Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.
3 filter(s) actief
Expertise
Selecteer de gewenste filteritems
U heeft geselecteerd:
Combineren met:
Combinatie niet mogelijk met:
Sector
Selecteer de gewenste filteritems
Thema
Selecteer de gewenste filteritems
U heeft geselecteerd:
Combineren met:
Combinatie niet mogelijk met:
Auteur
Selecteer de gewenste filteritems
Combinatie niet mogelijk met:
Zoekopdracht delen:
Filterprofielen bewaren
Log in of meld u aan
Log in of meld u aan om filterprofielen te kunnen opslaan.
Op onze website is al vaker geschreven over de komst van een UBO-register. De invoering van de wetgeving inzake het UBO-register is nu opnieuw uitgesteld. In dit artikel leest u de actuele stand van zaken en de planning voor de invoering van het UBO-register.
Op 23 mei 2019 is het conceptwetsvoorstel ‘Wet uitbreiding meldplichten aandeelhouders’ ter consultatie gepubliceerd. De minister van Financiën stelt voor de Wet op het financieel toezicht aan te passen door de initiële meldplicht voor aandeelhouders te verlagen van 3 naar 2 procent.
Recent heeft de P-G een interessante conclusie gewezen inzake de uitleg van statuten, mede in het licht van een aandeelhoudersovereenkomst. De P-G ziet ruimte voor een meer subjectieve uitleg in aanvulling op de meer objectieve uitleg. De conclusie is interessant om te lezen omdat de P-G principiële beschouwingen doet over de toepasselijke uitlegmaatstaf.
In deze korte praktische serie ga ik in op het onderwerp bestuur en gedrag. Gedrag binnen teams bepaalt in belangrijke mate de effectiviteit van het team. Welke factoren hebben daarbij een grote invloed op gedrag? En wat kunt u doen om ervoor te zorgen dat het gedrag binnen het bestuur, de raad van commissarissen of raad van toezicht binnen uw organisatie zo optimaal mogelijk is? Deze serie is een sterk verkorte weergave van een onderdeel van mijn in januari 2020 te verschijnen proefschrift Biases in de Boardroom en de Raadkamer.
Binnen twee jaar zou het in Nederland mogelijk moeten zijn om volledig digitaal een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid op te richten. Dat werd bepaald in de nieuwe EU-richtlijn Gebruik van digitale instrumenten en processen in het kader van het vennootschapsrecht (Rl. (EU) 2019/1151) die op 31 juli 2019 in werking trad. De richtlijn beoogt onder meer de oprichting van kapitaalvennootschappen te vereenvoudigen, zodat Europese ondernemers concurrerend kunnen blijven in een tijd van mondialisering en digitalisering. Iedere EU-lidstaat dient de wetgeving en digitale infrastructuur op orde te brengen om de online oprichting van kapitaalvennootschappen te faciliteren. Het ministerie van Justitie en Veiligheid heeft onlangs bekend gemaakt van de uitstelmogelijkheid gebruik te maken die de EU-richtlijn biedt. Wanneer precies een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid digitaal kan worden opgericht, is vooralsnog onbekend. We houden u op de hoogte.
In deze eerste bijdrage wordt ingegaan op de wettelijke structuurregeling. Wanneer is de structuurregeling op een vennootschap van toepassing en wat is het gevolg daarvan?
Recent onderzoek laat zien dat nog steeds geen sprake is van een evenwichtige man/vrouw zetelverdeling aan de top van Nederlandse vennootschappen. In deze serie wordt in verschillende delen ingegaan op vragen als: hoe komt het dat nog geen sprake is van een evenwichtige zetelverdeling? Welke functie bedient het wettelijk streefcijfer? Welke invloed heeft (gender)diversiteit op (de prestaties van) vennootschappen? En: hoe kan een meer evenwichtige zetelverdeling worden bereikt? Deze serie is een verkorte voorpublicatie van mijn te verschijnen proefschrift. Neem voor meer informatie en advies contact op met Charlotte Perquin-Deelen. In dit vierde en laatste deel ga ik in op de invloed van implicit gender bias.
Recent onderzoek laat zien dat nog steeds geen sprake is van een evenwichtige man/vrouw zetelverdeling aan de top van Nederlandse vennootschappen. In deze serie wordt in verschillende delen ingegaan op vragen als: hoe komt het dat nog geen sprake is van een evenwichtige zetelverdeling? Welke functie bedient het wettelijk streefcijfer? Welke invloed heeft (gender)diversiteit op (de prestaties van) vennootschappen? En: hoe kan een meer evenwichtige zetelverdeling worden bereikt? Deze serie is een verkorte voorpublicatie van mijn te verschijnen proefschrift. Neem voor meer informatie en advies contact op met Charlotte Perquin-Deelen. In deel 3 ga ik in op de invloed van implicit gender bias.
Recent onderzoek laat zien dat nog steeds geen sprake is van een evenwichtige man/vrouw zetelverdeling aan de top van Nederlandse vennootschappen. In deze serie wordt in verschillende delen ingegaan op vragen als: hoe komt het dat nog geen sprake is van een evenwichtige zetelverdeling? Welke functie bedient het wettelijk streefcijfer? Welke invloed heeft (gender)diversiteit op (de prestaties van) vennootschappen? En: hoe kan een meer evenwichtige zetelverdeling worden bereikt? Deze serie is een verkorte voorpublicatie van mijn te verschijnen proefschrift. Neem voor meer informatie en advies contact op met Charlotte Perquin-Deelen. In deel 2 ga ik in op de waarde van diversiteit voor vennootschappen.
Recent onderzoek laat zien dat er nog steeds geen sprake is van een evenwichtige man/vrouw zetelverdeling aan de top van Nederlandse vennootschappen. In deze serie wordt in verschillende delen ingegaan op vragen als: hoe komt het dat nog geen sprake is van een evenwichtige zetelverdeling? Welke functie bedient het wettelijk streefcijfer? Welke invloed heeft (gender)diversiteit op (de prestaties van) vennootschappen? En: hoe kan een meer evenwichtige zetelverdeling worden bereikt? Deze serie is een verkorte voorpublicatie van mijn te verschijnen proefschrift. Neem voor meer informatie en advies contact op met Charlotte Perquin-Deelen. In deel 1 ga ik in op de recente cijfers.
De Ondernemingskamer heeft de bevoegdheid in te grijpen in het beleid van de vennootschap, onder meer middels de onmiddellijke voorzieningen (art. 2:349a BW). De vraag is of de Ondernemingskamer enkel van deze bevoegdheid gebruikmaakt in gevallen van 'flagrant wanbeleid'.
Deze website plaatst functionele en analytische cookies, waarmee we onze site gebruiksvriendelijker maken. U blijft anoniem. Cookies van derden plaatsen we niet zonder uw toestemming. Klik op 'voorkeuren instellen' om uw voorkeuren aan te geven.