt. Dit betekent onder meer dat bezorgers met terugwerkende kracht pensioen hebben opgebouwd.
Arbeidsrecht en de transportsector is en blijft een intrigerende en interessante combinatie: het ‘leeft’ in de sector. Laatstelijk werd een taxichauffeur op staande voet ontslagen wegens het meermaals weigeren van een gesprek en het (vermeende) onjuist inlichten van de bedrijfsarts. Wat was er aan de hand?
Op 26 november 2021 is het besluit tot wijziging van het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 gepubliceerd in de Staatscourant. De wijziging van het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting (BTIV) hangt samen met de herziening van de Woningwet. Het gewijzigd BTIV maakt een einde aan de complexe, starre en niet altijd logische verkoopregels voor woningcorporaties.
Wanneer is sprake van een misleidende verpakking? Deze vraag ligt voor bij de AH verpakking met de vermelding ‘Doosjevol’, in een uitspraak van het College van Beroep.
Arbeidsrecht en de transportsector is en blijft een intrigerende en interessante combinatie: het ‘leeft’ in de sector. Laatstelijk werd een chauffeur ontslagen op grond van de niet vaak voorkomende h-grond. Wat was er aan de hand?
Voor veel bedrijven zijn niet de tastbare goederen, maar juist de vorderingen op handelsrelaties een belangrijk vermogensbestanddeel. Voor schuldeisers is het daarom interessant om beslag te leggen op vorderingen die een schuldenaar op zijn beurt heeft op zijn debiteuren of op de bank. Omdat het gaat om een lucratieve verhaalsmogelijkheid worden regelmatig de grenzen opgezocht. Zo heeft de Hoge Raad zich moeten buigen over de vraag of beslag kan worden gelegd op negatieve kredietruimte (roodstand) bij de bank of op de mogelijkheid van een vennoot om privé-opnames te doen bij zijn VOF.
In Nederland wordt door de rechter relatief eenvoudig verlof verleend aan een schuldeiser voor het leggen van conservatoir beslag onder zijn schuldenaar. Dat heeft er mee te maken dat de rechter op basis van het verzoek slechts ‘summier’ onderzoek doet of de vordering van de schuldeiser hout snijdt. Dit houdt in dat de rechter geen uitgebreid onderzoek instelt naar de vraag of de schuldeiser of de schuldenaar het gelijk aan zijn zijde heeft. Dat een vordering betwist wordt door de schuldenaar is dus geen reden om het verzoek van de schuldeiser om beslag te mogen leggen af te wijzen. Deze vraag dient te worden beantwoord in een aparte hoofdzaak. In een procedure bij het Gerechtshof Amsterdam van 13 april 2021 oordeelde het Hof dat de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam de verkeerde maatstaf had toegepast bij het beslissen omtrent de verlening van verlof tot het leggen van beslag.
De verblijfsvergunning EU-langdurig ingezetene is in verblijfsvergunningenland een vreemde eend in de bijt. Daar waar een zogenaamd ‘verblijfsgat’ aan toewijzing van een verblijfsververgunning voor onbepaalde tijd of een verzoek tot naturalisatie in de weg staat, is dat – onder omstandigheden – niet het geval bij de verblijfsvergunning EU-langdurig ingezetene. Wij lichten dat toe in het eerste artikel van het drieluik over de verblijfsvergunning EU-langdurig ingezetene.
De verblijfsvergunning EU-langdurig ingezetene is in verblijfsvergunningenland een vreemde eend in de bijt. In het eerste artikel hebben wij toegelicht dat een verblijfsgat onder omstandigheden de toekenning van een verblijfsvergunning EU-langdurig ingezetene niet in de weg hoeft te staan. In dit tweede artikel van het drieluik over de verblijfsvergunning EU-langdurig ingezetene lichten wij toe welke periodes wel en welke periodes niet meetellen voor de vijfjaarstermijn.