Auteursrechtinbreuk door afbouwen bouwwerk met een ander dan de ontwerper
Het afbouwen van een bouwwerk met een ander dan de ontwerper of rechthebbende, levert in de hier besproken rechtszaak auteursrechtinbreuk op. Wij bespreken waarom.
Het afbouwen van een bouwwerk met een ander dan de ontwerper of rechthebbende, levert in de hier besproken rechtszaak auteursrechtinbreuk op. Wij bespreken waarom.
Recentelijk heeft de Rechtbank Noord-Holland geoordeeld wanneer een staking van eigen personeel van luchtvaartmaatschappijen als een buitengewone omstandigheid in de zin van artikel 5 lid 3 van Verordening (EG) 261/2004 wordt aangemerkt.
Op 30 april jl. heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof) een prejudiciële beslissing genomen die ziet op de uitleg van de artikelen 4 lid 3, artikel 5 lid 1 onder c en artikel 7 van de Verordening (EG) nr. 261/2004 (hierna: Verordening).
Op 3 april 2020 verscheen een arrest van de Hoge Raad inzake de lopende enquêteprocedure bij het voormalige SNS Reaal. Onderwerp van het geschil betrof de medewerkingsplicht in een enquêteprocedure. In dit blog bespreken wij enkele vragen die in het arrest naar voren komen. In hoeverre kunnen vennootschappen in het kader van een enquête weigeren om opgevraagde documenten af te geven met een beroep op een (afgeleid) verschoningsrecht? En wat is de rol van de raadsheer-commissaris van de Ondernemingskamer?
De gemeente West Maas en Waal heeft de Minister van Infrastructuur en Waterstaat op 16 maart 2020 verzocht om binnen zeven dagen bestuurlijke handhavingsmaatregelen te treffen wegens vermoedelijke overtreding van onder meer het Besluit bodemkwaliteit ten aanzien van het storten van granuliet in het gebied “Over de Maas”.
In ons eerdere artikel hebben wij al stilgestaan bij de vraag of een staking door eigen personeel van de luchtvaartmaatschappij kan worden gezien als een buitengewone omstandigheid in de zin van artikel 5 lid 3 van Verordening (EG) nr. 261/2004 (hierna: de Verordening). Op grond van dit artikel hoeft een luchtvaartmaatschappij bij annulering of langdurige vertraging van een vlucht geen financiële compensatie te betalen aan de passagiers indien sprake is van een buitengewone omstandigheid en de luchtvaartmaatschappij alle redelijke maatregelen heeft getroffen om de vertraging of annulering te voorkomen dan wel te beperken. Overweging 15 van de considerans van de Verordening benoemt voorbeelden van buitengewone omstandigheden, waaronder een besluit van het luchtverkeersbeheer voor een specifiek vliegtuig op een specifieke dag.
Als gevolg van COVID-19 zijn de beurzen wereldwijd ingestort. Bij handel in aandelen en opties betekent dit dat de bank een margin-call kan - en zelfs moet - uitoefenen als er onvoldoende margin is en er zelfs een sluitplicht is als de tekorten niet binnen vijf dagen worden aangezuiverd. De bank is hierbij gebonden aan (bijzondere) zorgplichten. In deze blog worden de achtergronden van een margin call en de bijzondere zorgplichten die van toepassing zijn op een rij gezet.
Duitse en Spaanse rechters stellen prejudiciële vragen of staking van eigen personeel van luchtvaartmaatschappijen een ‘buitengewone omstandigheid’ is in de zin van artikel 5 lid 3 van Verordening (EG) nr. 261/2004. De prejudiciële vragen worden gebruikt door nationale rechters om het Hof van Justitie te vragen hoe Europese regelgeving moet worden uitgelegd.
Kan een bank vorderingen overdragen aan een niet-bank? De rechtbank te Amsterdam stelt hierover prejudiciële vragen aan de Hoge Raad. Het antwoord op deze vragen kan een grote impact hebben op de financieringsmarkt!
Op dinsdag 11 februari heeft de Eerste Kamer ingestemd met de Invoeringswet Omgevingswet.
Minister Schouten heeft de Tweede Kamer bij brief van 7 februari 2020 geïnformeerd over de voortgang van de stikstofproblematiek en de maatregelen die in de landbouwsector genomen zullen worden. In dit kennisartikel bespreken wij de belangrijkste maatregelen.
Dat een gemeente in beginsel bereid is om medewerking te verlenen aan de vaststelling van een bestemmingsplan, betekent niet zonder meer dat de gemeenteraad dit plan uiteindelijk dan ook moet vaststellen. De raad heeft namelijk beleidsruimte bij het besluit omtrent de vaststelling van een bestemmingsplan en moet de betrokken belangen afwegen.