De vergeten uitvoerbaarverklaring bij voorraad: aanvulling (32 Rv) of toch incidentele vordering (art. 234 Rv)?
In een recent arrest (ECLI:NL:GHAMS:2020:3234) vult het Hof Amsterdam zijn arrest aan op grond van art. 32 Rv door de proceskostenveroordeling alsnog uitvoerbaar bij voorraad te verklaren. Dat inmiddels ook de cassatieprocedure loopt waarin via een incidentele vordering ook een uitvoerbaarverklaring bij voorraad had kunnen worden gevorderd, staat daaraan niet in de weg.