Huur en Wmo: verhuurders zijn de klos
Op 18 juli 2014 is artikel 2.3.7 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo) in werking getreden. Dit artikel kan grote gevolgen hebben voor verhuurders.
Op 18 juli 2014 is artikel 2.3.7 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo) in werking getreden. Dit artikel kan grote gevolgen hebben voor verhuurders.
De rechtbank Oost-Brabant heeft op 17 april 2014 geoordeeld dat een opzegging van de huurovereenkomst (kantoorruimte) die ruim twee maanden te laat heeft plaatsgevonden, niet tot een beëindiging van de huurovereenkomst leidt. De huurder voerde aan dat zij de huurovereenkomst een jaar eerder al mondeling had opgezegd. De rechter gaf de huurder de opdracht dit te bewijzen. De huurder slaagde niet in het bewijs.
Het Gerechtshof Amsterdam heeft recentelijk geoordeeld dat een vordering tot winstafdracht niet alleen voor woningcorporaties maar ook voor particuliere verhuurders mogelijk is.
Bij een vordering tot voortzetting van de huur van woonruimte door een persoon die geen medehuurder is, moet door de beoogde huurder een duurzame gemeenschappelijke huishouding worden aangetoond. In het geval dat een inwonend kind voor zijn ouder zorgt, rust er een zware stelplicht en bewijslast op de beoogd huurder. Objectieve en subjectieve factoren spelen hier een belangrijke rol. Daar liggen kansen voor de verhuurders.
Bij anti-kraak komt het in de praktijk veelvuldig voor dat de leegstandbeheerder geen vergoeding ontvangt van de eigenaar van het pand. De leegstandbeheerder wordt dan betaald door de anti-kraakbewoners onder de noemer van servicekosten of bemiddelingskosten. Dergelijke constructies zijn niet zonder risico’s.
De Hoge Raad heeft op 15 november 2013 een belangwekkend arrest gewezen op het gebied van huur en faillissementen, dat gevolgen heeft voor huurcontracten en concerngaranties.
Servicekosten die een verhuurder de huurders in rekening brengt, moeten inzichtelijk onderbouwd worden. Maar hoe ver moet een verhuurder gaan als een deel van de gegevens van dit kostenoverzicht door derden aangeleverd wordt?
Minister Stef Blok (Wonen en Rijksdienst) is voornemens een nieuw puntenstelsel te introduceren om woningen te waarderen in het kader van het bepalen van de maximale huurprijs.
In het tijdschrift Vastgoedrecht is begin mei 2013 een artikel van Robert Rijpstra en Eric Janssen gepubliceerd. Beiden zijn als advocaat werkzaam bij Dirkzwager advocaten & notarissen.
Bij het renoveren van een winkelcentrum komt het nog wel eens voor dat er asbest wordt aangetroffen of zelfs vrijkomt. Tussen huurder en verhuurder wordt er dan vaak over en weer schadevergoeding gevorderd. De vragen die daarbij aan de orde zijn, is of er sprake is van een gebrek en of de verhuurder zich kan beroepen op een exoneratie voor schade.
Kan een huurovereenkomst van een onbebouwde onroerende zaak worden opgezegd rekening houdend met een opzegtermijn van tenminste één maand als deze huurovereenkomst voor onbepaalde tijd is aangegaan?
Het Hof Amsterdam heeft geoordeeld dat een boetebeding in een huurovereenkomst van € 4.500,- indien de huurder overgaat tot (onbevoegde) onderverhuur niet oneerlijk of onredelijk is. Voor matiging is ook geen reden. Het hof volgt de woningcorporatie in haar standpunt dat de boete een afschrikwekkend effect moet hebben om de leefbaarheid in de buurten te kunnen bevorderen. De zaakHuurder huurt van een woningcorporatie een woning. Op de huurovereenkomst zijn de Algemene Voorwaarden voor woonrui...