1. Home
  2. Omgevingswet
  3. Wettekst
  4. Hoofdstuk 13. Financiële bepalingen
  5. Afdeling 13.6 Kostenverhaal bij activiteiten vanwege gebruikswijzigingen
  6. 13.6.3 Kostenverhaal langs publiekrechtelijke weg
  7. 13.17 Opbrengsten, waardevermeerdering en inbrengwaarde van gronden

Artikel 13.17 Opbrengsten, waardevermeerdering en inbrengwaarde van gronden

Navigatie
|
Wettekst
BIJLAGE

1. De opbrengsten, bedoeld in artikel 13.14, tweede lid, de waardevermeerdering, bedoeld in artikel 13.15, tweede lid, en de inbrengwaarde van de gronden, bedoeld in artikel 13.18, tweede lid, onder a, worden geraamd op basis van objectief bepaalbare maatstaven.

2. Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over de in het eerste lid bedoelde ramingen.

Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet, Memorie van Toelichting; artikelsgewijze toelichting (Kamerstukken II 2018/19, 35133, nr. 3, p. 225)

Het eerste lid van de voorgestelde bepaling stelt eisen aan de raming van de opbrengsten, bedoeld in artikel 13.14, tweede lid, van de waardevermeerdering, bedoeld in artikel 13.15, tweede lid, en van de inbrengwaarde van de gronden, bedoeld in artikel 13.18, tweede lid, onder a. De raming moet plaatsvinden op basis van objectief bepaalbare maatstaven. Zie voor de achtergronden paragraaf 9.3.7 van het algemeen deel van deze memorie van toelichting. Het tweede lid geeft een grondslag om hierover bij algemene maatregel van bestuur nadere regels te stellen. Daarbij kan worden gedacht aan het vastleggen van methoden of aan nadere criteria waaraan de berekening van de raming moet voldoen. Daarmee wordt de wijze waarop de ramingen plaatshebben duidelijk ingekaderd, maar zal er binnen dat kader ruimte worden geboden om, gelimiteerd, keuzes te maken.