1. Home
  2. Omgevingswet
  3. Wettekst
  4. Hoofdstuk 20. Monitoring en informatie
  5. Afdeling 20.5 Digitaal stelsel Omgevingswet
  6. 20.5.4 Beschikbaar stellen van informatie voor ontsluiting via de landelijke voorziening
  7. 20.27 Kwaliteitsborging

Artikel 20.27 Kwaliteitsborging

Navigatie
|
Wettekst
BIJLAGE

Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld in het belang van de borging en beoordeling van de kwaliteit van de informatie, bedoeld in artikel 20.26, eerste lid.

Memorie van Toelichting; artikelsgewijze toelichting (Kamerstukken II 2017/18, 34 986, nr 3, p. 320-321)

Met deze bepaling krijgt de kwaliteitszorg voor de op grond van de Omgevingswet beschikbaar te stellen informatie, welke kwaliteitszorg al in een delegatiegrondslag in het oorspronkelijke artikel 20.20 van de Omgevingswet was vervat, een afzonderlijke plaats.

De bepaling biedt om te beginnen een grondslag voor regeling van validatie van informatie in de keten van informatievoorziening, als de informatie op grond van artikel 20.26 specifiek is aangewezen met regeling van eisen waaraan die informatie moet voldoen. Met validatie wordt in dit verband gedoeld op een geautomatiseerde toets door een opvolgende schakel in de keten aan (op grond van artikel 20.26, derde lid gestelde) eisen aan de informatie. Gezien de diversiteit aan soorten informatie die op grond van artikel 20.26, eerste lid, kan worden aangewezen, en de noodzaak om standaarden en (andere) kwaliteitseisen toe te spitsen op de specifieke aard van de aan te wijzen informatie, kan voor validatie geen algemeen geldende regel in de wet worden opgenomen. Regeling hiervan zal dus bij algemene maatregel van bestuur plaatsvinden, in relatie tot het op dat niveau benoemen van informatie en taaktoedeling aan betrokken partijen.

De in artikel 20.26, derde lid, gestelde eis dat alle informatie voldoet aan daarvoor te stellen regels, brengt in samenhang met artikel 20.21, eerste lid, onder a, mee dat informatie waarin de voor validatie verantwoordelijke partij gebreken vindt, niet zonder meer via de landelijke voorziening wordt ontsloten.

Verder biedt de bepaling een grondslag voor een regeling van andere vormen van kwaliteitszorg dan validatie voor de op grond van artikel 20.26 aangewezen informatie. Inhoudelijke kwaliteit wordt in een opvolgende schakel in het proces van beschikbaarstelling in beginsel niet getoetst. De verantwoordelijkheid voor die kwaliteit berust alleen bij degene op wie de verplichting tot levering daarvan rust. De bepaling biedt de mogelijkheid om voor bepaalde informatie die zich daarvoor leent, taken toe te delen in het kader van processen voor monitoring en rapportage van die kwaliteit.