BREAKING: Smaak van Heksenkaas NIET auteursrechtelijk beschermd!
Vandaag beslist het Hof van Justitie dat (de smaak van) Heksenkaas niet vatbaar is voor auteursrecht. Het Hof bakent hiermee het auteursrechtelijk domein duidelijk af...
Vandaag beslist het Hof van Justitie dat (de smaak van) Heksenkaas niet vatbaar is voor auteursrecht. Het Hof bakent hiermee het auteursrechtelijk domein duidelijk af...
Vrijdag 19 oktober 2018 heeft de Hoge Raad zijn eindoordeel geveld in twee belangrijke arresten over de per-element benadering onder het fiscale eenheidsregime. Deze arresten zullen waarschijnlijk als gevolg hebben dat de aangekondigde spoedreparatiemaatregelen in werking zullen treden en het fiscale eenheidsregime op termijn vervangen wordt door een toekomstbestendige concernregeling.
Het verhuren van een regulier / normaal woonhuis als vakantiewoning is niet altijd toegestaan. Om hier als college met succes tegen op te kunnen treden, moet de verhuur in strijd zijn met het bestemmingsplan en moet voldoende duidelijk zijn wanneer er sprake is van méér dan incidentele verhuur.
Mag je als kredietaanbieder vertrouwen op de gegevens die via een tussenpersoon verstrekt worden, of moet je deze gegevens ten aanzien van overkreditering controleren? Over de zorgplicht ten aanzien van overkreditering bij hypothecair krediet is recentelijk een interessante conclusie door de P-G van de Hoge Raad genomen.
Inmiddels is het vaste rechtspraak dat houders van een Europees merk, de inbreuk in één lidstaat aan de kaak kunnen stellen maar wel ineens in één procedure een Europees verbod kunnen krijgen. Een recente uitspraak van de rechtbank Den Haag over namaak Daniel Wellington horloges onderstreept dit nogmaals.
Wat deelt u als aanbestedende dienst mee bij de gunningsbeslissing? De Rotterdamse voorzieningenrechter oordeelde dat bij gunning op laagste prijs de prijs én de plaats in de rangorde niet bekend gemaakt hoeven te worden.
De Haagse Voorzieningenrechter oordeelde dat geen sprake is van rechtsverwerking als inschrijver een vraag heeft gesteld over het onderwerp waarover in kort geding wordt geklaagd. Hiermee wordt het belang voor een goede rechtsverwerkingsclausule in de aanbestedingsstukken onderstreept.
Hoe moet de voorrangsregeling van artikel 7.16 Waterwet worden uitgelegd in het geval van een verzoek om planschadevergoeding vanwege de dubbelbestemming "Tijdelijke waterberging"? De Afdeling legt in deze uitspraak dat artikel 7.16 een voorrangsregeling bevat die inhoudt dat indien een belanghebbende een schadevergoeding als bedoeld in artikel 7.14, eerste lid, Waterwet vraagt of kan vragen, afdeling 6.1 van de Wro niet van toepassing is. In de uitspraak komt verder het normaal maatschappelijk risico bij de aanwijzing als bergingsgebied aan de orde.
Planschade Urmond en passieve risicoaanvaarding Weer een duidelijke uitspraak van de Afdeling over passieve risicoaanvaarding. Er is niet snel een excuus voor riskant stilzitten, dus eigenaar, pas op je tellen als zich een beperking van de bouw- en gebruiksmogelijkheden aandient!
De coördinatieregeling als bedoeld in artikel 3.30 van de Wro maakt het mogelijk dat een bestemmingsplan en daarop gebaseerde omgevingsvergunning voor de activiteit ‘bouwen’ tegelijkertijd worden voorbereid en bekendgemaakt. Daarmee kan een ruimtelijke ontwikkeling aanzienlijk worden versneld. In een uitspraak van de Afdeling van 29 augustus 2018 wordt nog eens bevestigd dat dit argument – snelheid – een legitiem argument is om de coördinatieregeling toe te passen.
Met het bestaan van de wijzigingsbevoegdheid in een bestemmingsplan mag de aanvaardbaarheid van de nieuwe bestemming binnen het gebied waarop de wijzigingsbevoegdheid betrekking heeft in beginsel als een gegeven worden beschouwd indien is voldaan aan de bij het bestemmingsplan gestelde wijzigingsvoorwaarden. Dit neemt niet weg dat het college bij de vaststelling van een wijzigingsplan dient na te gaan of wijziging van de oorspronkelijke bestemming uit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening, gelet op de betrokken belangen, gerechtvaardigd is.
Op 15 augustus 2018 heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State nog eens herhaald in welke gevallen degene die verzoekt om een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk als belanghebbende bij de beslissing op dat verzoek kan worden aangemerkt.