1. Home
  2. Kennis

Onze kennis Sterker door kennis

Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.
4 filter(s) actief

Expertise

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:

Sector

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:

Thema

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:

Auteur

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:
Zoekopdracht delen:
Aantal resultaten: 295

Belang rechtsverwerkingsclausule in aanbestedingsstukken

De Haagse Voorzieningenrechter oordeelde dat geen sprake is van rechtsverwerking als inschrijver een vraag heeft gesteld over het onderwerp waarover in kort geding wordt geklaagd. Hiermee wordt het belang voor een goede rechtsverwerkingsclausule in de aanbestedingsstukken onderstreept.

Tijdwinst legitiem argument voor toepassing van de coördinatieregeling

De coördinatieregeling als bedoeld in artikel 3.30 van de Wro maakt het mogelijk dat een bestemmingsplan en daarop gebaseerde omgevingsvergunning voor de activiteit ‘bouwen’ tegelijkertijd worden voorbereid en bekendgemaakt. Daarmee kan een ruimtelijke ontwikkeling aanzienlijk worden versneld. In een uitspraak van de Afdeling van 29 augustus 2018 wordt nog eens bevestigd dat dit argument – snelheid – een legitiem argument is om de coördinatieregeling toe te passen.

Executoriale verkoop van aandelen en blokkeringsregelingen

Stel, een bank verstrekt aan een bedrijf een lening. De bank wil zeker zijn dat de lening en eventuele rente wordt terugbetaald. De bank verzoekt daarom het bedrijf om extra zekerheid. Ter zekerheid van terugbetaling kan een pandrecht worden gevestigd op aandelen. Als het bedrijf zijn betalingsverplichtingen niet nakomt, kan de bank overgaan tot uitwinning van het pandrecht. De bank kan dan de aandelen verkopen om vervolgens uit de opbrengst de verschuldigde bedragen te voldoen. Hieronder zal ik kort ingaan op de mogelijkheden om een dergelijk pandrecht uit te winnen, de eventuele rol van een blokkeringsregeling (een in de statuten afgesproken beperking van verkoop van aandelen) en een recente uitspraak van de Hoge Raad over de impact die een blokkeringsregeling heeft op de uitwinning.

Opletten bij het gebruik van de wijzigingsbevoegdheid!

Met het bestaan van de wijzigingsbevoegdheid in een bestemmingsplan mag de aanvaardbaarheid van de nieuwe bestemming binnen het gebied waarop de wijzigingsbevoegdheid betrekking heeft in beginsel als een gegeven worden beschouwd indien is voldaan aan de bij het bestemmingsplan gestelde wijzigingsvoorwaarden. Dit neemt niet weg dat het college bij de vaststelling van een wijzigingsplan dient na te gaan of wijziging van de oorspronkelijke bestemming uit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening, gelet op de betrokken belangen, gerechtvaardigd is.

Wie is belanghebbende bij een bouwaanvraag?

Op 15 augustus 2018 heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State nog eens herhaald in welke gevallen degene die verzoekt om een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk als belanghebbende bij de beslissing op dat verzoek kan worden aangemerkt.

Samenvoegen van opdrachten: (wanneer) mag dat?

Een van de aanbestedingsregels waar je als inkoper bij het plaatsen van een overheidsopdracht wel eens tegenaan loopt is het clusterverbod. Het kan doelmatig zijn bepaalde opdrachten bij één opdrachtnemer weg te zetten. Het clusterverbod lijkt dit te verbieden, maar met de juiste motivering is samenvoegen toegestaan. In dit artikel bespreek ik aan de hand van een recente uitspraak wanneer samenvoegen is toegestaan en waar de motivering voor samenvoegen aan moet voldoen.

De billijke vergoeding bij ontbinding van de arbeidsovereenkomst op verzoek van werknemer

Het arbeidsrecht kent verschillende situaties waarin de rechter, naast de transitievergoeding, een additionele billijke vergoeding kan toekennen aan de werknemer. Zo kan de rechter een billijke vergoeding aan een werknemer toekennen wanneer diens werkgever de arbeidsovereenkomst heeft opgezegd, en de werknemer niet om vernietiging van de opzegging verzoekt maar om toekenning van een billijke vergoeding (artikel 7:681 BW). In het New Hairstyle-arrest heeft de Hoge Raad bepaald met welke omstandigheden rekening moet worden gehouden bij het vaststellen van de omvang van de billijke vergoeding van artikel 7:681 BW. Op 8 juni 2018 heeft de Hoge Raad opnieuw twee uitspraken gedaan over de billijke vergoeding. In deze uitspraken oordeelt de Hoge Raad dat de gezichtspunten uit het New Hairstyle-arrest niet alleen een rol spelen bij het bepalen van de omvang van de billijke vergoeding van artikel 7:681 BW, maar ook bij het bepalen van de omvang van andere billijke vergoedingen. De eerste uitspraak ziet op de billijke vergoeding uit artikel 7:683 BW, dat wil zeggen de billijke vergoeding die de rechter in hoger beroep aan de werknemer kan toewijzen als alternatief voor herstel van de arbeidsovereenkomst. Deze uitspraak besprak ik in mijn blog van 2 juli 2018. De tweede uitspraak ziet op de billijke vergoeding uit artikel 7:671c BW, namelijk de billijke vergoeding die de rechter aan een werknemer kan toekennen als diens werkgever ernstig verwijtbaar heeft gehandeld of heeft nagelaten en de rechter de arbeidsovereenkomst om die reden op verzoek van de werknemer ontbindt. Deze uitspraak bespreek ik in deze blog.

Twee inschrijvingen van hetzelfde concern

In twee recente arresten heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie zich uitgelaten over het geval dat twee ondernemingen die inschrijven op een aanbesteding met elkaar verbonden. In het eerste arrest – “Lloyd’s of London” – stelt het Hof vast dat automatische uitsluiting niet is toegelaten. Uit het tweede arrest – “Šiauliai” – volgt dat verbonden ondernemingen niet zonder meer verplicht zijn om bij inschrijving/aanmelding openheid te geven over hun (concern)relatie. Bij twijfel over de zelfstandigheid van twee inschrijvingen kan de aanbestedende dienst echter niet stilzitten. Hij moet dan onderzoeken of de inschrijvingen daadwerkelijk zelfstandig zijn en moet – als dat niet het geval is – overgaan tot uitsluiting.

Geen overtreding van standstill-verplichting door EY

Voorgenomen fusies of overnames (gezamenlijk: “concentraties”) mogen niet tot uitvoering worden gebracht, zolang deze (i) niet zijn aangemeld bij de Europese Commissie of nationale mededingingsautoriteiten (zoals de ACM) en (ii) zijn goedgekeurd (de zogenaamde “standstillverplichting”). In Nederland moeten zorgaanbieders hun voorgenomen concentratie ook met inachtneming van de standstillverplichting bij de NZa melden. Overtreding van de standstill-verplichting (een zogenaamde valse start, of gun jumping) leidt tot een boete van de bevoegde (mededingings)autoriteiten. In een recente uitspraak heeft het hof verduidelijkt welke voorbereidingshandelingen op een concentratie buiten de reikwijdte van de standstillverplichting vallen (en dus voor goedkeuring al zijn toegestaan).

1
...
18 19 20 21 22
...
25