Inwerkingtreding Wtza
Op 1 januari 2022 zijn de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza), de Aanpassingswet Toetreding zorgaanbieders (AWtza), het Uitvoeringsbesluit Wtza (UbWtza) en de Uitvoeringsregeling Wtza (UrWtza) in werking getreden.
Op 1 januari 2022 zijn de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza), de Aanpassingswet Toetreding zorgaanbieders (AWtza), het Uitvoeringsbesluit Wtza (UbWtza) en de Uitvoeringsregeling Wtza (UrWtza) in werking getreden.
Gasservice c.s. zijn van mening dat Eneco niet langer een openbaar nutsbedrijf is in de zin van de statuten van Gasservice en dat Eneco daarom een deel van haar certificaten moet prijsgeven. Het hof stelt echter vast dat destijds bij het verkrijgen van de certificaten door Eneco aan haar dispensatie is verleend.
Het hof overweegt dat artikel 1:88 lid 5 BW naar analogie toegepast kan worden op een coöperatie en komt tot de conclusie dat geen toestemming van de echtgenote vereist was ten tijde van het verlenen van de borgtocht.
Iedere werkgever heeft er belang bij te beschikken over goed betrouwbaar personeel. Dit begint al bij werving & selectie, waar een eerste boordeling van de betrouwbaarheid kan plaatsvinden. Een veelgebruikt middel bij het screenen van personeel is de Verklaring Omtrent Gedrag (“VOG”). In bepaalde gevallen is een VOG zelfs wettelijk verplicht. Deze blog biedt werkgevers praktische handvatten voor het gebruik van een VOG.
Het mededingingsrecht wordt regelmatig gebruikt als breekijzer om geschillen te beslechten. Zo ook in twee recente uitspraken van rechters in Nederland en Curaçao. De uitspraken illustreren dat het van belang is om een verweer tegen een creatief beroep op de mededingingsregels zorgvuldig te onderbouwen en stellingen van de wederpartij te betwisten.
Indien géén tussentijds opzegbeding in de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd is opgenomen, ontstaat pas recht op een WW-uitkering nadat de overeenkomst voor bepaalde tijd is verstreken. De rechtbank Amsterdam zet echter de poort open door te oordelen dat partijen bij het sluiten van een beëindigingsovereenkomst met wederzijds goedvinden alsnog een tussentijds opzegbeding kunnen overeenkomen. Is deze uitspraak een vreemde eend in de bijt of een uitspraak die navolging verdient?
Het hof komt in navolging van de rechtbank tot de conclusie dat de maatschap van rechtswege beëindigd is en dat een verdeelsleutel van 80/20% in de gegeven omstandigheden redelijk is.
De Autoriteit Consument en Markt (‘ACM’) heeft op haar website aandacht gevraagd voor verboden private elektriciteits- of gasnetten. In het bericht waarschuwt de ACM eigenaren van deze private netten voor handhaving van wetsovertredingen en langlopende herstelprocedures. Het beheer van een gas- of elektriciteitsnet is in beginsel voorbehouden aan netbeheerders. Enkel partijen met een ontheffing van de ACM mogen zelf het beheer van hun private elektriciteits- of gasnet uitvoeren.
Op 10 november jl. heeft de Eerste Kamer het Wetsvoorstel Wet bestuur en toezicht rechtspersonen (Wbtr) aangenomen. De Wbtr treedt op 1 juli 2021 (grotendeels) in werking. De invoering heeft lang op zich laten wachten. We zullen uw geheugen opfrissen door het plaatsen van korte berichten op deze kennispagina over de relevante wijzigingen.
De Autoriteit Consument & Markt (ACM) heeft vandaag aangekondigd een leidraad te gaan schrijven over de concurrentieregels voor ICT-leveranciers inde zorg. De ACM constateert dat veel afnemers 'klemvast' zitten aan hun leverancier.
Vanwege onder andere belangenverstrengeling en een impasse binnen het bestuur en de algemene vergadering, gelast de Ondernemingskamer een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Werf B.V. en SWB Shipping B.V. De Ondernemingskamer schorst de bestuurders, benoemt in hun plaats een tijdelijk bestuurder en draagt alle aandelen ten titel van beheer over aan een tijdelijk beheerder. De Ondernemingskamer houdt verder de aanwijzing van een onderzoeker vooralsnog aan opdat kan worden bezien of reeds door de te treffen onmiddellijke voorzieningen een oplossing van het geschil kan worden bereikt.
In deze procedure komt de rechtbank tot de slotsom dat de gronden die gedaagde heeft aangevoerd voor de door haar genomen besluiten, die besluiten niet kunnen dragen nu er geen sprake is van concurrentie noch van een plicht(en)schending. De rechtbank vernietigt de besluiten wegens strijd met de redelijkheid en billijkheid.