Het schriftelijkheidsvereiste; wel of geen koopovereenkomst?
Koper of verkoper gebonden aan mondelinge koopovereenkomst of geldt schriftelijkheidsvereiste?
Koper of verkoper gebonden aan mondelinge koopovereenkomst of geldt schriftelijkheidsvereiste?
Op 21 december 2018 is een nieuw besluit gepubliceerd door de staatssecretaris van Financiën over de toepassing van de verhoogde schenkingsvrijstelling voor de eigen woning. In het besluit worden door de staatssecretaris een aantal goedkeuringen verleend voor situaties die naar de letter van de wet niet onder de verhoogde vrijstelling van artikel 33 Successiewet vallen.
In een eerder artikel: "Goedkeuringen verhoogde schenkingsvrijstelling voor de eigen woning 2019 (deel I)" schreef ik al over een aantal goedkeuringen die de staatssecretaris van Financiën heeft verleend ten aanzien van de verhoogde schenkingsvrijstelling ten behoeve van de eigen woning.
Het helpen van een kind bij de aankoop van een woning: schenking of lening? Wat zijn de voor- en nadelen? Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten? Wat is de beste oplossing?
Kopers kopen een woonhuis. Zowel op Funda als in de verkoopbrochure stond er bij de desbetreffende woning een woonoppervlakte ad ca. 150 m2 vermeld. Na aankoop van de woning blijkt dat de woonoppervlakte slechts 124 m2 bedraagt. De makelaar is aansprakelijk voor de door kopers geleden schade. Een vaak terugkerend discussiepunt komt tot aan de Hoge Raad: hoe dient de omvang van de schade te worden begroot?
Op 12 februari 2019 heeft de Raad van Arbitrage voor de Bouw (“Raad”) geoordeeld over de vraag hoeveel geluid geïnstalleerde warmtepompen in (nieuwbouw)woningen mogen maken. Het op het geschil toepasselijke Bouwbesluit 2003 bood in dit kader geen uitsluitsel. De arbiter past een norm van 30 dB toe. Dit sluit niet alleen aan bij de NEN normen, maar ook bij het Bouwbesluit 2012.
In de praktijk komt het regelmatig voor dat samenwoners gezamenlijk een woning in eigendom verkrijgen, hiervoor gezamenlijk een hypothecaire geldlening aangaan én dat één van de partners bij de verkrijging van deze gezamenlijke woning meer eigen geld heeft ingebracht (meer-inbreng) dan de ander. Door de meer-inbreng ontstaat een vergoedingsrecht van die ene partner op de andere partner. Ingeval de samenwoners gaan trouwen zonder voorafgaand huwelijksvoorwaarden te maken, wordt de meer-inbreng gehalveerd!
Het nieuwe huwelijksvermogensrecht IV: faillissementIn deel I van de reeks “Het nieuwe huwelijksvermogensrecht” heb ik in hoofdlijnen de verandering(en) tussen het huwelijksvermogensrecht tot 1 januari 2018 (algehele gemeenschap van goederen) en het (nieuwe) huwelijksvermogensrecht vanaf 1 januari 2018 (beperkte gemeenschap van goederen) beschreven.In deel II van deze reeks is de aansprakelijkheid, het verhaal en de draagplicht voor schulden in het nieuwe huwelijksvermogensrecht aan de orde g...
Het nieuwe huwelijksvermogensrecht III: de onderneming die buiten de beperkte gemeenschap van goederen valtIn deel I van de reeks “Het nieuwe huwelijksvermogensrecht” heb ik in hoofdlijnen de verandering(en) tussen het huwelijksvermogensrecht tot 1 januari 2018 (algehele gemeenschap van goederen) en het (nieuwe) huwelijksvermogensrecht vanaf 1 januari 2018 (beperkte gemeenschap van goederen) beschreven.In deel II van deze reeks is de aansprakelijkheid, het verhaal en de draagplicht voor schul...
Het nieuwe huwelijksvermogensrecht II: aansprakelijkheid, verhaal en draagplicht voor schuldenIn deel I van de reeks “Het nieuwe huwelijksvermogensrecht” heb ik in hoofdlijnen de verandering(en) tussen het huwelijksvermogensrecht tot 1 januari 2018 (algehele gemeenschap van goederen) en het (nieuwe) huwelijksvermogensrecht vanaf 1 januari 2018 (beperkte gemeenschap van goederen) beschreven.In dit deel ga ik in op aansprakelijkheid, verhaal en draagplicht voor schulden in het nieuwe huwelijksv...
Het nieuwe huwelijksvermogensrecht I: wat verandert er?Per 1 januari 2018 treedt de Wet tot beperking van de gemeenschap van goederen in werking.Wat verandert er?Onder de huidige wettelijke regeling (voor de inwerkingtreding van de wetswijziging) houdt trouwen zonder het maken van huwelijksvoorwaarden in dat er een algehele gemeenschap van goederen ontstaat. Alle bestaande en toekomstige bezittingen en schulden van beide echtgenoten gaan tot het gezamenlijke vermogen (de gemeenschap) behoren....
Het gerechtshof Den Haag heeft op 7 november 2017 arrest gewezen over de termijn die een huurder van woonruimte heeft om tegen opgelegde vergoedingen voor het gebruik van nutsvoorzieningen en servicekosten op te komen (ECLI:NL:GHDHA:2017:3162). Naar het oordeel van het hof behelst de wettelijke regeling een vervaltermijn, zodat de hoogte van de doorbelaste kosten in ieder geval vaststaan na het verstrijken van 30 maanden, ook ten overstaan van de (kanton)rechter. Het arrest is tevens interess...